Hoofdletters - 05. Aardrijkskundige namen
Volgens de hoofdregel schrijven we eigennamen met een hoofdletter en soortnamen met een kleine letter. Het onderscheid tussen eigennaam en soortnaam is soms subtiel. Hieronder staan de specifieke regels voor het hoofdlettergebruik in aardrijkskundige namen.
Regel 1 - Hoofdregel
HOOFDREGEL: Schrijf namen van plaatsen, rivieren, streken, bergen, landen, woestijnen, hemellichamen en sterrenbeelden met hoofdletters.
Regel 1.1
UITZONDERING: Schrijf aardrijkskundige namen klein in woorden waarmee een zaak, een product, een dier- of plantensoort, een persoon met een specifieke eigenschap of een ander begrip wordt benoemd.
Het gaat dan om soortnamen.
Regel 2 - Windstreken
Schrijf namen van windstreken klein.
Regel 3
Schrijf namen van windstreken met een hoofdletter als ze verwijzen naar een geografisch, economisch of politiek gebied.
Regel 4
Schrijf namen van windstreken en vergelijkbare specificerende aanduidingen met een hoofdletter als ze deel uitmaken van een aardrijkskundige naam.