Informele zorg vaakst verleend door 50- tot 64-jarigen
Naar achtergrondkenmerken waren er in het voorjaar 2024 geen verschillen naar geslacht. Naar leeftijd zijn er wel verschillen: de oudere leeftijdsgroepen geven vaker minstens maandelijks informele zorg dan de jongere leeftijdsgroepen.
Bij andere achtergrondkenmerken zijn de verschillen minder uitgesproken. Personen die met partner en kinderen wonen geven minder vaak informele zorg dan personen die met partner zonder kinderen wonen of alleenwonen.
Laag- en middengeschoolden geven vaker informele zorg dan hooggeschoolden. Personen die in de stedelijke rand wonen geven vaker informele zorg dan grootstedelingen.
Informele zorg het vaakst verleend aan ouders en partner
Personen die minstens maandelijks informele zorg verlenen deden dat in 2024 het vaakst voor een ouder (33%) of voor de partner (17%). Bijna 10% gaf het vaakst informele zorg aan een schoonouder, grootouder, buur of (schoon)kind. 5% verleende het vaakst informele zorg aan (schoon)zus of (schoon)broer en 2% aan een vriend of een vriendin.
Bronnen
- Statistiek Vlaanderen: