Onderafdeling 3. Diverse lopende procedures en lopende periodes
Onderafdeling 3 bevat voorschriften die gelden op het moment van de plaatselijke uitvoering van het besluit. Ze regelen wat het gevolg is van die plaatselijke uitvoering op lopende procedures, termijnen of periodes. De bepalingen sluiten in grote lijnen aan bij het rechtszekerheidsbeginsel en het vertrouwensbeginsel. De strekking ervan is dat de spelregels voor lopende procedures, lopende termijnen of lopende periodes niet met terugwerkende kracht gewijzigd worden, tenzij een hogere rechtsregel (dan dit besluit) dat oplegt.
Met ‘voor de datum van de plaatselijke uitvoering van dit besluit’ wordt concreet het volgende bedoeld:
- ofwel de datum van de raadsbeslissing, die een onderdeel van dit besluit van de Vlaamse Regering of dit besluit in zijn geheel verwerkt in de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeente, het OCMW of de provincie in kwestie, als de raad geen andere datum heeft bepaald
- ofwel de datum van inwerkingtreding die de raad in zijn raadsbeslissing expliciet heeft vastgesteld.
Artikel 75
Procedures van aanwerving, bevordering of interne en externe personeelsmobiliteit, die opgestart zijn voor de datum van de uitvoering van dit besluit, worden afgewerkt in overeenstemming met de regels die van toepassing waren op het ogenblik waarop ze zijn opgestart.
In afwijking van artikel 17, §3, 3°, en artikel 19, §3, kunnen personeelsleden die bij de inwerkingtreding van dit besluit gedurende ten minste 5 jaar werkzaam zijn in het bestuur, in aanmerking worden genomen voor interne mobiliteit en bevordering.
Artikel 76
De procedureregels die van toepassing zijn bij de start van de evaluatieperiode die doorloopt na de datum van de uitvoering van dit besluit, blijven van toepassing op die lopende evaluatieperiode.
Artikel 77
Personeelsleden in dienst behouden bij de uitvoering van dit besluit de verloven en afwezigheden die hun voor die datum zijn toegekend, voor de duur en volgens de regels die geldig waren op het ogenblik van de toekenning. Aanvragen tot verlenging of vernieuwing van een verlof of een afwezigheid worden beschouwd als een nieuwe aanvraag en worden behandeld in overeenstemming met de nieuwe reglementaire bepalingen.
Statutaire personeelsleden in disponibiliteit wegens arbeidsongeschiktheid en statutaire personeelsleden in disponibiliteit wegens ambtsopheffing, behouden vanaf de datum van de inwerkingtreding van dit besluit hun administratieve toestand zoals die voor de datum van inwerkingtreding van dit besluit is toegekend, voor de duur en volgens de regels die geldig waren op het ogenblik van de indisponibiliteitsstelling.
Artikel 78
Personeelsleden die in dienst zijn en behoren tot het personeel, vermeld in artikel 186, §2, 3°, van het decreet van 22 december 2017, behouden voor de verdere duur van hun loopbaan bij het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn de regeling voor het aantal dagen jaarlijkse vakantie en het aantal feestdagen, die op de datum van de inwerkingtreding van dit besluit van kracht is met toepassing van artikel 156 van het besluit van 12 november 2010, in overgangsregeling van kracht is als dat aantal jaarlijkse vakantiedagen hoger, respectievelijk dat aantal feestdagen op jaarbasis hoger is dan het aantal, vastgesteld in dit besluit.
Artikel 79
Statutaire personeelsleden die hun vorige ziektekredietregeling op persoonlijke titel behouden hebben met toepassing van artikel 234 van het besluit van 7 december 2007, behouden die ook bij de inwerkingtreding van dit besluit.