Gedaan met laden. U bevindt zich op: SP 16039 - Toepassingsvoorwaarden art. 3.6.0.0.6, §2 VCF - Wederverkoop binnen de twee jaar Vlaamse Belastingdienst

SP 16039 - Toepassingsvoorwaarden art. 3.6.0.0.6, §2 VCF - Wederverkoop binnen de twee jaar

Administratief standpunt
Nummer
16039
Datum beslissing
25 mei 2020
Publicatiedatum
9 juni 2020

Heffing

  • Verkooprecht

Wettelijke basis

  • art. 3.6.0.0.6. VCF

Huidig standpunt

Artikel 3.6.0.0.6, §2, 1ste en 2de lid, stelt:

“Wat de registratiebelasting betreft, verleent het bevoegde personeelslid ook ontheffing van de registratiebelasting op voorwaarde dat een verzoek is ingediend binnen een termijn van vijf jaar vanaf 1 januari van het jaar waarin het recht tot teruggave is ontstaan, waarin wordt aangetoond dat een onroerend goed dat door de verkoper of zijn rechtsvoorgangers is verkregen bij een akte waarop het verkooprecht met toepassing van artikel 2.9.4.1.1 is voldaan, wordt wederverkocht. De ontheffing ten voordele van de wederverkoper beperkt zich in dat geval tot drie vijfde van het verkooprecht dat geheven is.

De wederverkoop, vermeld in het eerste lid, moet bij authentieke akte vastgesteld zijn binnen twee jaar na de datum van de authentieke akte van verkrijging.”

Het begrip “wederverkoop” is niet gedefinieerd in de VCF. Artikel 3.6.0.0.6, §2 VCF is van toepassing als de vervreemding binnen het toepassingsgebied van het verkooprecht valt, ook al is de verrichting geen “verkoop” in de burgerrechtelijke zin. Gelden bijvoorbeeld als wederverkoop:

  • de verdeling of afstand van onverdeelde delen die onder de toepassing van artikel 2.9.1.0.7 VCF valt;
  • de inbreng in vennootschap die gedeeltelijk anders dan bij toekenning van maatschappelijke rechten wordt vergolden en die onder de toepassing van artikel 2.9.1.0.3 VCF valt;
  • de inbreng van een woning door een natuurlijk persoon die onder de toepassing van artikel 2.9.1.0.1 valt.

Art. 3.6.0.0.6, §2 VCF vindt echter geen toepassing bij ruil, tenzij één van de overdrachten is vrijgesteld van het verkooprecht (SP 15088).

Het feit dat de “wederverkoop” (gedeeltelijk) is vrijgesteld van het verkooprecht, is geen hinderpaal voor de toepassing van artikel 3.6.0.0.6, §2 VCF.

De Vlaamse Belastingdienst volgt hiermee de federale standpunten, zoals verwoord in o.m. RJ R 212/03-01, 04-02, 08-01, 16-01 en 23-01.

Het feit dat de (gedeeltelijke) “wederverkoop” een kosteloze afstand voor algemeen nut aan een gemeente (of een intercommunale) uitmaakt, belet niet dat het wel degelijk gaat om een overdracht onder bezwarende titel en is evenmin een hinderpaal voor de toepassing van artikel 3.6.0.0.6, §2 VCF.

De Vlaamse Belastingdienst volgt hiermee het federale standpunt, zoals verwoord in RJ R 213/02-01.

Historische versies

Hieronder vindt u een overzicht van de historische versies van dit standpunt:

Standpunt nr. 16039 dd. 04.04.2016, publicatie op 19.04.2016