21 november 2024 - Brugge, Ieper en Nazareth bekroond voor toegankelijke mobiliteit
Persbericht - 21 november 2024 - Brugge, Ieper en Nazareth winnen de prijs Meer Mobiele Gemeente/Stad 2024. Die prijs beloont lokale besturen die extra inspanningen leveren voor toegankelijke mobiliteit en haltes. De winnaars krijgen elk 50.000 euro om te besteden aan een project rond toegankelijke mobiliteit, met de focus op haltes en Hoppinpunten. De prijsuitreiking vond plaats tijdens de tweede themadag rond toegankelijke mobiliteit. Deze prijs en de themadag zijn een initiatief van het Departement Mobiliteit en Openbare Werken van de Vlaamse overheid, de VVSG, vervoermaatschappij De Lijn en Inter, het Agentschap Toegankelijk Vlaanderen.
Annick De Ridder, Vlaams minister van Mobiliteit, Openbare Werken, Havens en Sport: “Proficiat Brugge, Ieper en Nazareth! Samen met alle andere genomineerden bedank ik hen graag voor hun inspanningen voor toegankelijke mobiliteit. Het Masterplan Toegankelijkheid wordt tegen midden 2025 geëvalueerd en waar nodig bijgestuurd. Bedoeling is om samen met de vervoerregio’s een versnelling hoger te schakelen zodat we sneller en meer toegankelijke haltes hebben. Op die manier zorgen we ervoor dat het aanbod van De Lijn voor zoveel mogelijk mensen toegankelijk is.”
Wim Dries, voorzitter Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG): “De lokale besturen maken nu volop werk van de opmaak van hun meerjarenplannen. Dit is een ideaal moment om toegankelijkheid en toegankelijke haltes mee in te schrijven in het budget van de gemeente. Vroegtijdige kennis van subsidiemogelijkheden en technische vereisten helpt bij die langetermijnaanpak. In cofinanciering en met ondersteuning van Vlaanderen, kunnen steden en gemeenten verder werk maken van toegankelijk openbaar vervoer. Deze themadag bewijst dat lokale besturen dit thema hoog in het vaandel dragen.”
Hoe zetten Brugge, Ieper en Nazareth in op toegankelijke mobiliteit?
Brugge investeert €2 miljoen in toegankelijke haltes
In Brugge is toegankelijkheid al lang een aandachtspunt. De laatste jaren werd nog een versnelling hoger geschakeld. Brugge houdt in elk dossier rekening met toegankelijkheid. Met de introductie van de toegankelijkheidsambtenaar, het ‘Toegankelijkheidsplan 2023-2025’ en een budget van meer dan €2 miljoen zal Brugge minstens 185 van de 255 haltes toegankelijk maken. De stad lanceerde ook een gratis en elektrische centrumshuttle en het project ‘Tope Riejn’ (tezamen rijden) waarbij met aangepaste fietsen een tour/tochtje door de stad gemaakt kan worden.
Els Pieraerts, toegankelijkheidsambtenaar in Brugge: “Wij zijn erg tevreden. Het gewonnen bedrag willen we nu vooral investeren in voetgangers. We willen ons voetgangersbeleid verder uitwerken, zodat kan iedereen in Brugge comfortabel en toegankelijk kan wandelen. Zo kunnen we de keten van toegankelijkheid sluiten.”
Ieper maakt Hoppinpunten volledig toegankelijk
Ieper was twee jaar geleden al genomineerd en heeft sindsdien nog stappen gezet. Via een coachingtraject met Inter werkte Ieper een actieplan uit om tegen 2030 minstens de helft van de haltes toegankelijk te maken. Het hoppinpunt in Boezinge is bijvoorbeeld al volledig toegankelijk met onder andere blindengeleiding. In het station werden ook de treinperrons verhoogd zodat het in- en uitstappen vlotter verloopt. De stad richtte het Hamiltonpark ook volledig in met aangepaste banken en investeerde volop in de toegankelijkheid van begraafplaatsen.
Ives Goudeseune, schepen van Openbaar Domein, Toegankelijkheid, Leven en Dierenwelzijn in Ieper: “De extra middelen willen we onder meer investeren in het Hoppinpunt aan het Jan Yperman Ziekenhuis. De plannen zijn klaar, nu kunnen we ook overgaan tot realisatie. Ik roep andere steden en gemeenten op om ook te investeren in toegankelijkheid en deel te nemen aan de volgende editie.”
Nazareth wil meer dan helft van bushaltes toegankelijk tegen 2030
In Nazareth zijn toegankelijkheid en inclusie stevig verankerd in het mobiliteitsbeleid. Met het ‘Masterplan Toegankelijke Haltes’ wil Nazareth minstens de helft van de haltes toegankelijk maken tegen 2030. Daarnaast vervoert de minibus ‘Iedereen Mee’ inwoners met mobiliteitsproblemen, zijn er sinds kort 2 parken rolstoeltoegankelijk en zet de gemeente in op vervoersarmoede met de ‘Kinderfiets-bibliotheek Op Wielekes’.
Thomas Van Ongeval, eerste schepen in Nazareth: “Wij zijn super tevreden met de nominatie! Met deze prijs zullen we nog een versnelling hoger schakelen op het vlak van toegankelijkheid en de ‘Kinderfiets-bibliotheek Op Wielekes’ eventueel uitbreiden naar andere doelgroepen. Wij bedanken alle medewerkers die alles in goede banen hebben geleid en willen ook Moorslede proficiat wensen. Zij hebben eveneens een mooi dossier ingediend.”
Masterplan Toegankelijkheid
‘Meer Mobiele Gemeente/Stad’ is een initiatief binnen het Masterplan Toegankelijkheid. Dat is een actieplan van de Vlaamse overheid om halte-infrastructuur van het openbaar vervoer tegen 2030 meer toegankelijk te maken én past in de Vlaamse mobiliteitsvisie Hoppin. Ook wie een beperking heeft of ouder is en slecht ter been, moet zich met het openbaar vervoer kunnen verplaatsen. Daar zijn toegankelijke haltes voor nodig, maar ook een doordachte samenwerking met steden en gemeenten. Concreet moet 50% van de haltes van het kernnet en aanvullend net toegankelijk zijn tegen 2030 zodat ongeveer 70% van de reizigers kan rekenen op een toegankelijke rit.
Aangezien meer dan 60% van alle haltes langs gemeentewegen liggen, zijn lokale besturen daarin een cruciale partner. Lokale besturen die zich actief willen inzetten om de haltes van het toekomstig kern- en aanvullend net toegankelijk te maken, kunnen het charter ‘toegankelijkheid haltes’ ondertekenen. Vandaag hebben al 64 lokale besturen dat charter ondertekend.
Subsidie en coachingtraject
Per halte die toegankelijk (her)aangelegd wordt, kunnen steden en gemeenten een subsidie krijgen van 5000 euro. Die kunnen lokale besturen online aanvragen bij het Departement Mobiliteit en Openbare Werken. Naast financiële steun deelt de Vlaamse overheid ook kennis over toegankelijke mobiliteit. Daarbovenop krijgt de gemeente kennis en inspiratie aangereikt via een lerend netwerk en een netwerkmoment waar ze kennis en ervaring kunnen uitwisselen met andere lokale besturen.