Volgende personen zijn aanwezig op de werkvloer maar vallen niet onder het personeelsaantal:

• Bestuurders bij een extern publiek- of privaatrechterlijk rechtspersoon
  • Leden van de Raad van Bestuur/Algemene vergadering: inclusief eventuele onafhankelijke bestuurders, revisoren en experten.
  • Regeringscommissarissen en toezichthouders, aangeduid door de Vlaamse Regering
• Prestatiecontracten
  • Personen die enkel in betalingssystemen worden opgenomen in functie van vergoedingen voor specifieke prestaties: deze personen worden juridisch niet tewerkgesteld maar zij leveren wel prestaties waarvoor zij worden vergoed (niet verloond) (bv. personen met een pluviometer in de tuin, personen die presentiegelden of rusttoelages ontvangen).
  • Personen die via uitzendarbeid tewerkgesteld worden, worden beschouwd als leveranciers van diensten en tellen dus niet mee als personeelsleden.
  • Externe partners
  • Freelancers: een freelance-medewerker is een persoon met het statuut van zelfstandige (met eigen btw-nummer) of een werknemer van een tussenpersoon voor de duur van het freelance-werk.
    Als een entiteit een freelancer inhuurt, levert de betrokkene opdrachten voor een entiteit tegen een vooraf afgesproken dag- of uurprijs. De entiteit ontvangt achteraf een factuur voor de geleverde diensten.
• Werkervaringsovereenkomsten
  • Beroepsinlevingsstage(opent in nieuw venster) (BIS): betaalde stage op basis van een opleidingscontract waarbij er vaardigheden en competenties aangeleerd worden op de werkvloer
  • Opleidingsstage(opent in nieuw venster) (OV): onbezoldigde stage in kader van een opleiding bij de VDAB
  • Beroepsverkennende stage(opent in nieuw venster) (BVS): onbetaalde stage om werkzoekenden de kans te geven om een oriënterende stage te doen op de werkvloer
  • Werkervaringsstage(opent in nieuw venster) (WES): onbezoldigde stage voor werkzoekenden die het moeilijk hebben om werk te vinden
  • First stage Actiris(opent in nieuw venster): eerste bezoldigde werkervaring voor jongeren jonger dan 30 jaar die maximum diploma secundair onderwijs hebben. Ze krijgen een premie van de onderneming en een stage-uitkering per dag van Actiris. Er is geen verplichting tot aanwerving. Er is geen arbeidsovereenkomst met de onderneming maar wel een stageovereenkomst.
  • Schoolstages: onbezoldigde stage in kader van een opleiding.
  • Overeenkomst alternerende opleiding (OAO): juridische overeenkomsten tussen een entiteit en een centrum voor deeltijds onderwijs. De OAO wordt gebruikt als er gedurende een schooljaar in een duale opleiding 20u of meer op een reële werkplek wordt gewerkt. De leerling krijgt hiervoor een leervergoeding.
  • Individuele beroepsopleiding voor kwetsbare werkzoekenden (IBO+): via een IBO+ kan een entiteit samen met de VDAB een werkzoekende met een handicap of chronische ziekte opleiden op de werkvloer. Daarna volgt een verplichte tewerkstelling voor minstens dezelfde duur als de opleidingsperiode. Tijdens de duur van de opleiding hebben de betrokkenen geen juridische tewerkstellingsrelatie met de entiteit waar de ervaring opgedaan wordt. Tijdens deze opleidingsperiode worden deze personen dus niet aanzien als personeelsleden van de Vlaamse overheid. Van zodra het tewerkstellingscontract na de IBO+ aanvangt, is er wel een juridische tewerkstellingsrelatie en telt de betrokkene mee als personeelslid.
  • Stagiairs die vanuit de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (OCMW) ter beschikking gesteld worden aan een entiteit van de Vlaamse overheid (art. 60§7 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de OCMW’s). Tijdens de periode dat de betrokkene ter beschikking gesteld wordt aan een entiteit van de Vlaamse overheid, bestaat er tussen beide geen juridische tewerkstellingsrelatie. Hierdoor is de betrokkene geen personeelslid van de Vlaamse overheid. De juridische tewerkstellingsrelatie van de stagiair blijft tijdens de ter beschikking stelling behouden met het OCMW. De entiteit waar de stagiair tewerkgesteld wordt, sluit met het OCMW wel een overeenkomst af.
  • Personeel in volgende startbaanprojecten:
    1. Project Scholen voor Jongeren, Jongeren voor Scholen (JoJo)
    2. Project Verkeersveiligheid (VeVe)
• Tewerkstelling onder andere statuten
  • Bedienaars der erediensten en moreel consulenten: zij vertegenwoordigen respectievelijk één van de in België erkende erediensten of de centrale raad der niet-confessionele levensbeschouwelijke gemeenschappen van België en worden derhalve enkel aangesteld bij de Vlaamse overheid.
  • Doctoraats-/beursstudenten
  • Onderwijspersoneel: alle personen tewerkgesteld onder het onderwijsstatuut. Het gaat meer bepaald om volgende groepen van onderwijspersoneel:
    • Onderwijzend personeel en het zogenaamd ‘Meester- en vakdienstpersoneel’ uit het Gemeenschapsonderwijs, zowel uit het gewoon als uit het buitengewoon lager en secundair onderwijs, inclusief de tijdelijke ontvangers.
    • Personeel uit hoger kunstonderwijs, zeevaartonderwijs en deeltijds kunstenonderwijs
    • Personeel betaald op budgetten ter ondersteuning van de scholen in de Rand- en taalgemeenten
    • Personeel dat vergoeding krijgt van budgetlijn ’vergoedingen van de mentoren bis’
    • Personeel en administratief personeel van de Centra voor Leerlingenbegeleiding of van de Pedagogische centra voor het Gemeenschapsonderwijs
    • Onderwijsinspectie en inspectiebegeleiding levensbeschouwelijke vakken
    • Personeel van de ’Sociale Dienst van het Gemeenschapsonderwijs vzw’
    • Personeelsleden tewerkgesteld in CODO-projecten
    • Contractuele en gedetacheerde deskundigen die de lokale overlegplatforms gelijke onderwijskansen ondersteunen (loppers)
    • Gedetacheerde leerkrachten zijn voor een beperkte periode gedetacheerd vanuit het onderwijs naar de administratie of naar verenigingen in de jeugdsector. Hoewel zij in de dagdagelijkse praktijk tewerkgesteld worden door de administratie, blijven zij tijdens deze detachering juridisch tewerkgesteld en doorbetaald als onderwijspersoneel. Zij worden dus niet als personeelslid beschouwd.
• Losse medewerkers/occasioneel personeel

  • Volgens KB van 28 november 1969, artikel 17 §1 van het KB van 28/11/69

  • Maximaal 25 dagprestaties per jaar per medewerker voor enkel buiten de werk - of schooluren van de betrokkene of tijdens schoolvakanties

  • Functies: monitor, leider, animator, beheerder, huismeester, bewaker) en voor een beperkt aantal activiteiten (vakantiekolonies, speelpleinen, sportkampen, sportinitiatie, socioculturele vorming

  • Arbeidsovereenkomst ‘voor de uitvoering van tijdelijke arbeid of uitzendarbeid’ en meer specifiek voor ‘de levering van artistieke prestaties of productie van artistieke werken ten bate van een occasionele werkgever of een occasionele gebruiker’

    • Ze ressorteren ook principieel onder het Vlaams personeelsstatuut (met uitzondering van maaltijdcheques en hospitalisatieverzekering) maar hebben eigen graden en salarisschalen. Op strikt formele gronden beantwoorden deze mensen dus aan de voorwaarden van de rapporteringsdefinitie over personeelsaantal en dienen zij dus als personeelslid te worden beschouwd.

    • Deze personen tellen niet mee als personeelsleden omwille van de aard en omvang van de tewerkstelling. Het betreft meestal dagcontracten waarbij de prestaties van enkele uren worden vastgelegd in ruil voor een loon.

    • Gemiddeld hebben zij meerdere contracten op één maand tijd en slechts een kleine minderheid levert meer dan 200 uur prestaties op een jaar tijd (= 25 dagen * 8 uur). Vanuit inhoudelijk standpunt sluiten zij hierdoor meer aan bij ‘freelancers’ en ‘interimarbeiders’ (die telkens niet meegeteld worden) dan met seizoensarbeiders of jobstudenten (die beiden wel meegeteld worden).

Dan wordt dat personeelslid dubbel geteld op het niveau van een beleidsdomein of van de Vlaamse overheid. In geval van een van de volgende verlofregelingen ontstaan er tijdelijke dubbeltellingen in het personeelsaantal:

• Een statutair personeelslid maakt gebruik van ambtshalve (onbetaald) verlof om een mandaat zonder terugvalpositie, contractuele functie of een statutaire stage bij een andere entiteit van diensten Vlaamse overheid uit te oefenen en dit voor de duur van de contractuele betrekking, het mandaat, de aanstelling of de proeftijd.
  Personeelsleden die vanuit hun contractuele tewerkstelling hun statutaire stage aanvatten binnen dezelfde entiteit, worden buiten beschouwing gelaten omdat deze dubbeltelling zich binnen een entiteit situeert.
• Een contractueel personeelslid maakt gebruik van onbetaald verlof (waardoor zijn eerste arbeidsovereenkomst wordt geschorst) om in die periode een nieuwe arbeidsovereenkomst of een statutaire stage aan te vatten bij een andere entiteit van de Vlaamse overheid.
• Een contractueel personeelslid wordt tewerkgesteld via twee deeltijdse contracten bij twee verschillende entiteiten.
• Een statutair personeelslid neemt verlof voor deeltijdse prestaties en wordt tijdens dat deeltijds verlof tewerkgesteld met een deeltijds contract bij een andere entiteit van de Vlaamse overheid.

Een tijdelijke tewerkstelling via bovenstaande verloven heeft geen impact op de berekening van de personeelsbeschikbaarheid en personeelsaanwezigheid omdat de berekening gebaseerd is op het reële arbeidsregime en tewerkstellingspercentage van het betrokken personeelslid in beide entiteiten. Bij de ene entiteit kan dit dus 0 zijn, terwijl dit bij de andere entiteit 1 is (of pro rata verdeeld).

Uitzonderingen:

• Terbeschikkingstelling
  • Het personeelslid werkt tijdelijk bij een andere entiteit. Dit is geen verloftype maar een ‘uitlening’ van personeelsleden binnen de diensten Vlaamse overheid of aan een organisatie buiten de Vlaamse overheid. Dit is enkel mogelijk voor een statutair personeelslid.
  • De betrokken werkgevers maken onderling afspraken over deze ‘ontlening’ of sluiten verplicht een overeenkomst af (bv. over de verloning tijdens deze uitleningsperiode).
  • De entiteit van herkomst telt het personeelslid tijdens deze uitleningsperiode want de juridische tewerkstellingsrelatie van het betrokken personeelslid wijzigt niet. Omdat de betrokkene op geen enkel moment wordt meegeteld bij de ontvangende entiteit, is hier dan ook geen sprake van dubbeltelling.
  • De bruto vte en aanwezigheid wordt eveneens geteld bij de entiteit van oorsprong (volgens de tewerkstellingsrelatie). Niet volgens de realiteit want het betrokken personeelslid werkt tijdelijk bij een andere entiteit.
• Dienstaanwijzing
  • Het statutaire personeelslid wordt tijdelijk verschoven naar een andere entiteit (voorlopig enkel naar cel kabinetsondersteuning) maar door deze wijziging wordt hier de tewerkstellingsrelatie met de entiteit van oorsprong feitelijk verbroken.
  • De dienstaanwijzing genereert juridisch gezien een nieuwe één-op-één-tewerkstellingsrelatie tussen het statutair personeelslid en de nieuwe entiteit.
  • Het personeelslid wordt tijdens de tijdelijke tewerkstellingsperiode enkel meegeteld in het personeelsaantal van de entiteit van ontvangst.
  • Omdat de betrokkene dus op geen enkel moment wordt meegeteld bij de entiteit van herkomst, is er geen sprake van dubbeltelling.
  • Bij dit type is het wel mogelijk om contractuele personeelsleden in een andere entiteit maar dan wel van dezelfde rechtspersoon tijdelijk tewerk te stellen en dit door middel van een addendum bij de arbeidsovereenkomst. Maar dan wordt het betrokken personeelslid voor die periode wel dubbel geteld in het personeelsaantal.
  • De bruto vte en aanwezigheid wordt eveneens geteld bij de entiteit van ontvangst (volgens de tewerkstellingsrelatie) en dit evenredig volgens de realiteit.

Een personeelslid onbeschikbaar door een specifiek verloftype (met terugkeerrecht) telt mee in het personeelsaantal van de entiteit. De tewerkstelling in de betrokken entiteit wordt enkel geschorst. De juridische tewerkstellingsrelatie tussen het personeelslid en de entiteit wordt op geen enkel moment verbroken.