Ketel: installatie-eisen (huidig)
Verplichtingen cv-installaties
Voor cv-installaties gelden een aantal verplichtingen, u vindt een overzicht bij verplichtingen cv hier.
Toepassingsgebied
Afhankelijk van de van het gebouw, de en de timing van het bouwproject, zijn er installatie-eisen van toepassing. Of uw project aan de installatie-eisen moet voldoen of niet, gaat u na in de eisentabel. Klik hier voor een volledig overzicht van de installatie-eisen.
- Een adequate dimensionering wordt aangetoond met een conforme dimensioneringsnota.
- Een adequate installatie wordt aangetoond door de opstelling binnen het en een leidingisolatie conform de regelgeving,
- Het adequaat afstellen wordt aangetoond door het niet op temperatuur houden van de ketel tussen twee branderbeurten, een automatische regeling voor een variabele watertemperatuur, een regeling van kamertemperatuur per lokaal en een hydraulisch of aerolisch inregelrapport conform de regelgeving.
- Het adequaat controleren wordt aangetoond door een monitoring van energieverbruik en, bij installaties groter dan 290 kW, warmteopwekking met automatische opvolging, waarbij de meters voldoen aan de regelgeving.
De eis en de rekenmethode zijn toegelicht in hoofdstuk 5 van bijlage XII van het Energiebesluit.
Niet-condenserende ketel bij renovaties
Voor nieuwe of vernieuwde installaties bij een renovatie gelden installatie-eisen. Omdat het voor sommige specifieke situaties technisch niet haalbaar is om een niet-condenserende ketel te vervangen door een condenserende ketel, kunt u ook aan de eis voldoen met een niet-condenserende ketel. Dat vraagt dan wel een performante niet-condenserende ketel en een extra inspanning op het vlak van de andere parameters (zoals bijvoorbeeld leidingisolatie).
Brandstofmeter van de netbeheerder
De gasmeter van de netbeheerder kan in sommige gevallen voldoen als brandstofmeter. De digitale gasmeter van de netbeheerder kan dienstdoen als meter, op voorwaarde dat enkel het toestel, of de toestellen die samen de verwarmingsinstallatie bedienen (bv. gasketels in cascade), waarvan men het verbruik wenst te meten, aangesloten zijn op deze teller. De analoge gasmeter dient ook aan deze voorwaarde te voldoen en daarenboven te beschikken over een impulsgever dat een automatische opneming van de meterstand toelaat. Is er in de woning bijvoorbeeld naast de ketel ook een gaskookplaat, dan volstaat de brandstofmeter van de netbeheerder niet als meettoestel aangezien deze niet uitsluitend het verbruik van de ketel meet.
Uitzonderingen op de installatie-eisen bij renovaties
Naargelang de ouderdom van de bestaande ketel op het moment van aanvraag van de stedenbouwkundige vergunning kan een algemene uitzondering van toepassing zijn.
Regelgeving
- Energiebesluit, bijlage XII: hoofdstuk 5