Het terugkommoment organiseren als erkende instelling
Wilt u het terugkommoment voor rijbewijs B organiseren? Dan moet u een erkenning aanvragen bij het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. Om die erkenning te krijgen, moet u voldoen aan alle voorwaarden voor:
- de lokalen
- het oefenterrein
- de voertuigen
- de organisatie van het terugkommoment zelf.
Voorwaarden voor uw lokalen
Uw lokalen:
- bestaan uit minstens 1 leslokaal en 1 sanitaire ruimte
- voldoen aan de wettelijke normen voor brandveiligheid. U hebt daarvoor een attest van de burgemeester of de brandweer.
Uw leslokaal:
- biedt plaats aan minstens het aantal personen dat het terugkommoment volgt
- is uitgerust met materiaal om presentaties te geven
- voldoet aan de hygiënische bepalingen voor publiek toegankelijke lokalen.
U mag uw lokalen niet in een woonruimte of drankgelegenheid inrichten.
Voorwaarden voor uw oefenterrein
Uw oefenterrein is veilig afgescheiden van de openbare weg. Personen die niet aan de sessie deelnemen, mogen het terrein tijdens de praktijkoefeningen niet kunnen betreden.
Het volledige oefenterrein:
- heeft een stevige en stabiele grondbedekking die toelaat om de praktijkoefeningen veilig uit te voeren
- moet vrij zijn van stenen, bladeren, materialen of constructies die ongevallen kunnen veroorzaken of de veiligheid en juiste uitvoering van de oefeningen kunnen belemmeren
- is minimaal uitgerust met:
- een brandblusser van minstens 5 kg
- een product dat olie opslorpt
- een EHBO-uitrusting met al het nodige hulpverleningsmateriaal
- een goed werkende lichtinstallatie als u de oefeningen voor zonsopgang of na zonsondergang laat plaatsvinden.
U mag het goedgekeurde oefenterrein van een andere erkende instelling gebruiken.
Indeling in zones
De deelnemers van het terugkommoment moeten de praktijkoefeningen veilig kunnen uitvoeren. Uw oefenterrein moet daarom uit 3 zones bestaan:
- zone van de stopoefening:
- aanrijstrook van minstens 40 x 5 meter
- oefenstrook van minstens 40 x 5 meter
- achter de oefenstrook: veiligheidsstrook van 15 x 5 meter.
- zone van de afleidingsoefening:
- aanrijstrook van minstens 40 x 5 meter
- oefenstrook van minstens 35 x 8 meter
- veiligheidsstrook van minstens 10 meter langs de 2 kanten van de oefenstrook
- veiligheidsstrook van minstens 20 x 28 meter achter de oefenstrook.
- zone van de slalomoefening met promillebrillen:
- oefenstrook van minstens 800 m² die minimaal 15 meter breed is.
Binnen elke zone mag maar 1 voertuig tegelijkertijd de oefening uitvoeren.
Liggen de zones van de stopoefening en de afleidingsoefening naast elkaar? Dan mogen de aanrijstroken alleen maar tegelijkertijd worden gebruikt als ze minstens 10 meter uit elkaar liggen.
Voor de stop- en de afleidingsoefening moet u een terugrijstrook van minstens 3 meter breed voorzien. U mag die strook voor beide oefeningen gebruiken.
De stop- en slalomoefeningen mag u op een natte of droge ondergrond laten uitvoeren. De afleidingsoefening alleen op een natte ondergrond met verminderde wrijvingscoëfficiënt.
Voorwaarden voor uw lesvoertuigen
Om de praktijkoefeningen te organiseren, moet u minstens 1 voertuig per 3 deelnemers voorzien. Tijdens de praktijkoefeningen mogen er maximaal 3 deelnemers in elk voertuig plaatsnemen.
Elk voertuig:
- is minder dan 10 jaar oud
- is uitgerust met een combinatie van achteruitkijkspiegels
- heeft 4 wielen, minstens 3 zitplaatsen en veiligheidsgordels
- haalt een snelheid van minstens 100 km/uur
- heeft aan elke kant 2 deuren
- heeft een achterbank met hoofdsteunen
- heeft geen dubbele bediening.
- heeft een verzekeringspolis die alle materiële en lichamelijke schade dekt die door het voertuig wordt berokkend aan bestuurders, passagiers en derden
Elk voertuig moet ook uitgerust zijn met:
- een radioverbinding waarmee de lesgever en de deelnemer onafgebroken met elkaar kunnen praten
- 3 promillebrillen van verschillende gradaties om de slalomoefening met promillebrillen te kunnen uitvoeren.
Van elk voertuig houdt u een kopie bij van het inschrijvingsbewijs, het geldige verzekeringsbewijs en het geldige groene keuringsattest.
Voorwaarden voor de organisatie van het terugkommoment
U mag het terugkommoment alleen maar organiseren voor groepen van minimaal 6 en maximaal 18 deelnemers. Voor de praktijkoefeningen moet u minstens 1 lesgever per 6 deelnemers inschakelen.
- Het terugkommoment beantwoordt aan het programma en het draaiboek dat u laat goedkeuren.
- Het programma is het overzicht van alle onderwerpen die de deelnemers tijdens de 4 uur van het terugkommoment zullen leren.
- Het draaiboek bevat de doelstelling, werkvorm, aanpak, timing, visie, insteek en aandachtspunten van elk onderwerp.
- Elk onderdeel kan alleen gegeven worden door lesgevers die voldoen aan alle voorwaarden voor dat onderdeel.
Van iedere lesgever houdt u een kopie bij van het getuigschrift en het bewijs van de erkenning voor het onderdeel waarvoor hij of zij is erkend.
Te registreren gegevens
Voor de start van elke sessie geeft u aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken door waar het terugkommoment plaatsvindt en om hoe laat elk onderdeel begint. U moet minstens 3 weken op voorhand de planning doorgeven via het online portaal(opent in nieuw venster). De instelling geeft de datum, start- en einduur en locatie (leslokaal en oefenterrein) van het terugkommoment door. Er mogen tot ten laatste 3 dagen op voorhand wijzigingen gebeuren aan deze planning.
Voor elk terugkommoment registreert u minstens de volgende gegevens in de databank van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken:
- rijksregisternummer van de deelnemers
- begin- en einduren van elk onderdeel
- identiteit van de lesgevers van elk onderdeel
- adres van de lokalen
- adres van het oefenterrein.
U laat inspecteurs toe om uw lokalen en oefenterrein te controleren, het terugkommoment bij te wonen, vaststellingen te doen en documenten in te kijken en te kopiëren.
Uw erkenning aanvragen
U dient uw erkenningsaanvraag online in(opent in nieuw venster). Bij uw aanvraag voegt u de volgende documenten:
- het programma en het draaiboek van uw terugkommoment
- een schema op schaal en minstens één foto van uw lokalen en oefenterrein
- het brandveiligheidsattest van de brandweer of burgemeester
- een uittreksel uit het Belgisch Staatsblad of een ander document dat bewijst dat de aanvraag door een onderneming wordt ingediend.
Ten laatste 1 maand na uw aanvraag laat het Departement Mobiliteit en Openbare Werken u weten of uw aanvraag volledig is. Als dat niet zo is, moet u de ontbrekende informatie zo snel mogelijk bezorgen.
Het departement beslist pas over uw aanvraag als het alle informatie heeft gekregen. Ten laatste 2 maanden na de volledige aanvraag weet u of u een erkenning voor het terugkommoment krijgt. Het departement kan die periode met 1 maand verlengen.
Samen met de erkenning krijgt u een erkenningsnummer. Uw erkenning verschijnt in het Belgisch Staatsblad.
Verandert er iets dat een invloed heeft op uw originele erkenning? Dan dient u een nieuwe aanvraag in. Een nieuwe erkenning betekent dat uw eerste erkenning vervalt.
Wettelijke bijdragen
Voor de organisatie van het terugkommoment betaalt u enkele bijdragen:
- aanvraag tot erkenning: 96 euro
- jaarlijkse bijdrage: 96 euro.
Voor elke betaling krijgt u een betalingsverzoek via de post. U betaalt via een overschrijving.
Subsidies
Voor iedere deelnemer aan het terugkommoment krijgt u een subsidie (meer info volgt). De subsidie wordt toegekend voor iedere deelnemer die u correct registreert.