Het aantal woningen in eigendom van een woonmaatschappij lag eind 2023 het hoogst in de grootsteden Antwerpen en Gent, met respectievelijk 22.404 en 13.505 woningen. In Brugge waren er 4.060 sociale woningen in eigendom. In de overige Vlaamse gemeenten was dat aantal telkens kleiner dan 4.000 woningen. In 2 Vlaamse gemeenten waren er geen woningen in eigendom. Het gaat om Herstappe en Horebeke.
Als de woningen in eigendom van een woonmaatschappij afgezet worden tegenover het aantal private huishoudens ligt de capaciteit het hoogst in Duffel, Spiere-Helkijn, Mesen, Zelzate, Lier, Wervik, Diest, Schelle, Hamme, Genk, Menen, Willebroek, Wachtebeke, Gent en Zwevegem. In die gemeenten zijn er telkens meer dan 100 sociale woningen per 1.000 huishoudens.