Er zijn geen specifieke afmetingen vastgelegd in de regelgeving om de term ‘lineair’ te bepalen. De maximale onderbrekingsafstand van de isolatielaag legt vast wanneer een onderdeel van het verliesoppervlak een afzonderlijk schildeel is of een .
‘Lineair’ betekent dat in het geval de bouwknoop in twee richtingen verschillende afmetingen heeft, er steeds één zijde aanzienlijk langer is dan de andere. Een bouwknoop met afmeting 0,40 m x 0,39 m is geen lineaire bouwknoop, maar een puntbouwknoop.
Een lineaire bouwknoop ontstaat in de volgende 3 situaties:
Een scheidingsconstructie komt samen met een scheidingsconstructie op de grens met een aangrenzend perceel
Overal waar een scheidingsconstructie van het verliesoppervlak samenkomt met een scheidingsconstructie op de grens met een aanpalend perceel, ontstaat altijd een lineaire bouwknoop, zelfs als deze scheidingsconstructie op de grens met het aanpalend perceel niet tot het verliesoppervlak behoort.
De isolatielaag wordt lijnvormig onderbroken
Als een isolatielaag over een afstand van maximum 40 cm lijnvormig, geheel of gedeeltelijk onderbroken wordt door een materiaal met een hogere warmtegeleidbaarheid ontstaat een lineaire bouwknoop. Deze lineaire bouwknoop ligt in het vlak van de scheidingsconstructie zelf. Aan beide kanten van de onderbreking komt dus dezelfde isolatielaag voor.