Gedaan met laden. U bevindt zich op: Hoofdletters - 03. Aanspreekvormen, functiebenamingen en titulatuur Hoofdletters
Hoofdletters - 03. Aanspreekvormen, functiebenamingen en titulatuur
Volgens de hoofdregel schrijven we eigennamen met een hoofdletter en soortnamen met een kleine letter. Het onderscheid tussen eigennaam en soortnaam is soms subtiel. Hieronder staan de specifieke regels voor het hoofdlettergebruik bij aanspreekvormen, functiebenamingen en titulatuur.
Regel 1
Schrijf in een tekst aanspreekvormen, functiebenamingen en titulatuur klein.
Het zijn soortnamen.
Voorbeelden
Regel 2
Schrijf de voornaamwoorden u en uw klein.
Voorbeelden
Regel 3
Schrijf een of meer hoofdletters als u iemand met bijzonder respect aanspreekt of met een protocollaire formule naar iemand verwijst.
Voorbeelden