Middelentoets
Wat is de middelentoets?
De middelentoets is een nieuwe inschrijvings- en toelatingsvoorwaarde, die geldt voor (potentiële) kandidaat-huurders vanaf 1 januari 2024.
Zittende huurders moeten niet aan deze voorwaarde voldoen, ook niet als ze verhuizen naar een andere sociale woning.
Wie op 1 januari 2024 al ingeschreven is als kandidaat-huurder, wordt wel afgetoetst bij de toewijzing van een sociale woning.
Naast het gezinsinkomen zal uw vermogen als kandidaat-huurder gecontroleerd worden. Het gaat om uw beschikbare middelen, namelijk de positieve saldi op spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen.
Deze mogen een bepaalde grens niet overschrijden. Deze grens komt overeen met de bestaande inkomensgrenzen.
Het gaat om volgende bovengrenzen:
Inkomensgrenzen | Geïndexeerde inkomensgrens 2024 |
---|---|
Alleenstaande | 29.515 euro |
Alleenstaande met handicap | 31.987 euro |
In alle andere gevallen => + verhoging per persoon ten laste (*) | 44.270 euro => + 2.475 euro |
(*) Een persoon ten laste betekent:
- een kind dat op uw adres is ingeschreven en dat minderjarig is of een kind dat recht geeft op gezinsbijslag.
- uw kind dat regelmatig bij u verblijft en minderjarig is of een kind dat recht geeft op gezinsbijslag.
- als het kind ook erkend is als ernstig gehandicapt, wordt het gelijkgesteld met twee personen ten laste.
- iemand, meerderjarig of minderjarig die erkend is als ernstig gehandicapt.
Welke middelen?
De middelen op de rekeningen waarvan u als kandidaat-huurder rekeninghouder of mederekeninghouder bent.
U dient gemachtigd te zijn om uw tegoeden te beheren, al dan niet met ondersteuning van een bewindvoerder, een dienst budgetbegeleiding of budgetbeheer.
Welke middelen niet?
Tegoeden waarop bewarend of uitvoerbaar beslag is gelegd
Tegoeden die tijdens een bewarend of uitvoerbaar beslag (ingevolge schulden) op een bankrekening staan zijn geen beschikbare middelen.
Inkomsten die na de datum van het beslag op de rekening komen wel.
Ook bepaalt het Gerechtelijk Wetboek een niet voor beslag vatbaar gedeelte (dat beschikbaar moet blijven voor de schuldenaar om in zijn levensonderhoud te voorzien). Ook dit gedeelte beschouwt u als beschikbare middelen.
Tegoeden die geblokkeerd zijn wegens een overlijden, scheiding of een andere reden
Op een geblokkeerde rekening kan u tijdelijk bepaalde verrichtingen niet uitvoeren, waardoor de tegoeden niet beschikbaar zijn. Een mogelijke andere reden dan overlijden of scheiding kan bijvoorbeeld zijn als een bank rekeningen uit voorzorg blokkeert bij twijfels over de identiteit van de rekeninghouder, bij verdachte transacties of op basis van de antiwitwaswetgeving.
Negatieve saldi
Een rekening kan (tijdelijk) een negatief saldo hebben, bijvoorbeeld door een automatische afrekening (zoals een domiciliëring of een afrekening van een kredietkaart). Ook bestaan er zichtrekeningen die toelaten om onder nul te gaan. Het is niet de bedoeling om deze negatieve waardes met de positieve waardes te verrekenen. Negatieve tegoeden zijn niet beschikbaar, dus telt een rekening met negatief saldo niet mee in de berekening van de beschikbare middelen.
Bij inschrijving
Bij inschrijving in het centraal inschrijvingsregister zal u op erewoord moeten verklaren dat het bedrag op uw rekeningen onder of boven de grens ligt van de inkomenscategorie waartoe u behoort. Het is mogelijk dat u bij twijfel tot de woonmaatschappij zal moeten richten voor ondersteuning bij een correcte weergave van de beschikbare middelen.
Bij toewijzing
Bij toewijzing bewijst u dat u voldoet aan deze toelatingsvoorwaarde door bewijsdocumenten voor te leggen met het saldo op de spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen waarvan u rekeninghouder of mede-rekeninghouder bent.
U doet dit best via de uittreksels van alle rekeningen waarvan u rekeninghouder of mede-rekeninghouder bent.
Dit kan via een attest van uw financiële instelling, de actuele stand van zaken van uw beleggingsportefeuille of ieder ander bewijsmiddel. U moet enkel het saldo voorleggen, de verrichtingen zelf op die rekeningen moet u anonimiseren.
De saldi waarvan u het bewijs voorlegt (via uittreksels van de rekeningen), moeten dezelfde datum hebben als de aanbodbrief die u ontving voor de toewijzing van de sociale woning.
De woonmaatschappij zal u ook vragen om een verklaring op eer te ondertekenen waarin u bevestigt dat u alle rekeninguittreksels bezorgde van alle spaar-, betaal-, termijn- en effectenrekeningen waarvan u rekeninghouder of mederekeninghouder bent.