Site Halve Maan afgewerkt, Oostendse haven toegankelijk voor grotere schepen
23 november 2020 - Werken aan Oostendse havengeul afgerond
De werken aan de Halve Maandijk in Oostende zijn zo goed als afgerond. De Oostendse haven is binnenkort toegankelijk voor schepen tot 200 meter. “Vlaanderen investeerde 23 miljoen euro om Oostende te beschermen tegen overstromingen én om de haven verder te laten groeien”, zegt Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken. Stad Oostende zal nu op oosteroever het Groen Lint verder afwerken en ook afspraken maken met Natuurpunt voor het beheer van het nieuw aangelegde natuurgebied voor beschermde vogels en planten.
Goed voor haven en stad
De Oostendse haven zal binnenkort toegankelijk zijn voor schepen tot 200 m zoals grote jumboferry’s, cruiseschepen, vrachtschepen en installatieschepen voor windmolens. De toegangsgeul werd verbreed naar 125 m vooraan de Halve Maan-site. Achteraan, ter hoogte van de ingang Visserijsluis, is de geul nu 145 m breed. Alleen de verdieping van de vaargeul moet nog gebeuren. De noodzakelijke baggerwerken daarvoor zullen volgend jaar plaatsvinden. “De verbreding van de havengeul is het maritieme sluitstuk van het geïntegreerd plan kustverdediging en maritieme toegankelijkheid Oostende”, zegt Vlaams minister Lydia Peeters. “We mogen trots zijn op het resultaat. Met deze werken beschermen we Oostende tegen overstromingen en verhogen we de toegankelijk van de haven. Zowel de stad als de haven kunnen hier alleen maar wel bij varen.”
Bijna half jaar vroeger klaar dan voorzien
De werken aan de Halvemaandijk in Oostende gebeurden in opdracht van de afdeling Maritieme Toegang van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. De Tijdelijke Vereniging Jan De Nul - Soetaert - Smet voerde de werken uit. De totale kostprijs bedraagt een kleine 23 miljoen euro. De werken werden in mei 2019 gestart en zullen bijna een half jaar vroeger dan voorzien voorlopig opgeleverd kunnen worden. “Heel wat werven werden dit voorjaar tijdelijk stilgelegd omwille van Corona. Dat was hier niet het geval. De aannemer is altijd blijven doorwerken, ook in soms moeilijke omstandigheden, met respect voor strikte veiligheidsmaatregelen”, zegt Vlaams minister Lydia Peeters. Tijdens de werken was er slechts een beperkte impact op de scheepvaart. De aannemer heeft zoveel mogelijk naast de huidige vaargeul gewerkt.
Overzicht van de werken
- In het zuidelijke deel werd een verticale wand met een onderwaterberm geplaatst.
- Aan de kant van de vaargeul is er een nieuw talud. De deklaag daarvan bestaat grotendeels uit betonnen HARO-blokken.
- Het bestaand talud aan de noordkant werd verstevigd met een laag HARO-blokken.
- De zone ten oosten van het nieuwe talud werd heringericht als natuurgebied.
Restanten Leopoldsluis en onontplofte munitie
De verbreding van de havengeul was geen gemakkelijke opdracht. “Het is nooit eenvoudig om onder water infrastructuur aan te leggen, maar we hebben de lat altijd hoog gelegd en de werkzaamheden goed opgevolgd”, zegt Jan Goemaere, celhoofd Havens en Districten Kust van Maritieme Toegang. Tijdens de werken werden restanten van de vroegere Leopoldsluis blootgelegd. Deze sluis werd tussen 1853 en 1862, onder koning Leopold I, gebouwd en diende als een derde spuikom en spuisluis. In 1922 werd de Leopoldsluis gedempt voor de bouw van de nieuwe visserijhaven (1922-1934). “De restanten van de Leopoldsluis waren robuuster dan vooraf ingeschat. Het verwijderen ervan was arbeidsintensief. Daarnaast hebben we onder meer een oude sluisdeur en ook onontplofte munitie gevonden. Dat is niet abnormaal. Deze zone heeft een rijke geschiedenis en bevat daardoor heel wat bodemvreemde objecten. De munitie hebben we met de nodige veiligheidsmaatregelen laten ontmantelen door DOVO, de ontruimingsdienst van ontploffingstuigen van het Belgische leger.”