Vermelding van de leden van de regering die het besluit voorstellen
De minister-president draagt twee titels: hij draagt de titel van minister-president van de Vlaamse Regering en de titel die het pakket van zijn inhoudelijke bevoegdheden omschrijft. Naargelang van de hoedanigheid waarin hij optreedt, vermeldt u een van beide titels. Als de minister-president tegelijk als minister-president en inhoudelijk bevoegde minister optreedt, vermeldt u de twee titels. In dat geval schrijft u, analoog aanwijzing 252:
De hoedanigheid van viceminister-president maakt in de regel geen deel uit van de officiële titel. U vermeldt die dus niet in de aanhef en bij de ondertekening. De hoedanigheid is wel van belang om de orde van voorrang te bepalen. Alleen als de viceminister-president in de plaats van de minister-president optreedt, vermeldt u die hoedanigheid in de aanhef en bij de ondertekening.