Een inbreng om niet van een algemeenheid of een bedrijfstak in een vzw, i-vzw of een stichting - in de zin van titel 2, boek 13 WVV – wordt op vlak van registratiebelasting voor haar geheel beschouwd als een inbreng om niet, en dus ook ten belope van de schulden die van de algemeenheid of bedrijfstak deel uitmaken en die bijgevolg mee in de ontvangende entiteit worden ingebracht, op voorwaarde dat de waardering van de inbreng om niet positief blijft. De overname van de passiva heeft m.a.w. niet tot gevolg dat de inbreng om niet van een algemeenheid of bedrijfstak ten belope van deze schulden gedeeltelijk als een overdracht ten bezwarende titel wordt gekwalificeerd, voor zover de ingebrachte passiva de ingebrachte activa niet overtreffen.
Deze inbreng om niet valt dus onder art. 2.8.4.1.1, §3, 2e al VCF (100 euro schenkbelasting), voor zover de waardering van de inbreng om niet positief blijft.