Werking vertrouwenspersonen
Wat is een vertrouwenspersoon?
De vertrouwenspersonen zijn een laagdrempelig eerste aanspreekpunt voor medewerkers van hun eigen entiteit voor alle vragen rond psychosociale risico’s zoals stress, burn-out, ongewenst gedrag, …
Elke medewerker met moeilijkheden rond welzijn op het werk kan op een professionele, kwaliteitsvolle manier bij een vertrouwenspersoon van de eigen entiteit terecht. Belangrijk hierbij is dat de vertrouwenspersoon gebonden is door het beroepsgeheim. Daarom mag de vertrouwenspersoon geen informatie delen met derden die die hoort tijdens de uitoefening van die rol.
Momenteel zijn er ongeveer 160 vertrouwenspersonen in de aangesloten entiteiten van de Gemeenschappelijke Dienst voor Preventie en Bescherming op het werk (GDPB).
Een vertrouwenspersoon binnen een entiteit valt functioneel onder de GDPB. De GDPB ondersteunt het netwerk van de vertrouwenspersonen binnen de Vlaamse overheid. Op die manier kan het netwerk een kwalitatieve dienstverlening aanbieden en tegelijk de wetgeving optimaal toepassen. De vertrouwenspersoon staat dan ook in nauw contact met de preventieadviseurs psychosociale aspecten (PAPSY) van de GDPB van de entiteit.
De rol van vertrouwenspersoon
De vertrouwenspersoon zal in een eerste gesprek luisteren naar het verhaal van de medewerker en diens vraag helder en duidelijk proberen krijgen. Het doel is om een zich te krijgen op wat voor de verzoeker belangrijk is en vanuit die belangen op zoek te gaan naar verschillende mogelijkheden die de situatie kunnen verbeteren.
Deze zoektocht stelt de verzoeker meestal in staat om terug in zijn sterkte te staan, of die sterkte terug te ontdekken. Zo kan de verzoeker dan via kleine stapjes zelf actie ondernemen. Op die manier geraakt zijn/haar probleem in de meeste gevallen aangepakt en zoeken we naar verbinding met de organisatie, met het doel dat dit een meerwaarde is voor zowel de medewerker als de organisatie.
De meeste verzoekers zijn op zoek naar een luisterend oor met de garantie van het wettelijk beroepsgeheim van de vertrouwenspersoon. Dit laatste is een bijzonder belangrijke garantie om in veiligheid het verhaal te kunnen vertellen en voor zichzelf mogelijkheden te kunnen zoeken.
In een minderheid van de situaties durven mensen zelf het gesprek niet meer (alleen) aan of dient het pad vooraf wat geëffend te worden. Dan kan een vertrouwenspersoon hierbij een interventie met iemand in de organisatie of een verzoening met de betrokken persoon opzetten, mits toestemming van de verzoeker.
Indien de vertrouwenspersoon inschat dat een verzoeker zelf het gesprek kan aangaan, geniet het voorkeur dat de verzoeker dit zelf opneemt. De rol van de vertrouwenspersoon is dan vooral gericht op de voorbereiding en terugkoppeling nadien, als klankbord.
De taken van de vertrouwenspersoon samengevat:
De vertrouwenspersonen behandelen enkel informele verzoeken.
De vertrouwenspersonen werken mee aan een preventiebeleid binnen de entiteit. De werkgever kan bijvoorbeeld vragen aan de vertrouwenspersonen om mee te werken aan de uitvoering van de algemene psychosociale risicoanalyse, of lid te zijn in de werkgroep welzijn.
De vertrouwenspersonen houden het register voor feiten door derden bij.
De vertrouwenspersonen bekijken of er preventiemaatregelen kunnen getroffen worden n.a.v. de feiten door derden.
- Ze plegen regelmatig overleg met de preventieadviseur psychosociaal welzijn. Beide hebben de verplichting om alle contacten die nodig zijn voor het vervullen van de opdrachten te onderhouden.
- Ze registreren alle verzoeken in DOS en delen minstens eenmaal per jaar aan PAPS de behandelde incidenten mee die zich bij herhaling hebben voorgedaan, voor de jaarlijkse evaluatie.
Aanstelling van de vertrouwenspersoon
De aanstelling van een vertrouwenspersoon gebeurt via een beslissing van het EOC (Entiteit Overleg Comité) van de entiteit:
Ondersteuningsaanbod voor de vertrouwenspersoon
Om de professionalisering van de vertrouwenspersonen te verhogen, voorziet de GDPB in een voortdurende ondersteuning, zowel op inhoudelijk vlak als op praktisch gebied.
Inhoudelijke ondersteuning
- Individuele ondersteuning: voor bijstand bij individuele cases, delicate thema’s of andere vragen kunnen de vertrouwenspersonen steeds terecht bij de preventieadviseur psychosociale aspecten die actief is in hun entiteit.
- Intervisie: naast de vijfdaagse basisopleiding is de vertrouwenspersoon wettelijk verplicht om jaarlijks één dag intervisie te volgen, met concrete casusbespreking onder begeleiding van de preventieadviseur psychosociale aspecten.
- Tijdens intervisie komt ervaringsgericht leren tot stand. Ervaringsgericht leren bevat naast de ontwikkeling van kennis en vaardigheden ook vooral een persoonlijke groei als vertrouwenspersoon.
- De GDPB organiseert deze intervisies om te zorgen dat de vertrouwenspersonen hun rol op een goede, kwalitatieve manier kunnen invullen.
- De vertrouwenspersonen werken in vaste groepen van maximaal 12 personen. De GDPB streeft ernaar binnen elke intervisiegroep te komen tot een langdurig engagement door met dezelfde groep 2 halve dagen per jaar samen te komen.
- Het is belangrijk dat de entiteit de vertrouwenspersoon ondersteunt in diens aanwezigheid op de intervisiemomenten.
- Infosessies en vormingen: het is sterk aanbevolen om minstens één dag bijkomende opleiding per jaar te volgen. De GDPB organiseert jaarlijks minimaal enkele infosessies of vormingen.
Praktische ondersteuning
- Registratie: vertrouwenspersonen zijn verplicht een registratie bij te houden in functie van het jaarverslag dat de preventieadviseur psychosociale aspecten op niveau van de entiteit en op niveau Vlaamse overheid opmaakt. De GDPB koppelt de registratie aan het opvolgingssysteem DOS, een beveiligde applicatie waarin vertrouwenspersonen hun informele verzoeken vertrouwelijk kunnen bewaren. Er volgt een automatische, anonieme rapportage uit die gegevens. De GDPB garandeert zo de kwaliteit van de registratie en de vertrouwelijkheid van de bijgehouden dossiers.
- Infodeling: DOS doet ook dienst als infodelingssysteem. Zo krijgen vertrouwenspersonen toegang tot documenten die zowel inhoudelijk als praktisch nuttig zijn voor vertrouwenspersonen. Op de pagina’s van Vlaanderen Intern is alle nuttige info voor de uitoefening van de rol als vertrouwenspersoon gebundeld.
- Gespreksruimte: het is belangrijk dat vertrouwenspersonen in alle discretie gesprekken kunnen voeren. Dit is niet steeds evident in een open kantoorruimte. Daarom voorziet de GDPB voor de vertrouwenspersonen ook een gesprekslokaal in het Herman Teirlinckgebouw in Brussel. Wie hiervan gebruik wil maken, contacteert de preventieadviseur psychosociale aspecten.
- Lijst van vertrouwenspersonen: de GDPB houdt een lijst bij van de actieve vertrouwenspersonen en publiceert regelmatig updates. Iemand die tijdelijk niet actief is, staat niet op deze lijst. Op die manier komen medewerkers met moeilijkheden snel bij de juiste persoon terecht. Het is daarom belangrijk dat de vertrouwenspersoon die een tijd niet actief is, dit meldt aan de preventieadviseur psychosociale aspecten. De GDPB houdt ook een lijst van alle aangestelde vertrouwenspersonen bij.
Ondersteuning van de vertrouwenspersonen door de entiteiten
De doelstelling is dat elke entiteit een goed preventiebeleid uitbouwt, waarbij de werkgever de nodige maatregelen treft om de psychosociale risico’s op het werk te voorkomen, om de schade ten gevolge van deze risico’s te voorkomen of om deze schade te beperken.
De werking van de vertrouwenspersoon vormt een essentieel onderdeel in dit preventiebeleid. Het is heel belangrijk dat medewerkers in een vroeg stadium zaken kunnen melden, die constructief opgepakt worden. Om maximaal return te verkrijgen en een goede werking van vertrouwenspersonen te hebben binnen de entiteit is het belangrijk dat de entiteit die werking ondersteunt. De ondersteuning van entiteiten naar hun eigen vertrouwenspersonen toe richt zich op verschillende domeinen:
Opvolging van de vertrouwenspersoon
De GDPB zal de vertrouwenspersoon motiveren om hun rol op een goede manier op te nemen binnen het kader van de welzijnswet en met respect voor het beroepsgeheim.
Door de vertrouwenspersonen op te volgen en samen een stand van zaken bij te houden, stimuleert de GDPB hun ontwikkeling. Daarbij gaat aandacht naar zaken die positief verlopen, maar ook naar zaken waarin zij kunnen groeien. Duidelijke feedback is daarbij belangrijk.
De entiteiten krijgen jaarlijks de evaluatie van psychosociaal beleid, waarbij een luikje gaat over de werking van de vertrouwenspersonen. Het gaat hierbij hoofdzakelijk over duidelijk meetbare en registreerbare gegevens die de GDPB aangrijpt om samen in gesprek te gaan, zoals:
- Volgen basisopleiding: het behalen van het attest van de vijfdaagse basisopleiding is verplicht binnen de 2 jaar na aanstelling op het EOC.
- Aanwezigheid intervisie: vertrouwenspersonen zijn wettelijk verplicht op jaarlijks 1 dag intervisie (2 halve dagen bij de GDPB) te volgen. Kunnen ze niet op de afgesproken dagen, dan sluiten ze aan op de open intervisiegroepen die de GDPB of IDEWE organiseren. Intervisie vanuit de GDPB is gratis. Voor de intervisie georganiseerd door IDEWE betaalt de entiteit via preventie-eenheden. Volgt de vertrouwenspersoon een externe intervisie, bezorgt die daarna een aanwezigheidsattest aan de GDPB.
- Registratie dossiers: vertrouwenspersonen registreren hun gesprekken zorgvuldig in het opvolgingsdossier DOS. Wanneer een vertrouwenspersoon drie jaar op rij géén geregistreerde dossiers heeft, volgt een gesprek.
- Contact met de preventieadviseur psychosociaal welzijn: een vertrouwenspersoon voert gesprekken binnen het kader van de welzijnswet, met respect voor het beroepsgeheim. Om op een kwalitatieve manier gesprekken te voeren, laat de vertrouwenspersoon zich ondersteunen door de preventieadviseurs psychosociale aspecten. Bij delicatie thema’s zoals ongewenst seksueel gedrag op het werk, cases waarbij afdelingshoofden of leidend ambtenaren betrokken zijn of groepsproblematieken, is die ondersteuning sowieso verplicht.
De rol van vertrouwenspersoon neerleggen
Meer informatie
Op de webpagina’s van de Federale Overheidsdienst Werkgelegenheid, Arbeid en Sociaal Overleg staat heel wat interessante informatie:
- De vertrouwenspersoon(opent in nieuw venster)
- Psychosociale risico’s op het werk(opent in nieuw venster)
- Het preventiebeleid(opent in nieuw venster)
- Actiemiddelen van de werknemer: de interne procedure(opent in nieuw venster)
- Werken met derden op de arbeidsplaats - bijzonderheden(opent in nieuw venster)