WB 68bis - BVR 8 juli 2022
8 juli 2022 - Besluit van de Vlaamse Regering tot wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2002 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool, het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding en het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juli 2016 tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet, wat betreft loopbaanonderbreking
Rechtsgronden
Dit besluit is gebaseerd op:
- de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen, artikel 87, § 1, gewijzigd bij de bijzondere wet van 16 juli 1993, en § 3, vervangen bij de bijzondere wet van 8 augustus 1988 en gewijzigd bij de bijzondere wet van 6 januari 2014;
- de herstelwet van 22 januari 1985 houdende sociale bepalingen, artikel 100, gewijzigd bij de wetten van 21 december 1994, 26 maart 1999 en 30 december 2001;
- het decreet rechtspositie personeelsleden gemeenschapsonderwijs van 27 maart 1991, artikel 77, eerste lid;
- het decreet rechtspositie personeelsleden gesubsidieerd onderwijs van 27 maart 1991, artikel 51, eerste lid;
- het decreet van 1 december 1993 betreffende de inspectie en de begeleiding van de levensbeschouwelijke vakken, artikel 21, vervangen bij het decreet van 8 mei 2009;
- het bijzonder decreet van 14 juli 1998 betreffende het gemeenschapsonderwijs, artikel 67, § 2;
- het decreet van 8 mei 2009 betreffende de kwaliteit van onderwijs, artikel 142;
- de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, bekrachtigd bij het decreet van 20 december 2013, artikel V.84;
- het decreet van 7 juli 2017 betreffende de rechtspositie van de personeelsleden in de basiseducatie, artikel 17;
- het Bestuursdecreet van 7 december 2018, artikel III 23.
Vormvereisten
De volgende vormvereisten zijn vervuld:
- De Vlaamse minister, bevoegd voor de begroting, heeft zijn advies gegeven op 14 januari 2022.
- De gemeenschappelijke vergadering van Sectorcomité X, van onderafdeling Vlaamse Gemeenschap van afdeling 2 van het Comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten en van het overkoepelend onderhandelingscomité, vermeld in het decreet van 5 april 1995 tot oprichting van onderhandelingscomités in het vrij gesubsidieerd onderwijs, heeft protocol nr. 204 gesloten op 18 maart 2022.
- Het Vlaams Onderhandelingscomité voor de Basiseducatie, vermeld in het decreet van 23 januari 2009 houdende oprichting van onderhandelingscomités voor de basiseducatie en voor het Vlaams Ondersteuningscentrum voor het Volwassenenonderwijs, heeft protocol nr. 125 gesloten op 18 maart 2022.
- Het Vlaams Onderhandelingscomité voor het Hoger Onderwijs en het Universitair Ziekenhuis Gent, vermeld in de Codex Hoger Onderwijs van 11 oktober 2013, heeft protocol nr. 122 gesloten op 18 maart 2022.
- De eerste afdeling van het comité voor de provinciale en plaatselijke overheidsdiensten, onderafdeling Vlaams Gewest en Vlaamse Gemeenschap heeft protocol nr. 2022/4 gesloten op 19 april 2022.
- Het Sectorcomité XVIII Vlaamse Gemeenschap en Vlaams Gewest heeft protocol nr. 407.1291 gesloten.
- De Raad van State heeft advies 71.587/1 gegeven op 24 juni 2022, met toepassing van artikel 84, § 1, eerste lid, 2°, van de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973.
Motivering
Dit besluit is gebaseerd op het volgende motief:
- De Vlaamse Regering wil voorzien in de mogelijkheid om het onderbrekingspercentage van een lopende loopbaanonderbreking te wijzigen zodat het personeel weer aan de slag kan gaan of meer kan werken, onder andere om tijdelijke lerarentekorten op te vangen, en na afloop de loopbaanonderbreking kan hervatten.
Initiatiefnemers
Dit besluit wordt voorgesteld door de Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw, de Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen en de Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand.
Na beraadslaging,
DE VLAAMSE REGERING BESLUIT:
HOOFDSTUK 1. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2002 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool
Artikel 1. Aan artikel 17, § 6, van het besluit van de Vlaamse regering van 24 mei 2002 betreffende de onderbreking van de beroepsloopbaan van de personeelsleden van de hogescholen in de Vlaamse Gemeenschap en van de Hogere Zeevaartschool, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
“De gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van vijftig of vijfenvijftig jaar kan vanaf 1 september 2022 ook geschorst worden om het werk te hervatten, op voorwaarde dat het hogeschoolbestuur akkoord gaat met de werkhervatting. De minimumduur van de schorsing bedraagt twee weken.
Tijdens de voormelde periode van schorsing kan het personeelslid de arbeidsprestaties niet verminderen of voltijds onderbreken, met uitzondering van ziekteverlof, de afwezigheid wegens arbeidsongeval, wegens ongeval op weg naar en van het werk en wegens beroepsziekte.”.*
HOOFDSTUK 2. - Wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006
Art. 2. Aan artikel X 92 van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 30 augustus 2016 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 15 december 2017, 29 mei 2020 en 16 juli 2021, wordt een paragraaf 4 toegevoegd, die luidt als volgt:
“ § 4. De personeelsleden, vermeld in paragraaf 2 en 3, kunnen na voorafgaand akkoord van de lijnmanager een van de volgende opties kiezen:
1° de deeltijdse loopbaanonderbreking tot aan het pensioen tijdelijk stopzetten om weer voltijds te werken;
2° hun vermindering van de arbeidsprestaties in het kader van deeltijdse loopbaanonderbreking tot aan het pensioen tijdelijk omzetten in een vermindering van de arbeidsprestaties met een vijfde van een voltijds ambt.
De minimumduur van de stopzetting of de omzetting, vermeld in het eerste lid, bedraagt altijd één maand.
Tijdens de voormelde periode van de stopzetting of de omzetting kan het personeelslid de arbeidsprestaties niet verminderen of voltijds onderbreken.”.
HOOFDSTUK 3. - Wijziging van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011
betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding
Art. 3. Aan artikel 13, § 5/2, van het besluit van de Vlaamse Regering van 9 september 2011 betreffende de loopbaanonderbreking van de personeelsleden van het onderwijs en de centra voor leerlingenbegeleiding, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 17 juli 2020 en gewijzigd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 16 juli 2021, wordt een tweede lid toegevoegd, dat luidt als volgt:
“De gedeeltelijke loopbaanonderbreking vanaf de leeftijd van 55 jaar of vanaf de leeftijd van vijftig jaar indien artikel 9, § 3, § 4 of § 5 van toepassing is, kan vanaf 1 september 2022 ook geschorst worden om het werk te hervatten, op voorwaarde dat het bevoegde bestuur akkoord gaat met de werkhervatting. De minimumduur van de schorsing bedraagt twee weken.”.
Tijdens de voormelde periode van schorsing kan het personeelslid de arbeidsprestaties niet verminderen of voltijds onderbreken, met uitzondering van ziekteverlof, de afwezigheid wegens arbeidsongeval, wegens ongeval op weg naar en van het werk, wegens beroepsziekte en verlof tijdelijk andere opdracht.”.
HOOFDSTUK 4. - Wijzigingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juli 2016
tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet
Art. 4. In artikel 37 van het besluit van de Vlaamse Regering van 26 juli 2016 tot toekenning van onderbrekingsuitkeringen voor zorgkrediet, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 22 september 2017, 29 mei 2020 en 16 juli 2021, worden de volgende wijzigingen aangebracht:
1° in het eerste tot en met het derde lid wordt tussen de datum “31 augustus 2021” en de zinsnede “, behouden” telkens de zinsnede “of het onderbrekingspercentage van de loopbaanonderbreking wijzigen om hun tewerkstelling te hervatten of meer te gaan werken vanaf 1 september 2022” ingevoegd;
2° in het vierde lid wordt tussen de datum “31 augustus 2021” en het woord “behouden” de zinsnede “of het onderbrekingspercentage van de loopbaanonderbreking wijzigen om hun tewerkstelling te hervatten of meer te gaan werken vanaf 1 september 2022” ingevoegd.
Art. 5. In artikel 37/1 van hetzelfde besluit, ingevoegd bij het besluit van de Vlaamse Regering van 22 september 2017 en gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 mei 2020 en 16 juli 2021, wordt tussen de datum “31 augustus 2021” en de zinsnede “, behouden” telkens de zinsnede “of het onderbrekingspercentage van de loopbaanonderbreking wijzigen om hun tewerkstelling te hervatten of meer te gaan werken vanaf 1 september 2022” ingevoegd.
Art. 6. In artikel 38, tweede lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij de besluiten van de Vlaamse Regering van 29 mei 2020 en 16 juli 2021, wordt tussen de datum “31 augustus 2021” en de zinsnede “, behouden” de zinsnede “of het onderbrekingspercentage van de loopbaanonderbreking wijzigen om hun tewerkstelling te hervatten of meer te gaan werken vanaf 1 september 2022” ingevoegd.
HOOFDSTUK 5. - Slotbepalingen
Art. 7. Dit besluit treedt in werking op 1 september 2022.
Art. 8. De Vlaamse minister, bevoegd voor werk, de Vlaamse minister, bevoegd voor de human resources, en de Vlaamse minister, bevoegd voor onderwijs en vorming, zijn, ieder wat hem of haar betreft, belast met de uitvoering van dit besluit.
Brussel, 8 juli 2022.
De minister-president van de Vlaamse Regering,
J. JAMBON
De Vlaamse minister van Binnenlands Bestuur, Bestuurszaken, Inburgering en Gelijke Kansen,
B. SOMERS
De Vlaamse minister van Onderwijs, Sport, Dierenwelzijn en Vlaamse Rand,
B. WEYTS
De Vlaamse minister van Economie, Innovatie, Werk, Sociale economie en Landbouw,
J. BROUNS