Evaluatie in het hoger onderwijs
Hogeronderwijsinstellingen bepalen zelf hoe ze hun studenten evalueren. Ze nemen dit op in hun examenreglement en in de van de opleiding.
Examenkansen
In de loop van het academiejaar heb je recht op 2 examenkansen voor de opleidingsonderdelen waarvoor je bent ingeschreven. Behaal je na je 1ste examenkans een creditbewijs voor dat opleidingsonderdeel, dan vervalt je 2de examenkans. Je kan dus niet nogmaals een examen afleggen in de hoop een hoger cijfer te halen.
Voor sommige opleidingsonderdelen is het niet mogelijk om 2 keer in de loop van 1 academiejaar examen af te leggen. Voorbeelden daarvan zijn stages of practica. Als je voor je 1ste examenkans niet slaagt, moet je je dus het volgende academiejaar opnieuw inschrijven voor dat opleidingsonderdeel.
Creditbewijzen
Als je slaagt voor een opleidingsonderdeel, krijg je een creditbewijs. Je slaagt als je minimaal 10 op 20 behaalt voor een opleidingsonderdeel. Een instelling kan ook een andere, niet-numerieke vorm van resultaatsbepaling vastleggen. Met een creditbewijs toon je aan dat je de competenties van een opleidingsonderdeel verworven hebt.
Een creditbewijs blijft minstens 5 jaar geldig binnen de betrokken opleiding aan de instelling waar je het behaald hebt.
Stelt je instelling na die 5 jaar substantiële verschillen vast tussen jouw verworven competenties en de huidige beoogde competenties van een opleidingsonderdeel? Dan kan ze je opleggen om die verschillen te overbruggen door één of meerdere opleidingsonderdelen volledig of gedeeltelijk op te nemen.
Deliberatie en tolerantie
Voor opleidingsonderdelen waarvoor je niet slaagt, kan de examencommissie beslissen om je te delibereren. Je kan in sommige gevallen ook zelf een tolerantie inzetten voor een opleidingsonderdeel waarvoor je niet slaagde. In beide gevallen moet je niet opnieuw examen afleggen voor het opleidingsonderdeel.
Voor gedelibereerde of getolereerde opleidingsonderdelen verwerft de student geen creditbewijs.
Meer informatie vind je in het onderwijs- en examenreglement van de instelling.
Studievoortgang
Als je tijdens je opleiding niet voldoende studievoortgang boekt, kan een instelling je maatregelen van studievoortgangsbewaking opleggen.
Je instelling kan beslissen om je geen bindende voorwaarde op te leggen of je inschrijving niet te weigeren als je overmacht of bijzondere individuele omstandigheden kan aantonen. Je hebt ook altijd het recht in gesprek te gaan met een studie-of trajectbegeleider.
In het onderwijsreglement vind je meer informatie over:
- De studievoortgangsmaatregelen die hogescholen en universiteiten hanteren.
- De procedure om overmacht of individuele omstandigheden in te roepen.
Vanaf het academiejaar 2023-2024 gelden volgende maatregelen van studievoortgangsbewaking.
- Om een langere studieduur te vermijden, moet je een voldoende groot studiepakket opnemen. Daarom moet je je inschrijven voor het standaard modeltraject met een studieomvang van 54 tot 66 studiepunten. Een hogeschool of universiteit kan voor bepaalde groepen, zoals werkstudenten, topsporters, studenten die vanuit een graduaatsopleiding doorstromen naar een aansluitende bacheloropleiding … wel een uitzondering voorzien en een modeltraject met een andere omvang aanbieden. Een hogeschool of universiteit kan je ook inschrijven voor een individueel traject.
- Je moet binnen 2 academiejaren slagen voor alle opleidingsonderdelen van die eerste inschrijving. Doe je dat niet, dan kan je niet meer inschrijven voor diezelfde bacheloropleiding, ook niet als je van instelling verandert. Die maatregel geldt niet voor studenten die van afstudeerrichting of onderwijsvak in een educatieve bacheloropleiding veranderen. Slagen betekent een creditbewijs of deliberatiecijfer hebben verworven of een tolerantie ingezet hebben.
- Je hogeschool of universiteit moet je verplicht studieadvies geven als de resultaten van je eerste examenperiode tegenvallen.
Je hogeschool of universiteit kan volgende studievoortgangsmaatregelen toepassen, maar is daartoe niet verplicht:
- Bij de deliberatie rekening houden met niet-deelname aan verplichte remediëring na een starttoets.
- Een bindende voorwaarde opleggen als je niet deelgenomen hebt aan verplichte remediëring na een starttoets.
- Je inschrijving voor een opleiding weigeren na het eerste jaar. Je instelling kan dat doen als blijkt dat een volgende inschrijving in de opleiding geen positief resultaat zal opleveren. Je instelling legt in het onderwijsreglement zelf de grens vast vanaf wanneer ze de weigering toepast.
- Een bindende voorwaarde opleggen als je geen 60% studierendement behaalt.
- Een bindende voorwaarde opleggen of je inschrijving weigeren als je na 2 inschrijvingen voor een opleidingsonderdeel (komt in principe overeen met 4 examenkansen) nog niet geslaagd bent voor dat opleidingsonderdeel.
- Je inschrijving in een volgend academiejaar weigeren als je niet voldoet aan een opgelegde bindende voorwaarde.
- Je inschrijving weigeren als uit je dossier blijkt dat een verdere inschrijving geen zin heeft.
- Je stage of een ander praktisch opleidingsonderdeel vroegtijdig onderbreken als blijkt dat je ongeschikt bent voor de uitoefening van het beroep waartoe de opleiding je opleidt. Je instelling moet de beslissing omstandig motiveren.
Examenresultaten en studievoortgangsbeslissingen betwisten
Als je het niet eens bent met een studievoortgangsbeslissing van een hogeschool of universiteit, dan kan je beroep aantekenen.
Je kan beroep aantekenen tegen:
- Een examenbeslissing
- Een examentuchtbeslissing
- Het toekennen van bekwaamheidsbewijs
- Het toekennen van een vrijstelling
- Een opgelegd schakel- of voorbereidingsprogramma
- Een maatregel van studievoortgangsbewaking
- De weigering om een opleidingsonderdeel op te nemen in een diplomacontract van een student met een geïndividualiseerd traject
- De gelijkwaardigheid van een buitenlands diploma hoger onderwijs met een Vlaams diploma hoger onderwijs
- De weigering tot inschrijving op basis van ontoereikend leerkrediet, of een leerkrediet lager dan of gelijk aan 0
Intern beroep bij je instelling
Je tekent eerst intern beroep aan bij de instelling zelf en dat binnen een vervaltermijn van 7 kalenderdagen. De vervaltermijn van 7 kalenderdagen gaat in op de dag na die van de proclamatie of, als het niet over een examenbeslissing gaat, op de dag na die van de kennisgeving van de beslissing. Je vindt de procedure in het onderwijs- en examenreglement van je instelling.
Beroep bij de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen
Als je niet akkoord gaat met de beslissing van je instelling via de interne beroepsprocedure, kan je binnen 7 kalenderdagen beroep aantekenen bij de Raad voor betwistingen inzake studievoortgangsbeslissingen. Lees hoe dit moet op de website van de Raad.(opent in nieuw venster)