Taalgebruik in mede-eigendom
De wetgever regelt het taalgebruik in de woonsector in bepaalde situaties. Op deze pagina vind je bijvoorbeeld meer informatie over je taalrechten als mede-eigenaar van een appartementsgebouw.
Taalvrijheid
In België is het taalgebruik vrij. De taalvrijheid volgt uit art. 30 en 129 van de Grondwet(opent in nieuw venster).
Het is in principe niet mogelijk om het taalgebruik in het privéleven en het private rechtsverkeer te regelen. De wetgever kan het taalgebruik in de private rechtsverhoudingen, zoals bij mede-eigendom, dus niet regelen.
De vereniging van mede-eigenaars mag dus zelf bepalen welke taal ze gebruikt:
in de statuten van het appartementsgebouw;
tijdens de algemene vergadering van de vereniging van mede-eigenaars;
in de agenda of de notulen van de algemene vergadering;
in de communicatie met de syndicus.
Vertaling van documenten
Elke mede-eigenaar heeft recht op vertaling van bepaalde documenten naar de taal of 1 van de talen van het taalgebied waarin het appartementsgebouw ligt. Dat bepaalt het Burgerlijk Wetboek(opent in nieuw venster).
Dat recht geldt enkel als:
een mede-eigenaar daarom verzoekt;
het gaat om een schriftelijke communicatie over de mede-eigendom;
de documenten afkomstig zijn van de vereniging van mede-eigenaars;
de documenten, met uitzondering van de statuten, opgesteld zijn na 1 september 2010.
De vertaalkosten zijn voor rekening van de vereniging van mede-eigenaars en zijn dus ten laste van alle mede-eigenaars. Dat geldt ongeacht het aantal mede-eigenaars dat om een vertaling verzoekt of ongeacht hun aandeel in de mede-eigendom. De syndicus moet volgens het Burgerlijk Wetboek(opent in nieuw venster) de vertaling binnen een redelijke termijn ter beschikking stellen.