Energie en klimaat
Doelstellingen
De evolutie naar een koolstofneutraal gebouwenpark en de reductie van de energieverbruiken.
Het intern Klimaatplan Vlaamse overheid stelt voor gebouwen en technische infrastructuur als doel:
Tegen 2045: evolutie naar een koolstofneutraal gebouwenpark
Tegen 2030: ten opzichte van 2005
- Reductie van 55% van de CO2-emissies ten gevolge van het gas- en stookolieverbruik.
- Reductie van 35% van het primair energieverbruik.
Tegen 2030: (ten opzichte van 2005) stelt Het Facilitair Bedrijf zich als doel voor de grote kantoren:
- Reductie van 65% van de CO2-emissies/ m2 ten gevolge van fossiele brandstoffen.
- Reductie van 50% van het primair energieverbruik/ m2
We maken ons vastgoed energie-efficiënt, verbeteren continu onze energieprestatie, maken maximaal gebruik van hernieuwbare energie en nemen deel aan energiegemeenschappen. We realiseren ons actieplan gebouwen met energetische maatregelen voor onze vastgoedportefeuille.
Het bevorderen van duurzame mobiliteit
Het intern Klimaatplan Vlaamse overheid stelt voor interne mobiliteit als doel:
Tegen 2030 (ten opzichte van 2015): koolstofneutrale interne mobiliteit:
- Reductie van 55% van de CO2-emissies van het brandstofverbruik van dienstverplaatsingen over land.
- Compensatie van de resterende CO2-uitstoot van de dienstreizen over land en door de lucht.
Het Facilitair Bedrijf trekt het Actieplan Mobiliteit voor de hele Vlaamse overheid. We realiseren minimaal de klimaatdoelstellingen uit het actieplan.
Dashboards
Het Facilitair Bedrijf meet nauwgezet de energieverbruiken in de gebouwen binnen de ISO 50001-scope. Het agentschap ontwikkelde hiervoor dashboards voor de dagverbruiken, maandverbruiken en de al geregistreerde gebruiken van het huidige jaar voor elektriciteit, gas en water.
Voorbeelden van acties
Vooruitstrevende technieken bij nieuwbouw
In het Bijna Energieneutrale Herman Teirlinckgebouw installeerden we een warmtepomp in combinatie met koude-warmte-opslag. In het VAC Gent zijn er lucht-water warmtepompen en een WKK. In het VAC Leuven is er een warmtepompinstallatie combinatie met een boorgat energie opslag-veld. Met al deze maatregelen is het behaalde E-peil voor deze gebouwen meer dan de helft lager dan wat wettelijk gevraagd wordt.
Maatregelen bij bestaande gebouwen
Energetische maatregelen volgen uit de energieaudits die Het Facilitair Bedrijf bij haar grote gebouwen in zijn patrimonium laat uitvoeren, in combinatie met een NEN2767 conditiestaatmeting. Zoals het een goede huisvader betaamt, begon men bij het Facilitair Bedrijf ook met die maatregelen die een hoog rendement geven ten opzichte van een lage investeringskost, zoals de optimalisatie van de regeling en de sturing van de technische installaties. Daar zijn in veel gevallen grote besparingen te rapen. Daarna volgen maatregelen met een langere terugverdientijd. Voorbeelden hiervan zijn de omschakeling naar LED-verlichting, het isoleren van verwarmings- en koelleidingen, stookplaatsrenovaties,…
Beheer en sturing kan, ook bij nieuwe en dus performante gebouwen, een groot verschil betekenen. Pas na een tweetal jaar hebben we een correct zicht op de manier waarop een installatie op een gebouw reageert. Dan kunnen we via sturing beginnen corrigeren en finetunen, zonder het comfort van de gebruiker uit het oog te verliezen. De energiebesparingen die je op die manier kunt behalen, worden dikwijls zwaar onderschat.
Daarom is het belang van een energie-audit en regelmatige monitoring en analyse belangrijk. Uit de cijfers en de rondgangen zie je afwijkingen direct duidelijk worden.
Voorbeelden van lokale acties
Dagelijkse uitvoering van de lokale acties, enkele voorbeelden van acties zijn:
- Uitschakelen van toestellen en installaties zodat ze geen energie meer verbruiken. Bijvoorbeeld door middel van kloksturing, uitschakelen van ketels die niet hoeven te werken of sensibilisering ‘zet je beeldscherm uit’.
- Vermijden van sluipverbruik door sensibilisering ‘trek je lader uit het stopcontact’.
- Vervangen van toestellen of installaties door energiezuinigere modellen bijvoorbeeld relighting of relamping, performantere vaatwassers, stookplaatsrenovatie.
Resultaten
We halen het primaire energieverbruik per werkplek al vele jaren drastisch omlaag in onze grote kantoorgebouwen. De budgetten die hierdoor vrijkomen herinvesteren we in energiebesparende projecten. We dringen ons energieverbruik terug door te renoveren, energiebesparende maatregelen te nemen, onze verbruiken te bewaken en te verhuizen naar vooruitstrevende energie-efficiënte gebouwen.
We bespaarden in 2019 al 64,1% CO2 en 43,7% primaire energie. De spectaculaire daling van het primaire energieverbruik per werkplek, het verloop van de gebouwen en de start van het ISO 50001-project is in onderstaande grafiek te zien. De grafiek toont geen cijfers van tijdens de coronacrisis omdat deze niet representatief zijn.
Het belang van dagelijks beheer
2011: Ingebruikname van het kantoor
Het berekende energieverbruik was bij het ontwerp van het gebouw 20% lager dan wat de wetgeving oplegde.
2014: Energiebesparende maatregelen
Na de oplevering van het gebouw keken we of de HVAC en de elektrische sturing nog konden verbeteren. De kost voor deze verbetering was 30.000 EUR, maar zou een besparing van 60.000 EUR per jaar betekenen. We verdienden de investering m.a.w. al na een half jaar terug.
De huurovereenkomst van het gebouw is 25 jaar. Over deze hele periode zouden we door de verbetering 1,5 miljoen euro besparen. Tenminste als de verbetering grondig bewaakt werd door dagelijks energiebeheer.
2018: Sterk dalend energieverbruik
De energieverbruiken daalden met meer dan een derde over 5 jaar. De resultaten van de verbeteringen en het energiebeheer waren veelbelovend. Maar…
2019: Plotse stijging van de verbruiken
In 2019 stegen de energieverbruiken plots met 7,5%. De oorzaken van deze stijging:
- We plaatsten een warme keuken.
- We stelden de elektrische sturing op punt voor een gemiddeld Belgisch klimaat. 2019 was echter een heel warme zomer, met veel comfortklachten. We pasten de setpunten van de koeling aan, waardoor het gebouw meer ging verbruiken.
- Er waren problemen met de sturing van de verlichting. Wisselstukken waren niet meteen voorradig en lieten op zich wachten. Het licht bleef vaak branden.
We konden niet al deze oorzaken voorzien, maar met preventief onderhoud en een kritische voorraad aan wisselstukken, hadden we een deel van het probleem kunnen voorkomen. Verder is het belangrijk dat we de setpunten weer zo snel mogelijk naar hun oorspronkelijke instelling plaatsen na een wijziging.
Besluit: Dagelijkse opvolging van het onderhoud en energiebeheer is onontbeerlijk om de resultaten van onze verbeteringen te borgen.