Ontdek hoe de OSLO-standaarden gegevensuitwisseling in de Vlaamse erfgoedsector mogelijk maken
Musea en erfgoedinstellingen beschikken over objecten, documenten en verhalen die achter de dikke muren van de instelling verborgen blijven. Digitalisering kan daar verandering in brengen. Stad Gent, Design Museum Gent en District09 zetten een ambitieus digitaliseringsplan op: de ‘Collectie van de Gentenaar’.
100.000 erfgoedobjecten werden openbaar gemaakt dankzij open (gelinkte) data en kunnen geraadpleegd worden via een online portaal(opent in nieuw venster). Het project stopte daar echter niet. Met de opgedane kennis werden nog eens 3 organisaties begeleid doorheen hun eigen OSLO-traject: Centrum voor Agrarische Geschiedenis (CAG), het Passchendaele Museum en het Huis van Alijn. Meemoo, het Vlaams Instituut voor het Archief publiceerde een verslag(opent in nieuw venster) dat inzage geeft in de toegevoegde waarde en in de aanpak van OSLO voor de culturele sector. Het project werd mogelijk gemaakt dankzij de financiële steun van Europa. Enkele inzichten.
Een technologische keuze gebaseerd op een visie
“Het is voor de erfgoedsector niet eenvoudig om organisaties met linked open data te verbinden” vertelt Olivier Van D’huynslager (Design Museum Gent) over de Collectie van de Gentenaar. “OSLO en de ideologie van OSLO zorgden ervoor dat er een doorbraak kwam. Het OSLO-traject dat we doorliepen hielp ons met het opstellen van een gedeeld begrippenkader, en vooral ook bij het maken van technologische keuzes die passen in onze visie.
Voor de Collectie van de Gentenaar mikten we op een zo breed mogelijk hergebruik. Dat impliceert dat onderhoud (o.a. data cleaning) en community-vorming nodig is om dat hergebruik mogelijk te maken. Uit ons OSLO traject leerden we dat LDES, linked data event streams, een mogelijke oplossing biedt. Hiermee maak je het mogelijk om datastromen semantisch te verrijken, wat synchronisatie met, en replicatie van de data door derden vereenvoudigt. Replicatie is een computertechniek waarmee bestanden en/of databases van het ene naar een ander computer- of opslagsysteem worden gekopieerd Het doel is dat ze de beschikbaarheid of de betrouwbaarheid van de gegevens verbeteren en de prestaties van informatiesystemen verhogen. Deze inzichten zorgden ervoor dat de erfgoedsector nu effectief aan de slag is met linked open data.
Linken met andere databronnen
Linked open data is niet enkel een quick fix, het is vooral een manier om gegevens te kunnen uitwisselen. Daarvoor is een gedeeld vocabularium of begrippenkader nodig. Sterker nog, dat gedeelde begrippenkader is de sleutel die ervoor zorgt dat je beter samenwerkt. Een voorbeeld: tijdens zo’n OSLO-traject komen vaak linken boven die je niet verwacht had.”
“De focus van het Designmuseum Gent, bijvoorbeeld, ligt op de unieke collectie designobjecten. Het museum huist echter deels in een historisch pand (Hotel De Coninck en Huis Leten). De kennis en architectuurgeschiedenis van het gebouw bevindt zich deels in het museumarchief en deels daarbuiten. Dankzij het project kunnen we vandaag koppelingen leggen tussen onze bronnen en deze van Archief Gent en inventaris onroerend erfgoed. Dit biedt ons de mogelijkheid om de geschiedenis van ons gebouw aan te bieden aan onze bezoekers zonder dat we zelf ons vakdomein moeten verbreden,” aldus nog Olivier Van D’huynslager.
“We leerden dat er ook andere initiatieven zijn die met digitalisering bezig zijn en met wie we best van meet af aan afspraken kunnen maken. De universiteitsbibliotheek, bijvoorbeeld, is bezig met het geo-refereren van oude kaarten en foto’s. Voor de Collectie van de Gentenaar was dat het signaal om daar zelf niet op in te zetten. Voor de eindgebruiker echter, moeten die bronnen samenlopen. Door af te spreken welke tools we gebruiken voor het geo-referen kan op de toekomst geanticipeerd worden. Het is ook van belang om een open dialoog aan te gaan en te testen met data die buiten het eigen domein vallen. OSLO faciliteert dit. Bijvoorbeeld door het Wegenregister van Digitaal Vlaanderen te linken met URI’s waarmee objecten kunnen gelinkt worden naar een straat in Gent”.
Stappenplan voor de implementatie van OSLO
Instellingen die met linked open data aan de slag willen, doorlopen met OSLO een aantal belangrijke stappen. Eerst moet het project duidelijk afgebakend worden en een planning worden opgesteld. Hierbij wordt er ook gekeken naar use cases, die het vertrekpunt vormen van een OSLO-traject. Vervolgens worden er verschillende stappen doorlopen om te aligneren met de bestaande OSLO-standaarden. Daarvoor heb je een duidelijk beeld nodig van de data die aanwezig zijn in de use cases. Deze ga je modelleren op de bestaande OSLO standaarden om ze daarna ook machineleesbaar te kunnen publiceren (in bv. JSON-LD).
Natuurlijk zijn er ook randvoorwaarden verbonden aan zo een implementatie. Volgens Olivier moeten je je eerst afvragen of de data waarover je beschikt klaar zijn voor een OSLO implementatie. Het systeem verwacht bijvoorbeeld dat zeer specifieke waarden in de juiste velden staan (datacleaning). Ook de rechten moeten geklaard worden (auteursrecht, GDPR, portretrecht,…). Dit laatste zorgt nog voor een bottleneck in de cultuursector, zeker als er gewerkt wordt met vrij recente werken waar auteursrechten op rusten. In het verslag dat Meemoo publiceerde worden 5 stappen doorlopen. Ze zijn het ontdekken meer dan waard.
Meer informatie?
Lees hier het verslag(opent in nieuw venster).
Meer informatie over OSLO vindt u via deze link.