Isolatie en luchtdichtheid
De eerste stap naar een energiezuinige woning is goed isoleren.
Isoleren
Goed isoleren is een combinatie van
- het geschikte materiaal
- en een nauwkeurige plaatsing: vermijd luchtlekken, temperatuurschommelingen, condensatie en koudebruggen.
Overisoleren bestaat niet. Vocht en schimmel ontstaan op plaatsen waar isolatie ontbreekt of slecht is aangebracht (bijv. in de hoeken).
In een goed geïsoleerde woning is een goede ventilatie absoluut noodzakelijk.
Kadert uw investering in werken waarvoor een bouwaanvraag nodig is? Dan moet u de EPB-eisen uit de energieprestatieregelgeving volgen.
Isoleren is deskundigenwerk. Win genoeg advies in als u het toch zelf wilt doen.
Luchtdicht bouwen
Naast isoleren is het belangrijk luchtdicht te bouwen om warmteverliezen langs kieren en spleten te beperken.
Met een luchtdichtheidstest (‘blowerdoortest’) wordt de luchtdichtheid gemeten. In een luchtdichte woning ligt de netto-energiebehoefte aanzienlijk lager.
Isolatiebegrippen
Om over isoleren te kunnen spreken, is het belangrijk enkele essentiële begrippen te kennen:
- : energie-efficiëntie van de gebouwschil.
: isolatiewaarde van een constructiedeel (bijv. dak, muur).
(λ): isolerende waarde van een materiaal.
: warmteweerstand van een materiaallaag.
: warmteverlies door een temperatuurverschil aan beide zijden van een constructie.
: onderbreking van de isolatie zorgt voor warmteverlies.
Foto links: 2 stenen onderbreken de isolatie en laten de binnenmuur in contact komen met de buitenmuur = koudebrug.
Foto rechts: dakisolatie en muurisolatie sluiten aan zonder onderbreking = koudebrug vermeden.