VB 21022 - Schenking met last t.v.v. de schenker en de andere kinderen
- Nummer
- 21022
- Datum beslissing
- 15 maart 2021
- Publicatiedatum
- 16 augustus 2021
Heffing
- Schenkbelasting
Wettelijke basis
- art. 2.8.1.0.1. VCF
- art. 2.8.3.0.1. VCF
I. Voorwerp van de aanvraag
1. De aanvraag strekt er toe bevestiging te krijgen dat de lasten die worden opgelegd aan de hoofdbegiftigde het bedrag van de schenking niet evenaren waardoor de schenking niet kan worden onderworpen aan enige herkwalificatie.
II. Omschrijving van de verrichting(en)
II.A. Identiteit van de aanvrager en de partijen
2. De aanvraag wordt ingediend door mevrouw […], juridisch medewerker bij […] te […], namens:
2.1. Mevrouw Y, geboren te […] op xx.xx.1940 (rijksregister nummer […]), echtgenote van de heer X, wonende te […], Centrumlaan […].
De schenkster in dit dossier
2.2. De heer X, geboren te […] op xx.xx.1966 (rijksregister nummer […]), echtgenoot van mevrouw […], wonende te […].
De hoofdbegiftigde in dit dossier.
3. De betrokken partijen (secundaire begiftigden) zijn:
3.1. Mevrouw A, geboren te […] op xx.xx.1963 (rijksregister nummer […]), echtgenote van de heer […], wonende te […].
3.2. Mevrouw B, geboren te […] op xx.xx.1962 (rijksregister nummer […]), echtgenote van de heer […], wonende te […].
4. Het betrokken onroerend goed betreft:
Stad […] - tweede afdeling
In een appartementsgebouw genaamd “[…]”, gestaan en gelegen aan de […], gekend volgens titel Sectie B, deel nummers […], en volgens huidig kadaster Sectie B, nummer […], groot volgens titel en huidig kadaster dertien aren tweeënzeventig centiaren (13a 72ca):
Het appartement F5 op de vijfde verdieping, uiterst rechts, gereserveerd perceelnummer […], omvattende:
- in privatieve en uitsluitende eigendom: terras aan de voorgevel, inkomhall met vestiaire en toegangsdeur, woonkamer, keuken, berging, W.C., badkamer en 2 slaapkamers, evenals terras aan de achtergevel met bergkastje;
- in mede-eigendom en gedwongen onverdeeldheid: 213,5/10.000sten in de gemene delen waaronder de grond.
Zoals dit goed is beschreven in de basisakte verleden voor notaris […], te […], op xx.xx.1977, overgeschreven op het hypotheekkantoor te […], op 22 maart daarna, boek […], nummer […].
4. De hoofdbegiftigde en de secundaire begiftigden zijn de kinderen van de schenkster in dit dossier.
II. B. Beschrijving van de voorgenomen verrichting(en)
5. De schenkster is volle eigenaar van voormeld appartement, dat zij in volle eigendom wenst te schenken aan haar zoon, op last aan haarzelf een geldsom van € 80.000 te betalen en aan haar 2 andere kinderen ieder een som van € 40.000.
De waarde van het appartement wordt in volle eigendom geraamd op € 200.000.
Het voordeel voor de begiftigde bedraagt derhalve € 40.000 (200.000 – 80.000 – 40.000 – 40.000)
6. De hoofdbegiftigde zal voor de betaling van lasten geen lening aangaan.
7. De modaliteiten van de schenking zijn terug te vinden in het ontwerp van akte dat bij de aanvraag werd gevoegd.
III. Motivering van de aanvraag
6. Verwijzing naar de wettelijke of reglementaire bepalingen waarop de beslissing moet slaan:
Artikel 2.8.1.0.1 VCF: schenkbelasting wordt gevestigd n.a.v. de registratie (of verplichting tot registratie) van akte of geschriften die tot bewijs strekken van een schenking onder de levenden
Artikel 2.8.3.0.1, §1, VCF: Voor de schenkingen onder de levenden van roerende en onroerende goederen wordt een schenkbelasting geheven op het aandeel van elke begiftigde, op basis van de verkoopwaarde van de geschonken goederen, zonder aftrek van de lasten
Artikel 2.8.3,0.1,§ 3, VCF: de last die bestaat uit een som, een rente of een pensioen, onder kosteloze titel bedongen ten voordele van een derde die aanvaardt in hoofde van die derde als schenking belast en wordt de last van het aandeel van de hoofdbegiftigde afgetrokken
7. Motivering van de aanvraag:
- de schenkster was zinnens het appartement te koop aan te bieden, doch bij kennisgeving van haar voornemen aan de kinderen gaf de hoofdbegiftigde aan geïnteresseerd te zijn in het goed;
- de schenkster wenst een bepaald aandeel in de waarde van het appartement te ontvangen om verder te voorzien in haar levensonderhoud;
- de schenkster had zich bovendien voorgenomen na de verkoop aan ieder van haar kinderen een deel van de verkoopprijs te schenken, hetgeen nu wordt omgevormd naar een last tot betaling van een geldsom aan de overige kinderen, het resterende voordeel van de begiftigde overeenstemmende met de last te betalen aan ieder ander kind
- alle betrokken partijen kunnen zich in deze werkwijze vinden.
8. Volgende voorafgaandelijke beslissingen bevestigden dat een overeenkomst in haar geheel een gift is wanneer de waarde van de last lager is dan die van de geschonken goederen, waardoor de verrichting voor de begiftigde nog een voordeel oplevert:
- Beslissing nr 16032 dd 25/07/2016
- Beslissing nr 17038 dd 13/11/2017.
IV. Beslissing
Gelet op artikel 3.22.0.0.1 VCF komt het besluitvormingsorgaan tot de volgende voorafgaande beslissing:
11. Onder voorafgaande beslissing wordt verstaan de juridische handeling waarbij de bevoegde entiteit van de Vlaamse administratie overeenkomstig de bepalingen die van kracht zijn, vaststelt hoe de bepaling van de VCF wordt toegepast op een bijzondere situatie of verrichting, die op fiscaal vlak nog geen uitwerking heeft gehad.
De Vlaamse Belastingdienst doet bijgevolg geen uitspraak over de rechtsgeldigheid van overeenkomsten op burgerlijk vlak.
12. Artikel 3.22.0.0.1, §2, eerste lid, 3° VCF stelt duidelijk dat de aanvraag de verwijzing moet bevatten naar de wettelijke of reglementaire bepalingen waarop de beslissing moet slaan. De voorafgaande beslissing heeft bijgevolg enkel betrekking op die specifieke artikelen waarnaar in de aanvraag uitdrukkelijk verwezen wordt. m.n.;
- Art. 2.8.1.0.1 VCF
“Overeenkomstig artikel 1, artikel 19 en artikel 31 van het federale Wetboek van Registratie-, Hypotheek- en Griffierechten wordt de schenkbelasting gevestigd naar aanleiding van de registratie of de verplichting tot registratie van akten of geschriften die tot bewijs strekken van een schenking onder de levenden.”.
- Art. 2.8.3.0.1, §1, VCF
"Voor de schenkingen onder de levenden van roerende en onroerende goederen wordt een schenkbelasting geheven op het aandeel van elke begiftigde, op basis van de verkoopwaarde van de geschonken goederen, zonder aftrek van de lasten.";
- Art. 2.8.3.0.1, § 3, VCF
"Voor de toepassing van paragraaf 2 wordt de last die bestaat uit een som, een rente of een pensioen, onder kosteloze titel bedongen ten voordele van een derde die aanvaardt, in hoofde van die derde als schenking belast en wordt de last van het aandeel van de hoofdbegiftigde afgetrokken.";
13. Een schenking met last is een schenking waarbij de begiftigde er zich toe verbindt een bepaalde tegenprestatie te leveren.
Deze tegenprestatie wordt aan de begiftigde opgelegd door de schenkers en kan zijn bedongen in hun eigen voordeel of in het voordeel van een derde.
14. In casu wordt het betrokken onroerend goed vermeld onder punt 4 met een waarde van 200.000 euro geschonken aan de zoon, vermeld onder punt 2.2. onder last:
- een som van 80.000 euro te betalen aan de schenkster;
- een som van 40.000 euro te betalen aan elk van zijn zussen.
Rekening houdende met de opgelegde lasten zou de hoofdbegiftigde een voordeel van 40.000 euro verkrijgen, hetzij 20,00 % van de schenking.
15. In geval van een schenking met last moet worden uitgemaakt of de overeenkomst nog wel de aard van een schenking heeft dan wel als een rechtshandeling onder bezwarende titel moet gekwalificeerd worden.
16. De last belet niet dat de overeenkomst in haar geheel een gift is, wanneer de waarde van de last lager is dan die van de geschonken goederen, zodat de verrichting voor de begiftigde nog een voordeel oplevert.
Bovendien moet bij de schenkers de wil aanwezig zijn om zich te verarmen (animus donandi) (subjectief element).
17. Uit de gegevens van de aanvraag blijkt dat de schenkster het betrokken onroerend goed aan de zoon wenst te schenken. In haar eigen voordeel bedingt ze een last van 80.000 euro om in haar levensonderhoud te voorzien. In het voordeel van de secundaire begiftigden, haar twee andere kinderen, een last van elk 40.000 euro. De hoofdbegiftigde houdt na uitkering van de lasten een waarde van 40.000 euro over.
Er is evenwel sprake van begiftigingsinzicht bij de schenkster. De schenkster houdt met het bedrag dat ze niet voor haar levensonderhoud nodig heeft een som van 120.000 euro over dat ze aan de kinderen willen doen toekomen. Omdat ze drie kinderen heeft zullen de kinderen elk een waarde van 40.000 euro bekomen.
18. Uit het geheel van de feiten blijkt dan naast de verarming van de schenker en de verrijking van de begiftigde ook het begiftigingsinzicht bij de schenkers aanwezig is zodat de voorgenomen verrichting een schenking is en geen overdracht onder bezwarende titel.
Deze beslissing heeft alleen betrekking op registratiebelasting en doet geen uitspraak over andere belastingen.