Aaneenschrijven - 05. Combinaties met eigennamen
Een eigennaam is de officiële naam waarmee we verwijzen naar iets unieks, bijvoorbeeld een persoon, plaats, instelling, merk of historische gebeurtenis. Een eigennaam kan uit een of meer delen bestaan (Amsterdam, Coca-Cola, het Heilig Hart, Hugo Claus, James Bond, de Raad van State, de Tweede Wereldoorlog).
Regel 1 - Eigennaam als linkerdeel
Schrijf samenstellingen en afleidingen met een eigennaam als linkerdeel aaneen.
Behoud de eventuele spaties en koppeltekens in de eigennaam. Een samenstelling is een woord dat bestaat uit twee delen die beide ook zelfstandig kunnen voorkomen (keukentafel = keuken en tafel). Een afleiding is een woord dat bestaat uit een grondwoord en een of meer voor- of achtervoegsels (onschuldig). Voor- en achtervoegsels zijn delen die niet als afzonderlijk woord bestaan (on- en -ig).
Regel 2
Schrijf in samenstellingen met een eigennaam als linkerdeel eventueel een extra koppelteken om de leesbaarheid te vergroten.
Dat geldt ook voor afleidingen met het achtervoegsel -achtig.
Regel 2.1
UITZONDERING: Schrijf bij klinkerbotsing in een samenstelling met een eigennaam altijd een koppelteken.
Er is klinkerbotsing in de combinaties:
- a+a, a+e, a+i, a+u
- e+e, e+i, e+u
- i+i, i+e, i+j
- o+o, o+e, o+i, o+u
- u+u, u+i
Regel 3
Kies bij samenstellingen met een meerdelige eigennaam eventueel voor een typografische oplossing.
Markeer de woordgroep met aanhalingstekens of cursivering, en schrijf een koppelteken vóór het rechterdeel van de samenstelling. Een typografische oplossing is vooral bruikbaar bij samenstellingen die in de praktijk niet zo vaak voorkomen.
Regel 4 - Eigennaam als rechterdeel
Schrijf een koppelteken in samenstellingen en afleidingen met een eigennaam als rechterdeel.
Behoud de eventuele spaties en koppeltekens in de eigennaam. Deze regel geldt ook voor bijvoeglijke naamwoorden die van een eigennaam zijn afgeleid.
Regel 5
Schrijf een koppelteken in samenstellingen met een persoonsnaam als nabepaling.
Dat type samenstellingen kan worden geparafraseerd als ‘is genoemd naar’.
Regel 5.1
Schrijf een spatie in woordgroepen met een eigennaam als nabepaling.
Dat type woordgroepen kan worden geparafraseerd als ‘heet/heeft als naam’.
Regel 6 - Samengestelde aardrijkskundige naam
Schrijf een koppelteken in samengestelde aardrijkskundige namen met als linkerdeel een woord als Noord, Oost, Zuid, West, Belgisch, Frans, Latijns, Nederlands, Vlaams, Waals, Centraal, Midden, Beneden, Boven, Hoog, Laag, Neder, Opper, Groot, Klein, Nieuw, Oud en Afro.
Een aantal samengestelde aardrijkskundige namen wordt van oudsher aaneengeschreven, bijvoorbeeld Nieuwpoort en Noordzee.
Regel 7
Schrijf een of meer koppeltekens in samengestelde aardrijkskundige namen met windstreken, volgens de betekenis.
Regel 8
Schrijf een of meer koppeltekens in aardrijkskundige namen die uit gelijkwaardige delen bestaan of een samenkoppeling vormen.