Toelichting bij Deel IX. Schorsing in het belang van de dienst - APKB en aard tewerkstelling
APKB
Vóór de inwerkingtreding van het besluit van de Vlaamse Regering van 24 juni 2016 tot wijziging van het Vlaams personeelsstatuut van 13 januari 2006, wat betreft de hervorming van de selectieprocedures en andere bepalingen, en tot opheffing van het APKB waren onderstaande bepalingen van het APKB relevant voor de schorsing in het belang van de dienst van de ambtenaren van de Vlaamse overheid. Beleidsmatig volgt het VPS nog de bepalingen van het APKB inzake de schorsing in het belang van de dienst en heeft men nog geen gebruik gemaakt van de beleidsvrijheid die de afschaffing van het APKB biedt.[32]
Het volgende artikel van het opgeheven APKB was[32] op dit deel van toepassing:
Artikel 15
Ҥ 1. Wanneer het belang van de dienst het vereist, kan de ambtenaar in zijn ambt worden geschorst volgens een door het statuut vastgestelde procedure, met inbegrip van een recht op beroep.
De in het eerste lid bedoelde regels waarborgen ten minste:
1° het recht van de ambtenaar om vooraf te worden gehoord over de feiten die hem ten laste worden gelegd;
2° aan de ambtenaar de bijstand in elke stand van de procedure door een verdediger van zijn keuze;
3° het recht op beroep bij een commissie met ten minste adviesbevoegdheid opgericht overeenkomstig artikel 14, § 3, 8°.
[= de bepaling in de tuchtregeling]
§ 2. Wanneer de ambtenaar strafrechtelijk wordt vervolgd of tuchtrechtelijk wordt vervolgd wegens een ernstig vergrijp waarbij hij op heterdaad is betrapt of waarvoor er afdoende aanwijzingen zijn, kan de overheid die de schorsing in het belang van de dienst uitspreekt, beslissen dat die schorsing een inhouding van wedde en een ontzegging van bevorderingsaanspraken in zich houdt.
In voorkomend geval kan tegen deze maatregelen, tezamen met de schorsing in het belang van dienst, een beroep worden ingesteld als bedoeld in §1.
De wedde mag met niet meer worden verminderd dan zoals in artikel 14, § 4, is vastgesteld. (= dan zoals bepaald in de tuchtregeling: max. 1/5)
§ 3. Indien aan de ambtenaar, na afloop van het onderzoek van zijn geval, een schorsing als tuchtstraf wordt opgelegd, werkt die schorsing, in afwijking van artikel 14, § 3, tweede lid, 10°,(= “dat de straf geen gevolg kan hebben dat voorafgaat aan het uitspreken ervan” of “verbod van retro-activiteit”) terug tot een datum die evenwel de dag niet mag voorafgaan waarop de bij toepassing van paragraaf 1, eerste lid getroffen maatregelen uitwerking hebben gehad. In dit geval wordt de duur van de tuchtschorsing aangerekend.”
Toepassingsgebied naar aard van het tewerkstellingsverband
Zie hiervoor Deel VIII - Tuchtregeling - wat betreft het onderscheid tussen ambtenaar (dus inclusief de ambtenaar op proef) en het contractueel personeelslid. De mogelijkheid van schorsing in het belang van de dienst geldt dus ook voor de ambtenaar op proef, alhoewel dit niet expliciet werd voorzien in artikel 9, § 4 van het opgeheven APKB[32].
Zoals de tuchtregeling, zal schorsing in het belang van de dienst voor de ambtenaren gemeenschappelijk in het statuut geregeld worden omwille van de specifieke rechtsbescherming waarvan de essentiële waarborgen geregeld zijn in het APKB.