Een ontstaat bij elke onderbreking of dikteverandering in de isolatieschil of waar twee scheidingsconstructies samenkomen. De isolatieschil is het geheel van alle voorkomende isolatielagen die het omhullen. Er bestaan zowel lineaire als puntbouwknopen.
De definitie maakt een oplijsting van de mogelijke locaties van een bouwknoop, maar geeft geen bouwfysisch oordeel over een ‘goede’ of ‘slechte’ bouwknoop.
Naargelang een bouwknoop in meer of mindere mate koudebrugarm is uitgevoerd is het een EPB-aanvaarde bouwknoop of een niet-EPB-aanvaarde bouwknoop.
Wanneer de isolatielaag niet is doorbroken, is er uiteraard ook geen bouwknoop:
Niet afzonderlijk in te rekenen bouwknopen
Er zijn ook een aantal situaties die wel een warmtetransport met zich meebrengen, maar die binnen EPB niet als afzonderlijke bouwknoop ingerekend moeten worden.