Uitgewerkte voorbeelden
Op deze pagina worden een aantal concrete acties in LARA als voorbeeld in detail uitgewerkt.
De positie van een adres corrigeren en koppelen aan de juiste gebouweenheid
Soms bestaat een adres al, maar het staat nog niet op de juiste locatie en hangt nog niet aan de juiste gebouweenheid.
De meest aangewezen manier is om eerst de koppeling met de gebouweenheid in orde te brengen en daarna de adrespositie te wijzigen.
In wat volgt wordt uitgegaan van een al bestaande gebouweenheid. Bestaat deze nog niet, kan het adres onmiddellijk gekoppeld worden tijdens de aanmaak van de gebouweenheid. Het volstaat dan om enkel nog de 2e stap hieronder uit te voeren om de positie te corrigeren.
De koppeling tussen een adres en een gebouweenheid kan op 2 manieren gebeuren:
- vertrekkend vanuit het adres
- vertrekkend vanuit de gebouweenheid
Beide manieren leveren hetzelfde resultaat op, in wat volgt vertrekken we vanuit het adres.
Hieronder de initiële situatie:
- Stap 1
Selecteer een adres en open de gekoppelde gebouweenheden
- Ga naar het detail van adres:
- Duid een punt aan op de kaart
- Selecteer het adres uit de lijst
- Klik op de balk Gekoppelde gebouweenheden (x)
- Ga naar het detail van adres:
- Stap 2
Open de koppel-wizard
Klik op Nieuwe gebouweenheidkoppeling
- Stap 3
Stap 1 van de wizard
Een overzicht van de huidige situatie wordt getoond:
- Stap 4
Stap 2 van de wizard
Selecteer de gebouweenheid waaraan u het adres wil koppelen:
- Klik op de knop Gebouweenheid selecteren op kaart
- Duid de gebouweenheid aan op de kaart
- Selecteer de gebouweenheid in de lijst
- Klik op Bevestigen
- Klik op Volgende
- Stap 5
Stap 3 van de wizard
Er wordt een bevestigingsscherm getoond. Klik op Koppeling bevestigen
Als het adres nog niet gekoppeld is aan een perceel, moet u deze stap uitvoeren. De werkwijze is identiek aan de werkwijze die hierboven staat uitgeschreven.
Algemeen wordt aangeraden om het adres op dezelfde positie te plaatsen als de gekoppelde gebouweenheid. Daarom dat we deze werkwijze als voorbeeld uitwerken.
- Stap 1
Selecteer het adres
- Selecteer opnieuw het adres
- Klik in het detail op Wijzigen
- Ga naar de tweede stap in de wizard
- Stap 2
Wijzig de adrespositie
Kies voor Positie afleiden van gebouweenheid.
U moet verder geen positie meer specifiëren, het adres zal automatisch bovenop de gebouweenheid geplaatst worden.
Klik op Volgende
- Stap 3
Bevestig de wijziging
Klik in stap 3 van de wizard op Adres wijzigen.
Nadat alle beheersacties verwerkt zijn, zal het adres verplaatst zijn op de gebouweenheid.
Nieuw gebouw aanmaken met de juiste gebouweenheden en adressen
Wanneer een nieuw gebouw ingetekend wordt, moeten ook 1 of meerdere gebouweenheden en de nodige adressen aangemaakt worden. Dit gebeurt in verschillende stappen.
De stappen hiervoor staan uitgelegd op Een nieuw gebouw toevoegen
Als het gebouw maar 1 gebouweenheid heeft, kan de werkwijze omschreven op Een nieuwe gebouweenheid toevoegen gebruikt worden. Hierbij kan u ook onmiddellijk een bestaand adres koppelen of een nieuw adres aanmaken.
Als er meerdere gebouweenheden aanwezig zijn in het gebouw, bijvoorbeeld in het geval van appartementen, kan de werkwijze Meerdere gebouweenheden toevoegen gebruikt worden.
Omgaan met gemeenschappelijke delen van een gebouw
In een gebouw met meer dan 1 gebouweenheid, zal altijd een gebouweenheid met als functie ‘gemeenschappelijk deel’ nodig zijn.
De aanmaak van de gemeenschappelijke delen is volledig geautomatiseerd:
- Een gemeenschappelijk deel wordt automatisch aangemaakt van zodra er meer dan 1 gebouweenheid binnen het gebouw is met status gepland of gerealiseerd. De status van het aangemaakt gemeenschappelijk deel hangt af van de status van het gebouw:
- status gebouw = gepland → het gemeenschappelijk deel is ook gepland
- status gebouw = gerealiseerd → het gemeenschappelijk deel is ook gerealiseerd
- De positie van een gemeenschappelijk deel is steeds de centroïde van het gebouw.
- Als er reeds een gehistoreerd of niet gerealiseerd gemeenschappelijk deel is binnen het gebouw krijgt dit een correctie naar de gewenste status zoals hierboven vermeld.
Als er opnieuw minder dan 2 gebouweenheden zijn met status gepland of gerealiseerd, zal het gemeenschappelijk deel automatisch als status gehistoreerd of niet gerealiseerd krijgen.
- Een gemeenschappelijk deel wordt automatisch aangemaakt van zodra er meer dan 1 gebouweenheid binnen het gebouw is met status gepland of gerealiseerd. De status van het aangemaakt gemeenschappelijk deel hangt af van de status van het gebouw:
Wanneer een gemeenschappelijk deel automatisch wordt aangemaakt, heeft dit nog geen koppeling met een adres. Dit moet manueel gebeuren. In de praktijk zal het gemeenschappelijk deel van een gebouw vaak het adres met huisnummer zonder busnummer krijgen. De andere gebouweenheden krijgen dan adressen met busnummers.
Als het adres nog niet bestaat kan u dit aanmaken zoals beschreven op Nieuw adres toevoegen. In deze flow kan u onmiddellijk de koppeling maken met het gemeenschappelijk deel (in stap 2 van de wizard).
Als het adres wel al bestaat, kan u dit koppelen met het gemeenschappelijk deel, zie hiervoor (Ont)koppelen van objecten.
Huisnummer is onterecht gekoppeld aan een gemeenschappelijk deel
Meestal wordt het gemeenschappelijk deel van een gebouw gekoppeld aan het adres met enkel het huisnummer. In bepaalde gevallen moet dit adres gekoppeld te worden aan een andere gebouweenheid. Voer in dat geval volgende stappen uit.
Zie het stappenplan op Nieuwe gebouweenheid toevoegen:
- Kies in stap 3 de status Gerealiseerd voor de nieuwe gebouweenheid
- Kies in stap 4 voor “Bestaand adres koppelen”:
- de eenvoudigste optie is om het adres te selecteren op kaart
- kies in de selectielijst voor het adres zonder busnummer
Nadat de wizard doorlopen is, is het adres gekoppeld aan 2 gebouweenheden. Het gemeenschappelijk deel moet nog ontkoppeld worden.
- Stap 1
- Klik op de kaart op de locatie van het adres
- In de linkerbalk: klik op het adres met huisnummer zonder busnummer
- Klik in het detail op “Gekoppelde gebouweenheden” (zie 1 in de afbeelding)
- U zou de beide gebouweenheden moeten zien staan
- Klik op de knop Gebouweenheid ontkoppelen (zie 2 in afbeelding)
- Stap 2
- De wizard wordt geopend.
- Selecteer in de 2e stap de gebouweenheid met als functie “Gemeenschappelijk deel”.
- Voltooi de wizard.
De geometrie van een ingemeten gebouw klopt niet
Het correct inmeten van een gebouw is een onderdeel van het bijhoudingsproces van het GRB. Als een ingemeten gebouw toch niet de correcte vorm heeft, kan dit verschillende oorzaken en oplossingen hebben.
Verbouwingen (uitbreiding aan het gebouw) worden niet ingeschetst in LARA. Er kan een melding aangemaakt worden worden onder het thema ‘ingemeten gebouw’ en met als oorzaak ‘Geometrie gewijzigd / foutief’. Via de GRB-bijhouding zal dan op basis van luchtbeelden of via terreinopmetingen een nieuwe nauwkeurige opmeting gebeuren.
Voor het nieuwe gebouw:
- Als er geen GRB gebouw aanwezig is: schets intekenen met status gepland, in aanbouw of gerealiseerd (i.f.v. toestand werken).
- Als er een ouder GRB gebouw aanwezig is: schets met status gepland of in aanbouw (later te wijzigen naar status gerealiseerd)
Voor de sloop kan een melding gemaakt worden met als thema ‘ingemeten gebouw’ en met oorzaak ‘verwijderd / overbodig’.
In functie van kwaliteitsbewaking GRB (die de terreinsituatie steeds weergeeft) vinden we het belangrijk om een terreincheck (via terreinbezoek of ortho) te doen.
- Als de sloop zichtbaar is op de luchtbeelden wordt het gebouw via de ‘versnelde sloopprocedure’ verwijderd. De maximale uitvoeringstermijn hiervoor is 1 maand
- Als de sloop niet zichtbaar is op de luchtfoto gaat de melding naar de bijhouding managed service. Voor gebouwen gelden volgende termijnen.
- Gebouw gelegen binnen 20m vanaf rand wegbaan (=grens openbaar domein): maximale uitvoeringstermijn 6 maanden
- Gebouwen verder gelegen dan 20m vanaf rand wegbaan (= grens openbaar domein): maximale uitvoeringstermijn 18 maanden (afhankelijk van beschikbaarheid luchtbeelden)
- Deze termijnen zijn in overleg met de GRB-partners, waaronder ook de lokale besturen opgemaakt.
Wat gebeurt er met een ingeschetst gebouw nadat het is ingemeten?
Meestal wordt een gebouw eerst ingeschetst in LARA. Pas nadat het effectief op het terrein bestaat, wordt het ingemeten via de GRB-bijhouding. Er wordt dan in het GRB een nieuw gebouw gecreëerd.
Als alles goed gaat, gebeurt een matching tussen het GRB-gebouw en het ingeschetste gebouw, waarbij het GRB-gebouw de ID krijgt van het GRAR-object. Gekoppelde adressen en gebouweenheden blijven correct gekoppeld.
Als de geometrieën van het ingeschetste en ingemeten gebouw te veel verschillen, zal de matching niet gebeuren. Beide gebouwen blijven bestaan.
De koppeling naar het adres moet verhangen worden naar het GRB-gebouw.
De originele gebouweenheid moet gehistoreerd worden, en er moet een nieuwe aangemaakt worden aan het GRB-gebouw.
Op termijn is een herkoppeling nodig: in dat geval moet Digitaal Vlaanderen gecontacteerd worden
De schets moet verwijderd worden (dus niet gehistoreerd): contacteer Digitaal Vlaanderen om dit op te lossen.