Het herwerkte Vier in balans-model
Kenniscentrum Digisprong maakt veel gebruik van een herwerkte versie van het Vier in balans-model, ontwikkeld door het Nederlandse Kennisnet(opent in nieuw venster). Het model toont scholen hoe ze ICT optimaal kunnen laten renderen en beschrijft de randvoorwaarden voor het efficiënt inzetten van ICT in het onderwijs.
Vier in balans volgens Kennisnet
Het originele Vier in balans-model beschrijft de randvoorwaarden die nodig zijn om ICT in het onderwijs goed te kunnen gebruiken. Wanneer scholen aandacht hebben voor de bouwstenen, en de balans hiertussen bewaken, kan ICT nog beter gaan werken voor het onderwijs. Scholen kunnen dit model dus gebruiken om een visie op de inzet van ICT in het onderwijs te ontwikkelen. Het model helpt ook om zicht te brengen op de investeringen die nodig zijn.
Dit alles heeft als doel om te komen tot gewenste opbrengsten of, vrij vertaald, effectieve kwaliteitsverbetering.
Het herwerkte Vier in balans-model
In deze herwerking wordt er nog steeds gewerkt met 4 bouwstenen: visie, deskundigheid, digitaal leermateriaal en ICT-infrastructuur. De bouwstenen worden duidelijk voorgesteld als fundering van efficiënt en effectief ICT-gebruik in het onderwijs. Deze 4 bouwstenen worden gestut door 2 onmisbare steunberen leiderschap en samenwerking.
In deze weergave vormen de bouwstenen de basis waaruit het didactisch gebruik van ICT voor leren voortvloeit. Al de inspanningen die hier geleverd worden leiden naar kwaliteitsverbetering van onderwijs, hét doel van ICT-gebruik in onderwijs.
Deze kwaliteitsverbetering staat bovenaan, als een fronton dat de bekroning vormt van al het werk dat een school levert voor de best mogelijke integratie van ICT in onderwijs.
Leiderschap en samenwerking worden aan de zijkanten geplaatst en ondersteunen de andere elementen tot een stabiele en gedragen constructie.
De steunbeer leiderschap heeft als taak te zorgen voor een duidelijke koppeling met de onderwijsvisie van scholen of besturen.
De visie, de deskundigheid van medewerkers, de gebruikte inhoud en toepassingen en de infrastructuur moeten met elkaar verbonden zijn om ICT echt goed voor het onderwijs te laten werken. De menselijke- en materiële randvoorwaarden moeten met elkaar in balans zijn om de vruchten van ICT-gebruik te plukken. Pas dan zal de inzet van ICT in het onderwijs effectief blijken.
De steunbeer samenwerking staat voor de rol van de leraar en andere onderwijsprofessionals. Zij hebben een essentiële rol en zonder hen stort de hele constructie in.
Een goede leraar weet wanneer en welke ICT-toepassing meerwaarde biedt en kan rekening houden met het samenspel tussen de kenmerken van de leerling, de kenmerken van de leraar, de leerinhoud en de middelen die ingezet worden, dat maakt de leraar onmisbaar én onvervangbaar.