Elektrische warmtepomp: installatie-eisen (voor bouwaanvragen van 01/01/15 t.e.m 31/12/21)
Toepassingsgebied
Afhankelijk van de van het gebouw, de en de timing van het bouwproject, zijn er installatie-eisen van toepassing. Of uw project aan de installatie-eisen moet voldoen of niet, kunt u nagaan in de eisentabel. Klik hier voor een volledig overzicht van de installatie-eisen.
Installatie-eisen
Naargelang het type elektrische warmtepomp geldt een minimaal , zoals bepaald volgens de regelgeving.
Soort warmtepomp | Minimaal opwekkingsrendement |
---|---|
bodem/water | 3,3 |
water/water | 3,9 |
lucht/water | 2,8 |
lucht/lucht | 2,9 |
Dx en/of dc (vanaf 1 januari 2016) | geen eis |
(vanaf 1 januari 2018) | geen eis |
waterlus (vanaf 1 januari 2018) | geen eis |
Energieverbruiksmeters
Of er wel of niet een energieverbruiksmeter op de installatie moet worden geplaatst, hangt af van het totale nominale elektrische vermogen van de warmtepomp(en):
- Indien groter dan 10 kW, is een meter verplicht die het elektrische verbruik meet
- Indien groter dan 100 kW, is een meter verplicht die de hoeveelheid nuttige energie meet die aan het distributienetwerk doorgeven wordt.
De karakteristieken van deze energieverbruiksmeters moeten aan minimale eisen voldoen zoals toegelicht in hoofdstuk 11 van bijlage XII van het Energiebesluit en in de Europese Richtlijn 2004/22/EG over meetinstrumenten. Zo worden de meters uitgerust met een voorziening waarmee de gemeten hoeveelheden zowel ter plaatse als van op afstand afgelezen kunnen worden.
Type meter | Karakteristieken |
---|---|
calorimeters | De calorimeters zijn van het integrale type: ze zijn uitgerust met een elektronische rekeneenheid die de numerieke integratie uitvoert van het gemeten waterdebiet en het verschil in watertemperatuur tussen de vertrek- en de retourleiding. De meter moet voldoen aan de klasse 2 volgens de norm NBN EN-1434 warmtemeters. |
elektriciteitsmeters | De elektriciteitsmeter meet de actieve energie weergegeven in de vorm van een numerieke index met een minimale resolutie van 1 kWh, meters op DIN-rails. De meter beantwoordt aan de normen NBN EN 62053-11 en NBN EN 62053-21. De nauwkeurigheidsklasse is minimum klasse 1 voor actieve energie. |
Hybride warmtepomp
Een hybride warmtepomp is de combinatie van een gasketel en een warmtepomp op hetzelfde centraal verwarmingssysteem. In afwachting van een gedetailleerdere methode, worden er alleen installatie-eisen opgelegd aan de preferente opwekker. Binnen de installatie-eisen bent u vrij om te bepalen welke opwekker de preferente opwekker is. In het geval van een hybride warmtepomp, kan u er dus voor kiezen om enkel de ketel en niet de warmtepomp in te geven voor het aftoetsen van de installatie-eisen, of enkel de warmtepomp en niet de ketel in te geven voor het aftoetsen van de installatie-eisen.
Combinatie van radiatoren en vloerverwarming
Bij een warmtepomp heeft de ontwerpvertrektemperatuur een belangrijke invloed voor het rendement en wordt er vaak een dimensioneringsnota opgesteld. In een renovatiecontext kiest men er soms voor om op het gelijkvloers vloerverwarming te plaatsen en op de slaapkamers de originele radiatoren te behouden. Indien u in dit geval een lagere ontwerpvertrektemperatuur wenst aan te tonen, dan gaat u daarbij als volgt te werk. U stelt een dimensioneringsnota op voor het volledige gebouw, hierbij maakt u een kring aan voor het deel met vloerverwarming en één voor het deel met radiatoren. In de EPB-software kunt u vervolgens per kring een warmtepomp ingeven, met als bediende oppervlakte alle ruimtes die door die kring bediend worden. Per kring kunt u een verschillende ontwerpvertrektemperatuur ingeven zoals aangetoond in de dimensioneringsnota.
Tijdslijn
- Elektrische warmtepomp: installatie-eisen (voor bouwaanvragen van 01/01/15 t.e.m 31/12/21)