Voorwaarden voor projecten en installaties gesteund via de call groene warmte
Nieuwe projecten met installaties voor de productie van groene warmte, de benutting van restwarmte of met energie-efficiënte stadsverwarming kunnen subsidies ontvangen via de call. De voorwaarden waaraan de projecten moeten voldoen, worden hieronder opgesomd.
Algemene voorwaarden
De installaties die in aanmerking komen voor de steunaanvraag zijn: nuttige-groenewarmte-installaties, de benutting van restwarmte en energie-efficiënte stadsverwarming. Een combinatie van de opgesomde installaties komt ook in aanmerking.
De steunaanvraag kan ingediend worden voor de installaties die voldoen aan de volgende algemene voorwaarden:
- gelegen in het Vlaamse gewest
waarvoor geen groenestroom- of warmte-krachtcertificaten zijn toegekend of kunnen worden toegekend
waarvoor geen ecologiesteun of strategische ecologiesteun toegekend kan worden
Hiernaast gelden de volgende algemene voorwaarden:
- De steun wordt niet verleend aan aanvragers die tot een doelgroep behoren waarvoor de Vlaamse Regering een energiebeleidsovereenkomst definitief heeft goedgekeurd, en die de aanvrager niet heeft ondertekend of die hij niet naleeft.
- Als het gaat om de benutting van restwarmte binnen een bedrijf dat kan toetreden tot de energiebeleidsovereenkomst voor de verankering van en voor blijvende energie-efficiënte in de Vlaamse energie-intensieve industrie (voor VER- en niet-VER-bedrijven), komen de maatregelen enkel in aanmerking indien het bedrijf voor deze vestiging is toegetreden tot de energiebeleidsovereenkomst en de energiebeleidsovereenkomst naleeft, en voor zover het bedrijf niet verplicht is om deze maatregel uit te voeren om te voldoen aan de verplichtingen van die energiebeleidsovereenkomst.
- De aanvrager mag op de indieningsdatum van de steunaanvraag geen achterstallige schulden hebben bij de Rijksdienst voor Sociale Zekerheid en geen procedure op basis van Europees of nationaal recht hebben lopen waarbij een toegekende steun wordt teruggevorderd.
Er kan geen steun meer worden aangevraagd voor installaties met enkel warmte-afnemers:
die aangesloten zijn op het elektriciteitsnet na 1 januari 2014, én
waarvoor de omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen minder dan 5 jaar voor de steunaanvraag verleend werd en het gebouw voldoet aan de EPB-eisen.
Let zeker op de timing van de uitgaven gerelateerd aan de bouw of aan de vernieuwing van de installatie. Volgens de Europese steunregels is de “aanvang van de werkzaamheden” bepalend om vast te stellen of het project steun nodig heeft. Als de werkzaamheden aan het project zijn aangevangen voordat een steunaanvraag is ingediend, heeft het volledige project geen recht op steun. De “aanvang van de werkzaamheden” komt overeen met de vroegste datum verbonden aan:
- de aanvang van de bouwwerkzaamheden met betrekking tot de investering
- de facturatiedatum van het eerste materiaal aangekocht voor het project
- de eerste, juridisch bindende toezegging om uitrusting te bestellen of een andere toezegging die de investering onomkeerbaar maakt.
De aankoop van gronden en voorbereidende werkzaamheden zoals het verkrijgen van vergunningen en de uitvoering van voorbereidende haalbaarheidsstudies worden niet als aanvang van de werkzaamheden beschouwd.
Ook is de timing van belang voor het bepalen of de kosten in aanmerking komen voor steun. Meer hierover is te vinden in de handleiding call groene warmte, restwarmte en energie-efficiënte stadsverwarming(Word bestand opent in nieuw venster).
Specifieke voorwaarden voor de installaties
Daarnaast worden er, afhankelijk van het type installatie, bijkomende voorwaarden opgelegd voor het in aanmerking komen van steun via de call.