Woordgebruik en terminologie
5. Correct en helder woordgebruik
In een regelgevende tekst gebruikt u woorden die niet alleen (juridisch) correct zijn, maar ook duidelijk, precies, ondubbelzinnig, en zo eenvoudig mogelijk.
6. Correcte uitdrukkingen
U gebruikt de volgende uitdrukkingen:
niet | maar wel |
---|---|
in toepassing van het decreet | met toepassing van het decreet, op basis van het decreet |
in uitvoering van het decreet | ter uitvoering van het decreet |
bij afwijking van artikel 2, §3, | in afwijking van artikel 2, §3, |
het decreet treedt in voege | het decreet treedt in werking |
hierna … genoemd | hierna … te noemen |
het hogergenoemde decreet, het hogervermelde decreet, het bovengenoemde besluit, het bovenvermelde besluit | het voormelde decreet, het voormelde besluit |
7. Met behoud van de toepassing van, onder voorbehoud van, in afwijking van
De uitdrukkingen met behoud van de toepassing van …, onder voorbehoud van … en in afwijking van … gebruikt u uitsluitend als ze noodzakelijk zijn om de onderlinge verhouding tussen twee bepalingen duidelijk te maken.
De uitdrukkingen met behoud van de toepassing van … en onder voorbehoud van … hebben tot doel eventuele conflicten of onduidelijkheden tussen regels van dezelfde aard te voorkomen.
Gebruik de uitdrukkingen met behoud van de toepassing van … en onder voorbehoud van … in de plaats van de uitdrukking onverminderd. Onverminderd leidt immers vaak tot onduidelijkheid. Het is daarom raadzaam onverminderd zo veel mogelijk te vermijden, tenzij het voorkomt in bepalingen die u letterlijk moet overnemen.
De uitdrukking onder voorbehoud van geeft aan welke van twee bepalingen voorrang heeft, ongeacht of ze tot twee verschillende teksten behoren dan wel of ze in dezelfde tekst voorkomen. De bepaling waarin het voorbehoud wordt gemaakt, heeft alleen uitwerking als de bepaling waarvoor voorbehoud is gemaakt, niet van toepassing is.
De uitdrukking met behoud van de toepassing van is synoniem van los van. Ze betekent dat de bepaling in kwestie geen gevolgen heeft voor het gelden van een andere bepaling en dat de bepaling waarnaar u verwijst, geldt naast de bepaling waarin u verwijst. Beide bepalingen staan dus op hetzelfde niveau en ze kunnen tegelijk van toepassing zijn.
De uitdrukking in afwijking van … gebruikt u alleen als de bepaling waarnaar u verwijst, in dit specifieke geval niet geldt, maar in alle andere gevallen wel. U voert dus een beperking in op een bepaling die in de genoemde situatie normaal van toepassing is.
8. Tot en met
Het einde van een periode of reeks geeft u aan met de uitdrukking tot en met, omdat het gebruik van het woord tot onduidelijk is.
9. En/of
In de voegwoordcombinatie en/of is het voegwoord en meestal overbodig. Als u ‘of x, of y, of allebei’ bedoelt, gebruikt u het voegwoord of, bijvoorbeeld Subsidieaanvraag voor evenementen met toeristisch belang of internationale uitstraling. Het voegwoord of sluit de betekenis van en niet uit.
U mag de voegwoordcombinatie en/of alleen gebruiken als het voegwoord of tot een onduidelijke rechtsregel zou leiden. Dat is het geval als iemand aan of de betekenis ‘of x, of y’ zou kunnen geven om de reikwijdte van de rechtsregel in zijn voordeel in te perken.
Bijvoorbeeld:
Bouwovertredingen worden bestraft met een gevangenisstraf van minimaal acht dagen tot maximaal vijf jaar en/of een geldboete van minimaal 25 tot maximaal 50.000 euro.
Als u ‘of x, of y, maar niet allebei’ bedoelt, gebruikt u de uitdrukking of(wel) x, of(wel) y.
Bijvoorbeeld:
Bouwovertredingen worden bestraft met ofwel een gevangenisstraf van minimaal acht dagen tot maximaal vijf jaar, ofwel een geldboete van minimaal 25 tot maximaal 50.000 euro.
10. Genderneutraal taalgebruik
Aanduidingen van mannen en vrouwen mag u niet combineren. U schrijft dus niet: werknemer/werkneemster, werkne(e)m(st)er of hij/zij die … Als dat mogelijk is, gebruikt u een genderneutrale persoonsaanduiding, zoals verloskundige in plaats van vroedvrouw, verpleegkundige in plaats van verpleger/verpleegster, leerkracht in plaats van leraar/lerares, degene die of wie in plaats van hij/zij die.
Als er geen gangbare genderneutrale vormen voorhanden zijn, kunt u in sommige gevallen kiezen voor de meervoudsvorm: ambtenaren in continudienst kunnen hun vakantie opnemen in plaats van de ambtenaar in continudienst kan zijn/haar vakantie opnemen; ze beschikken over in plaats van hij/zij beschikt over.
Als u geen genderneutrale vorm of meervoudsvorm kunt gebruiken, kiest u de grammaticaal mannelijke vorm. Als u met een onzijdig zelfstandig naamwoord naar een persoon verwijst, bijvoorbeeld het personeelslid, mag u daarna de mannelijke vorm gebruiken. Ook in dit geval is het aan te raden om de meervoudsvorm te gebruiken als dat mogelijk is, of de constructie aan te passen zodat u geen verdere verwijzing nodig hebt.
Bijvoorbeeld:
- Als het personeelslid 55 jaar of ouder is, telt hij voor drie eenheden.
- Als personeelsleden 55 jaar of ouder zijn, tellen ze voor drie eenheden.
- Personeelsleden die 55 jaar of ouder zijn, tellen voor drie eenheden.
- Vanaf 55 jaar telt een personeelslid/tellen personeelsleden voor drie eenheden.
11. Formulering van verplichtingen
Om uit te drukken dat een handeling verplicht is, zet u het werkwoord dat de handeling in kwestie weergeeft in de onvoltooid tegenwoordige tijd (indicatief presens). U gebruikt daarvoor dus geen werkwoorden als moeten, dienen of zullen, of uitdrukkingen als verplicht zijn of ertoe gehouden zijn.
Bijvoorbeeld:
niet | maar wel |
De aanvrager moet ook een medisch attest bij zijn aanvraag voegen. | De aanvrager voegt ook een medisch attest bij zijn aanvraag. |
Het personeelslid dient zijn dienst te hervatten op de eerstvolgende werkdag. | Het personeelslid hervat zijn dienst op de eerstvolgende werkdag. |
12. Vaktermen
Gebruik woorden die in overeenstemming zijn met het gangbare taalgebruik. Tot het gangbare taalgebruik behoren woorden en terminologie die ook buiten de juridische context worden gebruikt en begrepen.
Gebruik een vakterm alleen als de boodschap zonder de vakterm vaag of omslachtig zou worden. Als de betekenis van een woord in de rechtstaal afwijkt van het gangbare taalgebruik en als dat tot misverstanden kan leiden, formuleert u de tekst zo dat de juiste betekenis van het woord uit het zinsverband blijkt. U kunt die woorden ook met een definitie introduceren. Zie aanwijzing 151 tot en met 163.
13. Formele woorden
Vervang plechtige en formele woorden door neutrale, alledaagse woorden.
Bijvoorbeeld:
niet | maar wel |
aanvangen | beginnen |
alsmede / alsook | en, ook |
bekomen | verkrijgen |
betreffende (het betreffende decreet) | in kwestie (het decreet in kwestie) |
bij ontstentenis van | bij afwezigheid van, als er geen - is |
desgevallend | in voorkomend geval, eventueel |
enkel | alleen |
eveneens | en, ook |
indien | als |
ingeval | als |
inzake | over |
naar tijdsorde | chronologisch |
objectief | doel, doelstelling |
overmaken | bezorgen, opsturen |
reeds | al |
een schrijven | een brief |
Gebruik de aanwijzende voornaamwoorden die of dat om binnen een zin of een lid van een artikel terug te verwijzen naar een woord dat eerder genoemd is, of naar een vorige zin. Terugverwijzen met deze of dit is niet fout, maar is nogal nadrukkelijk en formeel. Dikwijls kunt u ook gewoon een persoonlijk voornaamwoord (hij, hem, ze, haar, het) gebruiken.
niet | maar wel |
De verwerkingsverantwoordelijken en de verwerker zien erop toe dat de te verwerken persoonsgegevens juist zijn en dat deze gegevens worden geactualiseerd als dit nodig is. | De verwerkingsverantwoordelijken en de verwerker zien erop toe dat de te verwerken persoonsgegevens juist zijn en dat die gegevens worden geactualiseerd als dat nodig is. |
Het agentschap Wonen-Vlaanderen betaalt de subsidie uit binnen dertig dagen nadat deze is toegekend. | Het agentschap Wonen-Vlaanderen betaalt de subsidie uit binnen dertig dagen nadat ze is toegekend. |
Ook het bijvoeglijk naamwoord voormeld is vrij formeel. Gebruik het alleen om terug te verwijzen naar een regelgevende tekst (bijvoorbeeld het voormelde decreet, het voormelde besluit) of als het woord waarnaar u verwijst ver terug in hetzelfde lid staat. In de andere gevallen kunt u die of dat gebruiken. Soms volstaat het lidwoord de of het.
niet | maar wel |
De subsidie kan aangevraagd worden met het formulier dat op de website van het agentschap staat. Het voormelde formulier moet ingediend worden binnen een termijn van twintig dagen na de plaatsing. Als de subsidie niet binnen de voormelde termijn is aangevraagd, kan er geen subsidie toegekend worden. | De subsidie kan aangevraagd worden met het formulier dat op de website van het agentschap staat. Dat/Het formulier moet ingediend worden binnen een termijn van twintig dagen na de plaatsing. Als de subsidie niet binnen die termijn is aangevraagd, kan er geen subsidie toegekend worden. |
14. Redactionele afkortingen
Gebruik geen redactionele afkortingen als m.b.t., m.a.w. en i.p.v.
15. Afkortingen van namen van instanties, instellingen en organisaties
De namen van instanties, instellingen, organisaties enzovoort kunt u afkorten. Bij lange namen is het gebruik van een afkorting zelfs wenselijk als de naam meermaals voorkomt in een tekst.
Bijvoorbeeld:
De Koninklijke Academie voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, afgekort KANTL, …
Voor het gebruik van deze formule, zie aanwijzing 161.
Voor de officieel afgekorte namen van instanties, bedrijven, firma’s enzovoort gebruikt u de spelling van de naamgever: NMBS, VDAB, EG, EU, UNESCO, S.M.A.K., KU Leuven. De afkortingen nv, bvba en vzw schrijft u klein.
Voor het gebruik en de verklaring van afkortingen kunt u de volgende bronnen raadplegen:
- de afkortingenlijst van de Vlaamse overheid
- Juridische verwijzingen en afkortingen van de Interuniversitaire Commissie Juridische Verwijzingen en Afkortingen, Wolters Kluwer, 2015.
Het Vlaams Parlement heeft een resolutie aangenomen over het gebruik van afkortingen(opent in nieuw venster).
16. Verkortingen van namen van instanties, instellingen en organisaties
Namen van instanties, instellingen en organisaties, en lange functiebenamingen kunt u ook verkorten.
Bijvoorbeeld:
- In dit hoofdstuk wordt verstaan onder centrum: een centrum algemeen welzijnswerk.
- In dit besluit wordt verstaan onder administrateur generaal: de administrateur-generaal van het agentschap X.
Voor het gebruik van deze formule, zie aanwijzing 160.
17. Eén betekenis = één term
In één regeling gebruikt u voor één begrip altijd consequent dezelfde term. U gebruikt bijvoorbeeld de volgende termen niet door elkaar:
- vergunning, machtiging en toestemming;
- salaris, loon en wedde;
- subsidie, tegemoetkoming en toelage;
- vereniging en organisatie;
- voorziening, instelling en centrum.
U hanteert één term ook altijd met dezelfde betekenis in één regeling. Het is bijvoorbeeld verwarrend voor uw lezer als u de term vordering zowel in de betekenis van eis als van rechtsvordering of schuldvordering gebruikt.
De terminologie van een uitvoeringsregeling sluit aan bij die van de hogere regeling.
18. Verplichte terminologie
Het decreet van 25 september 1975 tot verbetering van de sociaalrechtelijke terminologie in de overheidsdiensten (Belgisch Staatsblad, 22 oktober 1975) legt het gebruik van de terminologie van het Sociaalrechtelijk woordenboek op.
Volgens artikel 4, c, van het Taalunieverdrag van 9 september 1980 (Belgisch Staatsblad, 19 februari 1982) kan de Nederlandse Taalunie een eenvormige terminologie bepalen voor wetgeving en officiële publicaties.
19. Actualisering van namen van Belgische instanties en functiebenamingen
Als u verwijst naar een decreet of besluit dat al bestond op 30 juli 1993, de datum van inwerkingtreding van de bijzondere wet van 16 juli 1993 tot vervollediging van de federale staatsstructuur, of als u wijzigingen aan zo’n decreet of besluit aanbrengt, actualiseert u in de nieuwe tekst de namen van instanties die in het kader van de vierde staatshervorming een andere benaming hebben gekregen. U vervangt die namen zoals in de onderstaande tabel.
vroeger | nu |
regering | Federale Regering |
nationale overheid | federale overheid |
Executieve, Executieven | regering, regeringen |
Gemeenschapsexecutieven | gemeenschapsregeringen |
Gewestexecutieven | gewestregeringen |
Vlaamse Executieve | Vlaamse Regering |
Franse Gemeenschapsexecutieve | Franse Gemeenschapsregering |
Waalse Gewestexecutieve | Waalse Regering |
Brusselse Hoofdstedelijke Executieve | Brusselse Hoofdstedelijke Regering |
Gemeenschapsminister van … | Vlaams minister / de Vlaamse minister van ...; de Vlaamse minister, bevoegd voor de/het … |
Voorzitter van de Vlaamse Executieve | minister-president van de Vlaamse Regering |
Vice-voorzitter van de Vlaamse Executieve | viceminister-president van de Vlaamse Regering (meervoud: viceministers-presidenten) |
Vlaamse Raad | Vlaams Parlement |
lid van de Vlaamse Raad | Vlaams volksvertegenwoordiger / de Vlaamse volksvertegenwoordiger |
Zie daarvoor:
- het besluit van de Vlaamse Regering van 19 januari 1994 tot aanpassing van de besluiten van de Vlaamse Regering en van de ministeriële besluiten aan de federale terminologie (Belgisch Staatsblad, 15 februari 1994);
- het decreet van 4 mei 1994 tot aanpassing van decreten, wetten, koninklijke en ministeriële besluiten aan de federale terminologie en aan de toepassing van artikel 198 van de Grondwet (Belgisch Staatsblad, 23 juni 1994);
- het bijzonder decreet van 7 juli 2006 over de Vlaamse instellingen (Belgisch Staatsblad, 17 oktober 2006).
Dat heeft tot gevolg dat de benamingen Vlaamse Executieve, Gemeenschapsminister en Vlaamse Raad niet meer worden gebruikt in decreten of besluiten, ook niet in verwijzingen naar bestaande teksten.
Snel naar
Dit is een website van
Blijf op de hoogte
Elke twee weken vind je op vrijdag de nieuwsbrief van Vlaanderen Intern in je mailbox.