Plantentuin Meise maakt informatiepanelen heerlijk helder
Plantentuin Meise is een paradijs voor natuurliefhebbers. Meer dan 18.000 plantensoorten uit de hele wereld dingen er naar de aandacht van de bezoekers. De informatiepanelen in de plantenkassen zijn een uitstekend middel om die aandacht te sturen, maar het ontwerp daarvan is niet zo eenvoudig. Communicatiemedewerkers Chris Kosolosky en Koen Es leggen uit waarom.
Als het niet lukt om het verhaal van een plant helemaal helder te brengen, schrappen we het.
Waarom heeft Plantentuin Meise ervoor gekozen om de informatiepanelen heerlijk helder te maken?
‘De informatiepanelen spelen een centrale rol in onze educatieve opdracht. We zijn op dit moment volledig nieuwe panelen aan het ontwikkelen voor het plantenpaleis.’
Waarom voldoen de huidige panelen niet?
‘We hebben onderzoek gedaan met testpanelen in drie kassen. Uit interviews en enquêtevragen bij de bezoekers zijn verschillende pijnpunten aan het licht gekomen. Veel mensen worden afgeschrikt door de hoeveelheid tekst, onder andere omdat we de informatie in vier talen aanbieden.’
‘Ook het beeldmateriaal is vaak een drempel omdat bezoekers niet meteen zien naar welke plant in de kas de foto’s op de panelen verwijzen. Ze moeten dan echt op speurtocht gaan naar de juiste plant. De foto’s die we nu gebruiken zijn te weinig afgestemd op dat kijkgedrag. Bezoekers haken daardoor af en beginnen gewoon niet te lezen. Dat is een probleem waar we ons vooraf niet bewust van waren.’
‘Ook de Latijnse plantnamen blijken een drempel te zijn. Schoolkinderen bijvoorbeeld worden erdoor afgeschrikt. Ze durven die namen vaak gewoon niet uit te spreken.’
We willen veel meer verhalen vertellen die blijven hangen bij de bezoeker.
Hoe maken jullie de panelen heerlijk helder?
‘We werken in de eerste plaats met minder panelen, we gaan van acht naar vijf panelen per kas. Met minder panelen hebben we meer kans dat meer mensen ze zullen lezen. En dus iets zullen meepikken van hun bezoek aan de Plantentuin.’
Meer met minder dus?
‘Inderdaad. In elke kas zitten al vlug 300 à 400 planten. We moeten dus heel erg selectief zijn. We doen dat door voor elke kas één algemeen informatiepaneel te maken en door maar enkele planten per kas te selecteren voor de andere panelen.’
‘Bij elke plant vertellen we een verhaal dat goed past bij het klimaattype van de kas, bijvoorbeeld het regenwoud of de woestijn. We willen daarbij vooral duidelijk maken hoe de planten aan de verschillende klimaattypes aangepast zijn. Als we in de dertien kassen vijf panelen zetten, heb je bij manier van spreken nog altijd een roman voor wie alles wil lezen.’
‘Per paneel brengen we ook maar één verhaal over één plant. Veel minder tekst dus. Zo brengen we meer focus in de informatie. We willen veel meer verhalen vertellen die blijven hangen bij de bezoeker.’
Hoe pakken jullie de foto’s aan?
‘We werken met minder foto’s dan vroeger. De foto’s worden op de nieuwe panelen groter maar we kiezen ze veel zorgvuldiger uit. Zo kunnen bezoekers vlugger de band leggen met de plant zelf. Dat is een hele uitdaging omdat de planten vaak dicht bij elkaar staan en er in de verschillende seizoenen niet altijd hetzelfde uitzien.’
Het beeldmateriaal is vaak een drempel omdat bezoekers niet meteen zien naar welke plant in de kas de foto's op de panelen verwijzen.
Hoe maken jullie de tekst zelf zo helder mogelijk?
‘De specialisten in huis selecteren eerst de informatie voor elk paneel. Voor het schrijven van de teksten zelf doen we een beroep op een extern redactieteam. Als niet-specialisten zijn die redacteurs voor ons een goede toets om te kijken of de boodschap helder is.’
‘We proberen de informatie zo te formuleren dat die vlot toegankelijk is voor iedereen. We gaan daarbij uit van het idee dat de tekst goed leesbaar moet zijn voor een doelgroep van 14-jarigen. De zinnen worden daardoor gemiddeld korter. Bij woorden als sporen, stuifmeel, zaad en zaadcel is vaak toch nog een woordje uitleg nodig. De jargonwoorden schrappen we als we die niet nodig hebben om een sterk verhaal te vertellen.’
‘Als het niet lukt om een verhaal van een plant helemaal helder te brengen, schrappen we het. We wikken en wegen dus bij elke zin of de bezoeker die zal begrijpen. Er zijn telkens verschillende mensen die nalezen. Een belangrijk punt is ook dat we elk paneel volledig zelfstandig leesbaar maken. Dat is nodig omdat het wandelparcours van de bezoeker onvoorspelbaar is. Elk paneel kan voor een bezoeker het startpunt zijn om te beginnen lezen.’
En de Latijnse namen?
‘Op de nieuwe panelen laten we de Latijnse namen bijna overal weg. Waar het kan, vermelden we alleen de Nederlandse naam. Als zo’n naam nog niet bestaat, leggen we soms een nieuwe volksnaam voor het Nederlands vast. We doen dat in overleg met onze collega-botanici in Nederland en we laten ons daarbij inspireren op de Latijnse naam zelf of op bestaande volksnamen uit bijvoorbeeld het Engels of het Duits. De Latijnse namen blijven wel overal op de naambordjes bij de planten zelf staan.’
Tegen wanneer kunnen de bezoekers de heerlijk heldere panelen komen bekijken?
‘Tegen de zomer zullen de eerste panelen nieuwe stijl klaar zijn. Stelselmatig pakken we daarna alle kassen aan voor de verschillende klimaattypes. We zullen dat ook doen voor de kassen die de komende jaren een nieuwe invulling krijgen. Met dit project willen we dat de opzet en de toon meteen goed zitten voor alle kassen en dat alle panelen dus ook heerlijk helder zijn.’
2 mei 2018