Bij koelsystemen maken we een onderscheid tussen de volgende types:

• Actieve koeling: maakt gebruik van een koelmachine die de warmte onttrekt aan de ruimte. Een koelmachine verbruikt vrij veel energie en heeft een negatieve impact op het energieverbruik. De twee meest voorkomende actieve koelmachines zijn:

  • Compressiekoelmachines: deze hebben dezelfde werking als een elektrische warmtepomp of gascompressiewarmtepomp. De cyclus van deze toestellen is omgekeerd tegenover die van een warmtepomp: de ruimtes worden gekoeld in plaats van verwarmd.
  • Thermisch aangedreven koelmachine: deze hebben dezelfde werking als een gassorptiewarmtepomp. Ook hier is de cyclus omgekeerd tegenover die van een warmtepomp, waardoor gekoeld wordt.
• Passieve koeling: maakt gebruik van koelte die natuurlijk beschikbaar is. Voor dit type koeling is het energieverbruik beperkt tot deze van de pompen en/of de ventilatoren die nodig zijn om de koelte naar de ruimten te brengen.
  • Voorbeeld: water afkoelen met een bodemwarmtewisselaar en dit gekoelde water circuleren door het circuit voor vloerverwarming.

Passieve koeling is steeds te verkiezen door het lage energieverbruik, maar vaak kunnen minder lage temperaturen gehaald worden dan bij actieve koeling.

In EPW-eenheden worden actieve en sommige passieve koelsystemen vereenvoudigd ingerekend. In EPN-eenheden (open definitie) kunt u actieve en sommige passieve koelsystemen meer in detail inrekenen.