Op de luchthaven Kortrijk-Wevelgem zijn belangrijke infrastructuurwerken afgerond. De taxiwegen werden heraangelegd én de laadplatformen werden vernieuwd en uitgebreid. Doordat de noordelijke industriezone nu deel uitmaakt van de luchthavenperimeter werd de veiligheid aanzienlijk verhoogd. Vliegtuigen moeten nu niet langer taxiën over de openbare weg om de startbaan te bereiken. “Dit is een belangrijke stap voor deze luchthaven”, zegt Lydia Peeters, Vlaams minister van Mobiliteit en Openbare Werken. “Met deze werkzaamheden voldoet de luchthaven aan de geldende internationale regelgeving. Kortrijk-Wevelgem is nu klaar om haar rol als Europese en intercontinentale zakenluchthaven verder uit te bouwen.”

De Luchthaven Kortrijk-Wevelgem is een regionale luchthaven. In 2019 realiseerde de luchthaven 31.283 bewegingen en telde ze 62.180 passagiers. De werken aan de luchthaven zijn in juni 2019 gestart en hebben iets meer dan een jaar geduurd. “We hebben deze ingrijpende werken lang en minutieus voorbereid”, zegt Filip Daem, voorzitter van de luchthaven Kortrijk-Wevelgem. “Dat heeft zijn vruchten afgeworpen. We zijn erin geslaagd om de werken volgens de geplande timing te realiseren én hebben de hinder voor het luchtverkeer zoveel mogelijk kunnen beperken. Vandaag zijn we trots dat iedereen kan genieten van deze vernieuwde infrastructuur.”

Vlaams minister Lydia Peeters: “De luchthaven komt nu tegemoet aan de strenge eisen van het Europees Agentschap voor de veiligheid (EASA). Niets staat nog de EASA-certificatie in de weg!”, aldus Lydia Peeters. “Luchthavens zijn belangrijke toegangspoorten en vormen mee het kloppend hart van Vlaanderen. Samen met de daar gevestigde bedrijven geven ze heel wat mensen een job en een inkomen. Daarom is het belangrijk om de positie van onze luchthavens te versterken én investeren we vanuit Vlaanderen in de basisinfrastructuur.”

De coronacrisis heeft een grote impact op de luchtvaartsector, ook op de Luchthaven Kortrijk-Wevelgem. In maart en april was het aantal passagiers met 94% gedaald t.o.v. 2019. “Vanaf mei was er echter beterschap merkbaar, en vanaf juni bevonden de passagierscijfers zich opnieuw op het niveau van 2019. Aangezien de trafiek vooral afkomstig is van business jets en trainingsvluchten is de impact van COVID-19 op de luchthaven relatief beperkt gebleven”, zegt voorzitter Filip Daem. Het financiële verlies voor de luchthavenexploitant was echter groot. Om dat goed te maken, kende de Vlaamse Regering daarom begin juni een subsidie toe van 300.000 euro.