Balancering: rekenmethode - niet-residentieel
Bij niet-residentiële gebouwen eist de energieprestatieregelgeving geen perfect evenwicht, maar er moet wel voldaan worden aan de drukvoorwaarde. Deze drukvoorwaarde (PC) heeft als doel om het onevenwicht tussen de ontwerptoevoerdebieten (qv,supply) en de ontwerpafvoerdebieten (qv,extract) op het niveau van het gebouw te beperken.
Berekening
De drukvoorwaarde wordt bepaald door het ontwerptoevoerdebiet, ontwerpafvoerdebiet en het lekdebiet. Ze wordt berekend met de volgende formule:
met:
Afkorting | Betekenis |
---|---|
PC | drukvoorwaarde [Pa] |
qv, supply | ontwerptoevoerdebiet [m³.h-1] |
qv, extract | ontwerpafvoerdebiet [m³.h-1] |
V50 | lekdebiet bij 50 Pa [m³.h-1] zoals gedefinieerd door de norm NBN EN 13829, per conventie gelijkgesteld aan V, het volume van het gebouw of van het beschouwde deel van het gebouw berekend op basis van de buitenafmetingen, in m³. |
sign (x) | een functie die het teken van het argument x aanneemt, met andere woorden:
|
abs (x) | de absolute waarde van x, met andere woorden:
|
Eisen
De drukvoorwaarde mag niet kleiner zijn dan -5 Pa (onderdruk) of groter zijn dan 10 Pa (overdruk). Het doel van deze eis is om te grote onbalans tussen luchttoevoerdebiet en luchtafvoerdebiet te vermijden.
Voorbeeld
Een kantoorgebouw bestaat uit twee identieke verdiepingen met kantoren en toiletten.
- Het totale volume is gelijk aan 3136 m³.
- Het ontwerptoevoerdebiet in de kantoren is gelijk aan 1122 m³/h.
- Het ontwerpafvoerdebiet in de toiletten is gelijk aan 360 m³/h.
De drukvoorwaarde is dan gelijk aan:
Hier is er dus aan de eis voor de drukvoorwaarde voldaan.