VB 17038 - Kosteloze of bezwarende titel: schenking met last
- Nummer
- 17038
- Datum beslissing
- 13 november 2017
- Publicatiedatum
- 17 november 2017
Heffing
- Schenkbelasting
Wettelijke basis
- art. 2.8.1.0.1. VCF
- art. 2.8.3.0.1. VCF
I. Voorwerp van de aanvraag
1. De aanvraag strekt ertoe bevestiging te krijgen dat de voorgenomen schenking van de blote eigendom van een appartement door mevrouw ‘A’ onder last opgelegd aan de begiftigde om een geldsom te betalen aan de schenker, in haar geheel gekwalificeerd kan worden als een schenking en niets als een verkoop (rechtshandeling onder bezwarende titel).
II. Omschrijving van de verrichtingen
II. A. Identiteit van de aanvrager en de partijen
2. De aanvraag wordt ingediend door notaris ‘X’, namens:
Mevrouw ‘A’, de schenker in deze aanvraag; en
Mevrouw ‘B’, dochter van nagenoemde mevrouw ‘A’ en begiftigde in deze aanvraag.
3. De betrokken partij is:
De heer ‘C’, zoon van mevrouw ‘A’.
4. Het betrokken onroerend goed betreft:
In het appartementsgebouw genaamd "Z":
De studio […], omvattende:
a) in privatieve en uitsluitende eigendom: inkomdeur, hall met vestiairekast, living met terras aan de voorgevel, keuken, badkamer, closet en de kelder in de kelderverdieping;
b) in mede-eigendom en gedwongen onverdeeldheid: drieënveertig/dertienduizend driehonderd vijftigsten (43/13.350) in alle gemene delen van het gebouw, waaronder de grond.
[…]
II. B. Beschrijving van de voorgenomen verrichting(en)
5. Mevrouw A, weduwe, is 74 jaar en is 100% volle eigenaar van het onroerend goed vermeld onder punt 4. Dit goed wordt in volle eigendom op 112.000 euro gewaardeerd.
Zij heeft twee kinderen, een zoon (de heer C} en een dochter (mevrouw B). Zij wenst het appartement te schenken aan haar dochter in blote eigendom, buiten erfdeel, onder last om een geldsom van 85.000 euro te betalen aan de moeder-schenker.
Het vruchtgebruik van de moeder (74 jaar) op het appartement is volgens de omzettingstabellen die jaarlijks in het Belgisch Staatsblad worden gepubliceerd 13,48% van de volle eigendom waard. De blote eigendom is dan 86,52% waard; ofwel 96.902,40 euro.
In casu bedraagt het voordeel van de verrichting voor de begiftigde dus 11.902,40 euro (96.902,40 euro - 85.000 euro).
III. Motivering van de aanvraag
6. Mevrouw A is 74 jaar oud en heeft een beperkt inkomen.
In het appartementsgebouw zijn grote herstellingswerken gepland. Mevrouw A wil hiervoor niet meer instaan en wenst daarom de blote eigendom van het appartement te schenken aan haar dochter.
De schenking zal gebeuren met vrijstelling van inbreng, met tussenkomst van de zoon om overeenkomstig artikel 918 Burgerlijk Wetboek in de vervreemding toe te stemmen en te verzaken aan zijn eventuele vordering tot inkorting. Op die manier wordt tussen de erfgenamen een definitieve regeling tot stand gebracht.
Aan de begiftigde wordt de last opgelegd om 85.000 euro te betalen aan de schenker. De schenker wenst dit bedrag te ontvangen, om daarmee in haar levensonderhoud te voorzien.
7. Verwijzing naar de wettelijke of reglementaire bepalingen waar de beslissing op moet slaan:
Overeenkomstig artikel 2.8.1.0.1 Vlaamse Codex Fiscaliteit wordt de schenkbelasting gevestigd n.a.v. de registratie (of verplichting tot registratie) van akte of geschriften die tot bewijs strekken van een schenking onder de levenden.
Art.2.8.3.0.1, §1, VCF bepaalt: “Voor de schenkingen onder de levenden van roerende en onroerende goederen wordt een schenkbelasting geheven op het aandeel van elke begiftigde, op basis van de verkoopwaarde van de geschonken goederen, zonder aftrek van de lasten.".
Art. 2.8.3,0.1,§ 3, VCF bepaalt: “Voor de toepassing van paragraaf 2 wordt de last die bestaat uit een som, een rente of een pensioen, onder kosteloze titel bedongen ten voordele van een derde die aanvaardt in hoofde van die derde als schenking belast en wordt de last van het aandeel van de hoofdbegiftigde afgetrokken."
De voorafgaande beslissing nr. 16032 dd. 25.07.2016 vermeldt "De last belet niet dat de overeenkomst in haar geheel een gift is, wanneer de waarde van de last lager is dan die van de geschonken goederen, zodat de verrichting voor de begiftigde nog een voordeel oplevert.”.
IV. Beslissing
8. Gelet op artikel 3.22.0.0.1 VCF komt het besluitvormingsorgaan tot de volgende voorafgaande beslissing:
9. Er is geen aanleiding om de voorgenomen schenking te herkwalificeren tot een rechtshandeling onder bezwarende titel.
De last belet niet dat de overeenkomst in haar geheel een gift is, wanneer de waarde van de last lager is dan die van de geschonken goederen, zodat de verrichting voor de begiftigde nog een voordeel oplevert.
10. Art. 2.8.3.0.1, §1, VCF bepaalt dat aan de begiftigde opgelegde lasten niet in mindering mogen worden gebracht van de belastbare grondslag van de schenkbelasting. Hierop wordt een uitzondering gemaakt door art. 2.8.3.0.1, §3, VCF m.b.t. lasten ten voordele van een derde.
De schenker, begunstigde van de last, is in de rechtshandeling evenwel geen derde.
De schenkbelasting zal aldus geheven worden op de waarde van de volle eigendom van het onroerend goed, bepaald volgens art. 2.8.3.0.1, §2, 2°, VCF.
Deze beslissing heeft alleen betrekking op registratiebelasting en doet geen uitspraak over andere belastingen.