Effen, vlak en slipvrij perron
De verharding op het perron en op de weg ernaartoe moet geschikt zijn voor alle gebruikers. Ook voor mensen die slecht te been zijn of een rolstoel gebruiken, ook als de weg er nat bij ligt of het geijzeld heeft.
Denk eraan dat rolstoelgebruikers moeten manoeuvreren als ze de bus in- en uitrijden. Daarvoor is een vlak perron nodig en een lage rolweerstand.
Toegankelijk oppervlak
- Het perron moet een effen en vlak oppervlak hebben.
- De hellingsgraad van het perron mag in alle richtingen niet meer dan 2% zijn.
- De verharding moet vlak en aaneengesloten zijn, dus zonder brede voegen.
- De rolweerstand op het perron moet laag zijn.
- Het perron moet slipvrij zijn, zelfs onder natte of gladde omstandigheden.
Vermijd materialen die in vochtige omstandigheden glad worden, zoals hout of blauwe steen.
Vermijd gras, want dat is niet vlak en slipvrij. Het heeft ook een te hoge rolweerstand, zelfs als het verstevigd is met open tegels of kiezels.
Vermijd blootliggende boomspiegels op het perron en in de looproute. Een boomspiegel is het stuk grond rond de stam van de boom. Een beloopbaar boomrooster met een rastergrootte van hoogstens 2 cm mag wel, als dat zonder drempels aansluit op het loopoppervlak.
Verwijder regelmatig mos en onkruid.
Hou het perron vrij van bladeren, sneeuw en ijs.
De meeste kasseien zijn niet geschikt voor een toegankelijke verharding.
- Het oppervlak is meestal niet vlak genoeg.
- De voegen zijn vaak te breed, ongelijk en te diep.
- Het oppervlak wordt glad als het nat is.
Met gezaagde blokkasseien kunt u wel een toegankelijk oppervlak maken. U moet dan wel de voegen tot boven vullen en de kasseien moeten een slipvrij oppervlak hebben.