Gedaan met laden. U bevindt zich op: Schuldvorderingen van de Vlaamse overheid als werkgever jegens het personeelslid - voorbeeld Verjaring van schuldvorderingen
Schuldvorderingen van de Vlaamse overheid als werkgever jegens het personeelslid - voorbeeld
Terugvordering te veel betaald loon ingevolge ongewettigde afwezigheid statutair personeelslid
Hier speelt een dubbele termijn (cf. art. 16 van de wet van 16 mei 2003):
- De overheidswerkgever moet binnen de 5 jaar (10 jaar ingeval van bedrog) te rekenen van de eerste januari van het jaar van betaling de terugbetaling vragen aan betrokken ambtenaar, en dit bij aangetekende brief met vermelding van het totale bedrag van de teruggevraagde som met, per jaar, de opgave van de ten onrechte uitgevoerde betalingen, alsook met vermelding van de bepalingen in strijd waarmee de betalingen zijn gedaan (onverschuldigde betaling).
In casu (ongewettigde afwezigheid) moeten – voor zover dit niet automatisch zou gebeuren – ook de maaltijdcheques voor de dagen ongewettigde aanwezigheid (non activiteit) verrekend worden. Daarnaast kan het ook zinvol zijn om na te gaan of voor de betrokken dagen al dan niet maaltijdvergoedingen en/of reiskosten werden gevorderd (via Orafin).
Indien ervoor wordt geopteerd terug te vorderen via inhouding(en) op het loon: zie hieronder punt 4. - Wanneer betrokken ambtenaar niet ingaat op de vraag tot terugbetaling, beschikt men over een termijn van 10 jaar (gemeenrechtelijke verjaringstermijn voor persoonlijke schuldvorderingen van art. 2262bis, §1 B.W.) te rekenen vanaf de afgifte van de aangetekende brief aan de post om het onverschuldigd bedrag in rechte terug te vorderen.