Gedaan met laden. U bevindt zich op: RSZ en fiscaliteit Geldelijk statuut

RSZ en fiscaliteit

RSZ bijdragen 2024

RSZ-regeling en fiscaliteit op toelagen, vergoedingen en sociale voordelen

Aard

RSZ-regeling

Fiscaliteit

Toelage

In casu chauffeurs artikel VII 99

ContractuelenStatutairen

- onderworpen aan BV en belastingen;
- op fiche 281.10 onder code 250 (bezoldigingen)

onderwerping aan RSZ

onderwerping aan RSZ, behalve als modaliteiten zijn vastgelegd vóór 01/08/1990 (niet van toepassing)

Vergoeding

geen onderwerping aan RSZ (terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever)

geen onderwerping aan BV (terugbetaling van kosten eigen aan de werkgever)

Sociale voordelen (woon-werkverkeer) – artikel VII 100 VPS (tegemoetkoming ter waarde van de tegenwaarde treinkaart openbaar vervoer)

De bedragen die gelden als terugbetaling van de kosten die de werknemer maakt om zich van zijn woonplaats naar de werkplaats te begeven en terug, zijn uitgesloten uit het loonbegrip.

Evenwel meent de RSZ dat er sociale zekerheidsbijdragen verschuldigd zijn op deze bedragen indien de raming ervan gebeurt op forfaitaire basis. Voor de berekening van de bijdragen mag men deze forfaitaire bedragen verminderen met de werkelijk gemaakte kosten waarvan het bedrag kan worden bewezen (hier niet van toepassing).

- gebruik openbaar vervoer:
* in geval van forfaitaire beroepskosten: volledige vrijstelling;
* bewezen beroepskosten: vrijstelling tot 350 euro vanaf aanslagjaar 2010 (inkomsten 2009), daarvoor 170 euro

- eigen vervoer: vrijstelling tot 350 euro (dit is van toepassing op de vergoeding MBWP – artikel VII 100 VPS)

- gelet op vrijstelling tot 350 euro: geen BV, wel belastbaarheid (fiche 281.10 – code 254 - ander vervoermiddel)

Berekening loonmatigingsbijdrage

Naast de gewone RSZ-bijdragen voor de diverse sectoren van de sociale zekerheid zijn de meeste werkgevers ook een loonmatigingsbijdrage verschuldigd (opgenomen in het globale RSZ-percentage).
Welke werkgevers?

In principe alle werkgevers, behalve federale overheid; onderwijs.

Verschuldigd percentage?

Het percentage is gelijk aan 5,67% van het loon van de werknemer, verhoogd met 5,67% van de verschuldigde werkgeversbijdragen.
Voor wie onder de wetten valt van de jaarlijkse vakantie wordt de bijdrage met 0,40% verhoogd.

Voorbeeld: RSZ-voornummer DVO = 050 (4de kwartaal 2008)
→ werkgeversbijdrage statutairen = 3,86% → loonmatigingsbijdrage = (3,86% x 5,67%) + 5,67 = 5,89%
→ werkgeversbijdrage contractuelen = 16,53% → loonmatigingsbijdrage = (16,53% x 5,67%) + 5,67 = 6,60%

Voornaamste categorieën van werknemers voor wie de loonmatigingsbijdrage NIET moet worden betaald?
  • leerlingen met een beroepsinlevingsovereenkomst tot 31 december van het kalenderjaar waarin ze 18 jaar worden;
  • jongeren tot 31 december van het kalenderjaar waarin ze 18 jaar worden;
  • betaalde sportbeoefenaars;
  • personeelsleden die rechtstreeks ten laste van de Rijksbegroting worden bezoldigd (federaal);
  • de personeelsleden van onderwijsinrichtingen die rechtstreeks ten laste van een Gemeenschap worden bezoldigd of ten laste van een openbare instelling die als inrichtende macht van het Gemeenschapsonderwijs optreedt.