Gedaan met laden. U bevindt zich op: WB 8 - BVR 9 januari 2009 Overzicht wijzigende besluiten VPS

WB 8 - BVR 9 januari 2009

9 januari 2009 - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006 wat betreft de uitvoering van het sectoraal akkoord 2008-2009

DE VLAAMSE REGERING,

Gelet op de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 87, §1 en §3, vervangen bij de wet van 8 augustus 1988;

Gelet op het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het Gemeenschapsonderwijs, artikel 67, §2;

Gelet op het kaderdecreet Bestuurlijk Beleid van 18 juli 2003, artikel 5;

Gelet op het decreet van 18 juli 2003 tot regeling van strategische adviesraden, artikel 12, derde lid;

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid;

Gelet op het akkoord van de Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, gegeven op 23 oktober 2008;

Gelet op protocol nr. 266.861 van 24 november 2008 van het Sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap - Vlaams Gewest;

Gelet op het akkoord van de minister, bevoegd voor de pensioenen, gegeven op 5 december 2008;

Gelet op advies 45.484/1 van de Raad van State, gegeven op 4 december 2008, met toepassing van artikel 84, §1, eerste lid, 1°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973;

Op voorstel van de minister-president van de Vlaamse Regering, Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid, Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid;

Na beraadslaging,

BESLUIT:

Artikel 1. In artikel III 3 van het besluit van de Vlaamse Regering van 13 januari 2006 houdende vaststelling van de rechtspositie van het personeel van de diensten van de Vlaamse overheid wordt §1 vervangen door wat volgt:

"§1. In afwijking van artikel III 2, 1°:

kan door de lijnmanager, voorafgaand aan de rekrutering, na advies van de selector, van die voorwaarde worden afgeweken als de functie voorkomt op de lijst van knelpuntfuncties binnen de diensten van de Vlaamse overheid die door de Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken wordt vastgesteld;
wordt van die voorwaarde afgeweken als een intern personeelslid meedingt, dat een functie vervult die tot hetzelfde niveau behoort als de vacante functie, tenzij specifieke diplomavoorwaarden worden gesteld."

Art. 2. Aan artikel III 6 van hetzelfde besluit wordt een §3 toegevoegd, die luidt als volgt:

"§3. De Vlaamse Regering wijst voor de statutaire wervingen in de ministeries één selector aan."

Art. 3. In artikel III 21ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, worden de woorden "artikel III 3, §1, a, laatste lid" vervangen door de woorden "artikel III 6, §3".

Art. 4. In artikel V 38, §5, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse Regering van 29 september 2006, worden de woorden "artikel III 3, §1" vervangen door de woorden "artikel III 6, §3".

Art. 5. Artikel VII 2 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007, wordt vervangen door wat volgt:

"Art. VII 2. §1. Voor de toekenning van de periodieke verhogingen in de salarisschaal komen alleen de werkelijke diensten in aanmerking die het personeelslid heeft verricht terwijl het behoorde tot:

de diensten van de Europese Economische ruimte, de Verenigde Naties of haar afdelingen, de Noord-Atlantische Verdragsorganisatie, de staat, de diensten van de gemeenschappen, van de gewesten of van de Gemeen­schappelijke Gemeenschapscommissie, de diensten van Afrika of tot de andere openbare diensten, hetzij als beroepsmilitair, hetzij als burgerlijk of geestelijk titularis van een bezoldigd ambt;
de onderwijsinstellingen van de staat of van de gemeenschappen, als burgerlijk of geestelijk titularis van een bezoldigd ambt;
de gesubsidieerde vrije onderwijsinrichtingen als burgerlijk of geestelijk titularis van een door middel van een weddetoelage bezoldigd ambt;
de publiekrechtelijke en vrije universiteiten als titularis van een bezoldigd ambt, ongeacht de financieringsbron;
de vrije gesubsidieerde centra voor leerlingenbegeleiding als burgerlijk of geestelijk titularis van een door middel van een weddetoelage bezoldigd ambt;
de centra voor vorming van zelfstandigen en kleine en middelgrote ondernemingen, vermeld in artikel 57 tot en met 61 van het decreet van 23 januari 1991 betreffende de vorming en de begeleiding van de zelfstandigen en de kleine en middelgrote ondernemingen, als titularis van een opdracht tot onderwijs of vorming.

§2. De deeltijdse diensten die vanaf 1 januari 1994 werden gepresteerd in dezelfde instellingen als vermeld in §1, komen in aanmerking, op voorwaarde dat het minstens over halftijdse diensten gaat.
De verplichte deeltijdse diensten die worden verricht in het kader van de stages der jongeren, en die gepresteerd werden binnen de openbare sector, worden met ingang van 1 januari 2007 in aanmerking genomen voor de berekening van het salaris.

§3. Behalve in geval van verlof voor deeltijdse prestaties worden de prestaties in de administratieve toestand non-activiteit niet in aanmerking genomen voor de berekening van de geldelijke anciënniteit.

§4. Ervaring in de privésector of als zelfstandige kan eveneens in aanmerking komen voor de berekening van de geldelijke anciënniteit.

§5. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, bepaalt per rondzendbrief de nadere voorwaarden voor de aanvulling en uitvoering van de bepalingen van dit artikel."

Art. 6. In artikel VII 6, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, wordt §2 vervangen door wat volgt:

"§2. Een ambtenaar met verlof voor deeltijdse prestaties ontvangt in de volgende gevallen:

de leeftijd van vijftig jaar bereikt hebben;
ten minste twee kinderen ten laste hebben die niet de volle leeftijd van vijftien jaar bereikt hebben;
een kind ten laste hebben dat recht geeft op bijkomende kinderbijslag wegens zijn aandoening of handicap;
als eenoudergezin ten minste één kind ten laste hebben dat nog niet de leeftijd van 15 jaar bereikt heeft;
mantelzorg verlenen aan een inwonend gezins- of familielid van 1ste of 2de graad;

het salaris dat verschuldigd is voor verlof voor deeltijdse prestaties zoals bepaald in §1, vermeerderd met het vijfde van het salaris dat overeenstemt met de ingevolge het verlof voor deeltijdse prestaties niet geleverde diensten. Het supplement mag niet meer bedragen dan 10% van het voltijds salaris. In geval van combinatie van verloven wordt voor de berekening van dit supplement alleen rekening gehouden met het verlof voor deeltijdse prestaties."

Art. 7. In artikel VII 18 en artikel VII 19, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007, worden het getal "16.099,84" en het getal "18.329,27" vervangen door respectievelijk het getal "16.421,84" en het getal "18.695,86";

Art. 8. In artikel VII 60 van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° de tabel in §1 wordt vervangen door wat volgt:

loodstoelage in eurogroep 1groep 2groep 3groep 4
na 6 jaarna 9 jaarna 14 jaar
rivierloodsen142,13169,52207,75247,16
kanaalloodsen141,98169,36207,59247,00
Scheldemondenloodsen55,5178,8495,13139,75
kustloodsen91,10123,04171,24206,96

2° in §4 wordt het getal "36,50" vervangen door het getal "36,99";

3° in §5 wordt het getal "50,33" vervangen door het getal "50,70" en wordt het getal "100,67" vervangen door het getal "101,41";

4° In §7 wordt het getal "25,17" vervangen door het getal "25,36".

Art. 9. In artikel VII 63 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008, wordt de tabel vervangen door wat volgt:

algemene toelagetoelage voor extraprestatiestoelage voor het effectief geven van opleiding en het afnemen van proefreizen aan de hoofdschipper - gezagvoerder van de loodsboot Tender en andere nautische functies
loods, chefloods (dagdienst)12.910 euro2.322 euro
loods, chefloods (continudienst) of nautisch dienstchef12.910 euro5.400 euro
loods, kapitein van de loodsboot12.910 euro13.420 euro10.074 euro
loods, stuurman van de loodsboot80% van de toelagen van de kapitein

Art. 10. In artikel VII 65, §1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° de tabel wordt vervangen door wat volgt:

Graad/functieZEEDIENSTREDEDIENST
dagbedragjaarbedragdagbedragjaarbedrag
loods (functie chefloods)16,98 euro---
leidinggevend hoofdassistent (functie opperschipper)16,98 euro---
hoofdschipper (functie opperschipper)16,98 euro---
stagiair-loods14,40 euro1.986 euro--
leidinggevend hoofdmedewerker (functie hoofdscheepstechnicus)15,96 euro2.218 euro
hoofdscheepstechnicus15,96 euro2.218 euro--
scheepstechnicus14,40 euro1.986 euro--
leidinggevend hoofdassistent (functie hoofdschipper – gezagvoerder)14,40 euro1.986 euro--
hoofdschipper (functie gezagvoerder)14,40 euro1.986 euro--
hoofdmotorist (functie motorist)14,40 euro-5,67 euro745 euro
leidinggevend hoofdassistent (functie officier werktuigkundige)15,96 euro2.218 euro--
hoofdmotorist (functie officier werktuigkundige)15,96 euro2.218 euro--
schipper14,40 euro1.986 euro5,67 euro745 euro
leidinggevend hoofdassistent (functie motorist)14,40 euro1.986 euro5,67 euro745 euro
motorist14,40 euro1.986 euro5,67 euro745 euro
speciaal assistent (functie kok ingescheept en de functie matroos/stoker)14,40 euro1.986 euro5,67 euro745 euro

2° In het derde lid worden de woorden "de nominale waarde van de werkgeversbijdrage in een maaltijdcheque zoals bepaald in artikel VII 109ter" vervangen door de woorden "2,50 euro".

Art. 11. Aan deel VII, titel 2, hoofdstuk 3, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007, worden een afdeling 19, bestaande uit artikel VII 70quater, toegevoegd, dat luidt als volgt:

"Afdeling 19. compenserende toelage

Artikel VII 70quater: §1. De personeelsleden van de in § 2 genoemde agentschappen ontvangen een compenserende toelage waarvan het bedrag als volgt wordt bepaald:

PeriodeBedrag vast benoemdenBedrag contractuelen
1-09-2008 tot 30-4-2009€ 30,50€ 33,50
Vanaf 1-5-2009€ 43,00€ 47,50

§ 2. De in § 1 vermelde toelage wordt toegekend aan de personeelsleden van de volgende agentschappen:

De Scheepvaart;
Vlaams Agentschap voor Internationaal Ondernemen (FIT), met uitzondering van de Vlaamse economische vertegenwoordigers en het ondersteunend personeel in het buitenland;
Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij;
Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap;
Vlaamse Maatschappij voor Sociaal Wonen;
Waterwegen en Zeekanaal.

§ 3. De personeelsleden van het Vlaams Agentschap voor Ondernemen en Syntra Vlaanderen ontvangen, in afwijking van § 1, volgende compenserende toelage:

PeriodeBedrag vast benoemdenBedrag contractuelen
1-09-2008 tot 30-4-2009€ 17,00€ 18,50
Vanaf 1-5-2009€ 29,00€ 32,50

§ 4. Deze toelage wordt maandelijks pro rata van de prestaties en overeenkomstig artikel VII 15 na vervallen termijn samen met het salaris betaald."

Art. 12. In artikel VII 83, §1, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, worden de woorden "de nominale waarde van de werkgeversbijdrage in een maaltijdcheque zoals bepaald in artikel VII 109ter" vervangen door de woorden "2,50 euro".

Art. 13. In artikel VII 87, §4, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, worden de woorden "de nominale waarde van de werkgeversbijdrage in een maaltijdcheque" vervangen door de woorden "2,50 euro".

Art. 14. In artikel VII 91bis van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° in het eerste lid:
a) wordt het getal "30" vervangen door het getal "68,50"
b) worden de woorden "(100%)" geschrapt;

2° tussen het eerste en het tweede lid wordt een nieuw lid ingevoegd dat luidt als volgt:
"In afwijking van het eerste lid bedraagt de vergoeding voor de periode van 1 september 2008 tot en met 30 april 2009, 61,3 euro per maand;"

3° in het tweede lid worden de woorden "en VII 17" geschrapt.

Art. 15. In artikel VII 109ter van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 23 mei 2008, worden de volgende wijzigingen aangebracht:

1° het getal "2,50" wordt vervangen door respectievelijk het getal "1,09" en het getal "3,91";

2° er wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
"In afwijking van het eerste lid bedraagt in de periode van 1 september 2008 tot en met 30 april 2009 de werknemersbijdrage 1,50 euro en de werkgeversbijdrage 3,50 euro."

Art. 16. In artikel VII 118, §1, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 5 september 2008, wordt het getal "11.626,23" vervangen door het getal "11.761".

Art. 17. In artikel VII 123, §2, van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007, wordt het getal "2.320,05" vervangen door het getal "2.360".

Art. 18. Aan artikel X 25, §1, tweede lid, van hetzelfde besluit, vervangen bij het besluit van de Vlaamse regering van 23 mei 2008, worden een punt 4° en een punt 5° toegevoegd, die luiden als volgt:

"4° als eenoudergezin ten minste één kind ten laste hebben dat nog niet de leeftijd van 15 jaar bereikt heeft;
5° mantelzorg verlenen aan een inwonend gezins- of familielid van 1ste of 2de graad."

Art. 19. Bijlage 5 van hetzelfde besluit, toegevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 maart 2007, wordt vervangen door bijlage 1(PDF bestand opent in nieuw venster), die bij dit besluit is gevoegd.

Art. 20. Dit besluit treedt in werking op 1 januari 2009, met uitzondering van:

1° artikel 1 tot en met 4, die in werking treden op 1 februari 2009;
2° artikel 5, dat uitwerking heeft met ingang van 1 juli 2008;
3° artikel 10, 2°, artikel 11, 12, 13, 14 en artikel 15, die uitwerking hebben met ingang van 1 september 2008.

Art. 21. De Vlaamse minister, bevoegd voor de bestuurszaken, is belast met de uitvoering van dit besluit.

Brussel, 9 januari 2009

De minister-president van de Vlaamse Regering,
Vlaams minister van Institutionele Hervormingen, Bestuurszaken, Buitenlands Beleid,
Media, Toerisme, Havens, Landbouw, Zeevisserij en Plattelandsbeleid

Kris PEETERS