Gedaan met laden. U bevindt zich op: Regelgeving inzake het gebruik van F-gassen F-gassen

Regelgeving inzake het gebruik van F-gassen

Er is een strikte regelgeving wat het gebruik van F-gassen betreft. 

Wetgeving rond de uitbating van koelinstallaties

De voorwaarden voor de uitbating van koelinstallaties (incl. luchtconditioneringsinstallaties en warmtepompen die een koelsysteem bevatten inbegrepen) zijn opgenomen in VLAREM 2, meer bepaald artikel 5.16.3.3. voor de ingedeelde koelinstallaties en hoofdstuk 6.8. voor de niet-ingedeelde koelinstallaties. Daarnaast bevat artikel 1.1.2. een aantal definities die in deze context belangrijk zijn (categorie ozonlaag afbrekende stoffen en gefluoreerde broeikasgassen’ en ‘koelinstallaties’).

Raadpleeg zeker ook Uittreksel Vlarem II artikels i.v.m. koelinstallaties (dd. 2024-02-29).pdf(PDF bestand opent in nieuw venster). In deze voorwaarden is een onderscheid gemaakt tussen enerzijds koelinstallaties die gebruik maken van ozonlaag afbrekende stoffen en/of gefluoreerde broeikasgassen (F-gassen) en anderzijds koelinstallaties waar andere koelmiddelen worden gebruikt. Voor ozonlaag afbrekende stoffen en F-gassen, waarvoor belangrijke milieudoelstellingen gelden, is een belangrijk pakket bijkomende reglementering voorzien dat gericht is op het beperken van de lekverliezen van deze stoffen. Voor andere koelmiddelen is de reglementering veel minder gedetailleerd en is ze gericht op een goede bouw en opstelling van de installaties, op een goed en regelmatig onderhoud en op de terugwinning van koelmiddelen bij aftappen en buitengebruikstelling van installaties. Ook deze maatregelen zijn in belangrijke mate gericht op het beperken van de lekverliezen.

Europese regelgeving

Europese regelgeving legt regels op met betrekking tot de productie, import, export, het op de EU-markt plaatsen en gebruik van F-gassen. De ambitie is om gaandeweg het gebruik van F-gassen zeer sterk te reduceren, het gebruik van milieuvriendelijke alternatieven te stimuleren en zo de uitstoot van F-gassen sterk te beperken.

Op 20 februari 2024 werd de nieuwe EU-verordening 2024/573(opent in nieuw venster) gepubliceerd. Deze verordening vervangt EU-verordening 517/2014 en beoogt een snellere én verdergaande afbouw van het gebruik en de uitstoot van F-gassen. Meer informatie hierover is te vinden op de webpagina “20 februari 2024: Nieuwe F-gassenverordening gepubliceerd”.

De EU-regelgeving rond F-gassen, legt verplichtingen op aan exploitanten van koelinstallaties zoals periodieke lekdichtheidscontroles, verplichte terugwinning van F-gassen uit installaties, bevat een certificeringsverplichting voor onderhoudspersoneel en bedrijven, stelt eisen met betrekking tot etikettering van de apparatuur die F-gassen bevat en legt rapportageverplichtingen op. Het bevat ook verbodsbepalingen voor het op de markt brengen van toepassingen die F-gassen bevatten.

De belangrijkste maatregelen zijn:

  • Een beperking in het aanbod van HFK’s door middel van een quotasysteem voor importeurs en producenten van HFK’s (phasedown). Dit quotasysteem zal er voor zorgen dat tegen 2030 de hoeveelheid HFK’s die op de markt worden gebracht met 95% zal zijn gereduceerd ten opzichte van de hoeveelheid die in 2015 op de markt is gebracht (in CO2-equivalenten uitgedrukt) en tegen 2050 zullen geen nieuw geproduceerde HFK’s nog op de EU-markt mogen worden geplaatst.
  • Sinds 2020 is het gebruik van nieuw geproduceerde F-gassen met een GWP-waarde van 2500 of meer in bestaande koelsystemen met meer dan 40 ton CO2-equivalenten verboden. Vanaf 2025 geldt dit voor alle stationaire koelsystemen en vanaf 2026 geldt dit ook voor airco’s en warmtepompen. Vanaf 2030 mogen ook gerecycleerde/geregenereerde F-gassen met een GWP > 2500 niet meer worden gebruikt in koel-, airco- en warmtepompapparatuur).
  • De frequentie van verplichte lekdichtheidscontroles van koel-, airco- en warmtepompapparatuur die HFK-koelmiddelen bevat, is afhankelijk van de tonnage aan CO2-equivalenten die in een toepassing aanwezig is. Hoe schadelijker het koelmiddel (hoe hoger de GWP-waarde) en hoe meer kg koelmiddel in de installatie, hoe frequenter er moet worden gecontroleerd op lekkage. Voor installaties met HFO-koelmiddelen wordt wel enkel naar het gewicht gekeken. Vanaf 1 kg koelmiddel is een iedere 12 maanden een lekdichteidscontrole verplicht.

De richtlijn 2006/40/EG (PDF bestand opent in nieuw venster)van het Europees Parlement en de Raad van 17 mei 2006 betreffende emissies van klimaatregelingsapparatuur in motorvoertuigen en houdende wijziging van Richtlijn 70/156/EEG van de Raad viseert de F-gasuitstoot ten gevolge van het gebruik van HFK-134A (dat een GWP-waarde heeft van 1.430) in airconditioning in personenwagens. Deze richtlijn zorgde ervoor dat sinds 1 januari 2017 alle nieuwe voertuigen worden uitgerust met een koelmiddel dat een GWP-waarde heeft dat lager is dan 150.