VB 16032 - Familiale vennootschap – Schenking onder last
- Nummer
- 16032
- Datum beslissing
- 25 juli 2016
- Publicatiedatum
- 13 september 2016
Heffing
- Schenkbelasting
Wettelijke basis
- art. 2.8.3.0.1. VCF
- art. 2.8.6.0.3. VCF
I. Voorwerp van de aanvraag
1. De aanvraag strekt er toe bevestiging te krijgen dat de voorgenomen schenking van de volle eigendom van familiale bedrijfsactiva (landbouwgronden met landgebouw) door de huwgemeenschap ‘de schenkers’, onder last opgelegd aan de begiftigde een geldsom te betalen aan de schenkers, gekwalificeerd kan worden als schenking.
II. Omschrijving van de verrichtingen
II. A. Identiteit van de aanvrager en de partijen
2. De aanvraag wordt ingediend door ‘X’, in naam van :
- “de schenkers”
- “de onderneming”
- “de begiftigde”
II. B. Beschrijving van de voorgenomen verrichting(en)
3. De schenkers zijn gehuwd onder het stelsel der wettelijke gemeenschap ingevolge huwelijkscontract dd. 14 juli 1977, nadien twee keer gewijzigd zonder afbreuk te doen aan het stelsel. Zij hebben drie kinderen, waaronder de begiftigde die samen met haar echtgenoot de onderneming wenst verder te zetten.
4. De schenkers zijn samen eigenaar van landbouwgronden met landgebouw.
De totale verkoopwaarde in volle eigendom van voormelde onroerende goederen wordt geschat op 1.584.204,00 euro
5. De schenkers wensen de volle eigendom van deze activa te schenken aan de begiftigde met toepassing van vrijstelling van schenkbelasting overeenkomstig art. 2.8.6.0.3 VCF.
Bovenvermelde schenking van de volle eigendom van de onroerende goederen zal plaatsvinden onder de last opgelegd aan de begiftigde om een bedrag van 850.000,00 euro te betalen aan de schenkers.
III. Motivering van de aanvraag
6. De omstandigheden, redenen en doelstelling van voormelde schenking onder last wordt als volgt beschreven :
- Schenker 1 is 64 jaar en wenst zijn beroepsloopbaan af te bouwen en binnen een paar jaar te beëindigen;
- Enkel de begiftigde is geïnteresseerd om samen met haar echtgenoot de exploitatie van het landbouwbedrijf verder te zetten; de andere kinderen hebben andere toekomstplannen;
- De schenkers wensen de volle eigendom van voormelde activa van het landbouwbedrijf over te dragen aan de begiftigde middels schenking als voorschot op haar erfenis;
- In het kader van de gelijkberechtiging van de drie kinderen, wordt aan de begiftigde de last opgelegd om een bedrag van 850.000,00 € te betalen aan de schenkers.
- De schenkers wensen dit bedrag ten belope van 850.000,00 euro te ontvangen om verder in hun levensonderhoud te voorzien.
IV. Relevante wettelijke of reglementaire bepalingen
7. Art.2.8.3.0.1§1 VCF
"Voor de schenkingen onder de levenden van roerende en onroerende goederen wordt een schenkbelasting geheven op het aandeel van elke begiftigde, op basis van de verkoopwaarde van de geschonken goederen,zonder aftrek van de lasten.”
8. Art. 2.8.3.0.1 § 3 VCF
“Voor de toepassing van paragraaf 2 wordt de last die bestaat uit een som, een rente of een pensioen, onder kosteloze titel bedongen ten voordele van een derde die aanvaardt, in hoofde van die derde als schenking belast en wordt de last van het aandeel van de hoofdbegiftigde afgetrokken."
V. Beslissing
9. Gelet op artikel 3.22.0.0.1 van de Vlaamse Codex Fiscaliteit komt het besluitvormingsorgaan tot volgende voorafgaande beslissing :
10. Er is geen aanleiding om de voorgenomen schenking te herkwalificeren tot een rechtshandeling onder bezwarende titel.
De last belet niet dat de overeenkomst in haar geheel een gift is, wanneer de waarde van de last lager is dan die van de geschonken goederen, zodat de verrichting voor de begiftigde nog een voordeel oplevert.
11. Opdat de schenking in aanmerking zou komen voor vrijstelling van schenkbelasting overeenkomstig artikel 2.8.6.0.3 VCF dient op het ogenblik van de schenking cumulatief voldaan te zijn aan volgende voorwaarden :
- de onderneming moet door de schenker of zijn partner, al dan niet samen met anderen, persoonlijk worden geëxploiteerd als bepaald in artikel 2.8.6.0.3, §2, 1° VCF;
- de over te dragen activa moeten door de schenker of zijn partner beroepsmatig zijn geïnvesteerd in de familiale onderneming als bepaald in artikel 2.8.6.0.3, §1, 1° VCF;
- de overgedragen onroerende goederen mogen niet hoofdzakelijk tot bewoning worden aangewend of bestemd zijn zoals bepaald in artikel 2.8.6.0.3, §1, 1° VCF.
Hierover wordt naar aanleiding van deze voorafgaande beslissing geen uitspraak gedaan.
12. Voor het bepalen van de belastbare grondslag wordt met de last verschuldigd aan de schenker geen rekening gehouden : de vrijstelling geldt voor de volledige waarde van de geschonken goederen, zonder aftrek van deze last.