De huurwaarborg bij een sociale huurwoning
U betaalt als huurder een huurwaarborg aan de verhuurder bij de start van het huurcontract. Dat is verplicht door de regelgeving.
U betaalt als huurder een huurwaarborg aan de verhuurder bij de start van het huurcontract. Dat is verplicht door de regelgeving.
Als u ooit de huurwoning verlaat, controleert de verhuurder of er kosten zijn aan de woning. Bent u verantwoordelijk voor die kosten? Dan trekt de verhuurder de kosten af van uw huurwaarborg. Die kosten zijn alle sommen (ook schulden) die u verschuldigd bent aan de verhuurder. Het geld dat overblijft, dat krijgt u terug.
De huurwaarborg betaalt u voor u de huurovereenkomst tekent en verhuist. Hoeveel u betaalt, hangt af van uw huurprijs.
De huurwaarborg zal nooit meer bedragen dan drie maanden huur.
Wanneer de huurwaarborg in handen van de verhuurder wordt gestort, dan betaalt u maximaal twee maanden de basishuurprijs (marktwaarde) of twee maal de contractuele huurprijs. Met een maximum van 1.167 euro in 2024.
Dit is de meest toegepaste manier van werken door de woonmaatschappijen.
De verschillende mogelijkheden die in de regelgeving voorzien zijn voor het stellen van een huurwaarborg zijn:
- een geblokkeerde rekening
- een bankwaarborg (al dan niet door het OCMW)
- een persoonlijke borg
- een storting op rekening van de verhuurder
- een schriftelijke garantie van het OCMW
- een afbetaling van de huurwaarborg en daarna op een geblokkeerde rekening
- en een afbetaling op rekening van de huurder.
In schijven betalen
Heeft u het financieel moeilijk, dan kan u de huurwaarborg in schijven betalen. U betaalt een eerste bedrag voor u verhuist. Daarna betaalt u maandelijks een bedrag. Binnen de 18 maanden moet de huurwaarborg volledig betaald zijn.
U kan ook aan het OCMW vragen om u te helpen. Wat het OCMW doet, is afhankelijk van gemeente tot gemeente:
- Het OCMW geeft een schriftelijke garantie in uw plaats. Binnen de 18 maanden zorgt het OCMW voor de betaling van de huurwaarborg.
- Het OCMW staat schriftelijk borg voor u. Het OCMW betaalt dan nog geen huurwaarborg aan de verhuurder, maar doet dit als u weggaat uit de woning.
Intrest
De huurwaarborg komt op een aparte rekening:
- Dat kan een geblokkeerde rekening zijn bij een financiële instelling. De huurder en verhuurder bespreken dit met elkaar.
- OF de verhuurder beheert het geld zelf. Hoe de verhuurder dat doet, dat staat in het intern huurreglement. Veel woonmaatschappijen zetten de waarborg op een gewone rekening.
Geld dat op een rekening staat, brengt elk jaar geld op. Dat is de intrest, net zoals bij uw persoonlijk spaarboekje of zichtrekening.
De verhuurder moet u jaarlijks informeren over de intresten. Hoe dat gebeurt, is afhankelijk van de verhuurder zelf. U moet hiervoor niet Wonen in Vlaanderen contacteren.
De intrest krijgt u terug (samen met uw huurwaarborg) wanneer u de woning verlaat, nadat eventuele kosten zijn afgetrokken.
Het geld van de huurwaarborg is geblokkeerd. U kan het niet voor andere betalingen gebruiken.