Om de rechtszekerheid te garanderen voor de periode tussen de datum van inwerkingtreding van dit besluit van de Vlaamse Regering en de datum van de plaatselijke implementatie ervan, bepaalt het eerste lid dat de plaatselijke reglementaire bepalingen tot de datum van plaatselijke uitvoering van kracht blijven. Er wordt wel een voorbehoud gemaakt voor bestaande bepalingen die eventueel strijdig zijn met andere wetgeving. De regeling betreft alleen de op de datum van inwerkingtreding van dit besluit al bestaande reglementaire bepalingen.
Wil het bestuur gebruik maken van de nieuwe vrijheidsgraden dan kan dit vanaf 10 dagen na bekendmaking in het Belgisch Staatsblad.
Dit artikel stelt in het tweede lid een termijn vast voor de plaatselijke uitvoering van de dwingende bepaling uit dit besluit van de Vlaamse Regering over de toeslagregeling van 30% voor prestaties op zaterdag geleverd door verzorgend personeel in de erkende publieke diensten voor gezinszorg (artikel 45, §2 van dit besluit).
De besturen krijgen daarvoor de nodige tijd tot 1 januari 2024.
Het derde lid bepaalt ten slotte dat elke (gedeeltelijke) aanpassing aan de plaatselijke rechtspositieregeling 10 dagen na de bekendmaking van dit ontwerp van besluit van de Vlaamse Regering in het Belgisch Staatsblad in overeenstemming moet zijn met de bepalingen van dit besluit van de Vlaamse Regering.
Voor de bijzondere situatie van samengevoegde besturen aangezien de nieuwe raden een rechtspositieregeling moeten vaststellen. Zie hiervoor ook het draaiboek fusies.
Ter ondersteuning heeft het ABB een vergelijkende tabel gemaakt tussen de oude regelgeving en de nieuwe zodat duidelijk is waar mogelijk huidige rechtspositiebepalingen strijdig kunnen zijn met de nieuwe regeling of waar meer ruimte is voor vernieuwingen.
Opgelet! Hier moet ook rekening worden gehouden met de inwerkingtredingsbepalingen van W1 en W2. Dit zijn eigenstandige bepalingen die los staan van de slotbepalingen (opheffing, overgang en inwerkingtreding) in het basisbesluit. De meeste gewijzigde bepalingen uit voormelde wijzigingsbesluiten hebben rechtstreekse werking en zijn onmiddellijk uitvoerbaar. Personeelsleden putten rechtstreeks rechten uit de wijzigingsbesluiten. De plaatselijke rechtspositieregeling zal daarom zo snel mogelijk moeten worden bijgewerkt.
Dit geldt al zeker voor de ziekteregeling in artikel 63, het zorgverlof in artikel 66/1, het recht op een flexibele werkregeling voor zorgdoeleinden in artikel 68/1 en de ontslagregeling, met inbegrip van het verdwijnen van de proef in de nieuwe artikelen onder afdeling 5. Uitstroom.
Daar waar geen beleidsruimte aan het bestuur wordt gelaten, zal ook geen onderhandeling met de plaatselijke representatieve vakorganisaties nodig zijn aangezien dit op het niveau van het sectorcomité Comité C1 al werd onderhandeld.
Zodra het bestuur zich conformeert aan de gewijzigde bepalingen, zal het betreffende luik in zijn totaliteit moeten worden herbekeken als het een onlosmakelijk geheel vormt.
Voor een artikelsgewijze bespreking van de al dan niet rechtstreekse werking van de wijzigingsbepalingen, kan je de aparte pagina’s over W1 en W2 raadplegen.