Gedaan met laden. U bevindt zich op: Rekenmethode - Residentieel (voor bouwaanvragen t.e.m. 31-12-2015) Hulpenergie ventilatie: rekenmethode - residentieel (voor bouwaanvragen vanaf 01-01-2019)

Rekenmethode - Residentieel (voor bouwaanvragen t.e.m. 31-12-2015)

Geldig voor bouwaanvragen t.e.m. 31.12.2015 Bekijk tijdslijn

Voor de berekening van de van ventilatoren wordt rekening gehouden met:

  • het maandelijks elektriciteitsgebruik van alle ventilatoren, gesommeerd over de verschillende ventilatiezones.

De berekening van het maandelijks elektriciteitsgebruik kan op drie manieren.

Waarde bij ontstentenis

Het elektrisch vermogen van de ventilator wordt bepaald door een waarde bij ontstentenis. Deze waarde hangt af van:

  • het geplaatste ventilatiesysteem

  • het type ventilator (gelijkstroom of wisselstroom).

Gedetailleerde berekening (“methode 2”)

De rekenwaarde voor het elektrisch vermogen van de ventilator wordt bepaald op basis van het geïnstalleerde vermogen.

Deze rekenwaarde bedraagt de helft van het maximaal geïnstalleerde vermogen.

Gedetailleerde berekening (“methode 3”)

De rekenwaarde voor het elektrisch vermogen van de ventilator wordt bepaald op basis van het vermogen bij een representatief werkingspunt.

Opmerkingen

  • Als er meerdere ventilatoren in eenzelfde ventilatiezone zijn, moet u voor alle ventilatoren ofwel rekenen met de waarde bij ontstentenis, ofwel gedetailleerd inrekenen (methode 2 en/of methode 3).

  • Als u kiest voor de detailberekening moet u alle aanwezige ventilatoren rapporteren, telkens met het overeenkomstige ventilatievermogen.