Gedaan met laden. U bevindt zich op: Vrijstelling van de belasting op inverkeerstelling (BIV) en de verkeersbelasting (VKB) voor personen met een handicap en oorlogsinvaliden

Vrijstelling van de belasting op inverkeerstelling (BIV) en de verkeersbelasting (VKB) voor personen met een handicap en oorlogsinvaliden

Voor een voertuig dat gebruikt wordt als persoonlijk vervoermiddel voor een volwassen persoon of een kind met een handicap kunt u een vrijstelling van de jaarlijkse verkeersbelasting en een vrijstelling van de belasting op inverkeerstelling aanvragen.

Voorwaarden

U kunt een vrijstelling aanvragen als:

  • u volledig blind bent.
  • u volledig verlamd bent aan de bovenste ledematen of een blijvende invaliditeit hebt van minstens 50% die rechtstreeks toe te schrijven is aan de onderste ledematen.
  • u een oorlogsinvalide bent.

Het voertuig is ingeschreven op naam van:

  • de persoon met een handicap.
  • de wettelijke vertegenwoordiger als het gaat om een minderjarige.
  • de bewindvoerder als het gaat om een meerderjarige waarbij de vrederechter oordeelde dat de meerderjarige onbekwaam is handelingen te stellen met betrekking tot de goederen.

Het voertuig wordt gebruikt als persoonlijk vervoermiddel door of voor de persoon met een handicap:

  • ongeacht de aard van de verplaatsingen en ongeacht of de persoon met een handicap zich in het voertuig bevindt, voor zover dit voertuig bestuurd wordt door de echtgeno(o)t(e) of een andere persoon die deel uitmaakt van het gezin van de persoon met een handicap.
  • ook als het voertuig bestuurd wordt door een derde als er een onmiddellijk verband is tussen het traject en de noodzaak ervan voor de persoon met een handicap, zoals een buur die de persoon met een handicap naar het ziekenhuis brengt en alleen terugkeert of om boodschappen te doen voor de persoon met een handicap.

De vrijstelling kan slechts worden toegestaan voor één enkel voertuig tegelijk per begunstigde.

Het voertuig is een personenauto, auto voor dubbel gebruik, minibus of lichte vrachtauto.

Het voertuig behoort niet toe aan een instelling voor gehandicaptenzorg die het voertuig uitsluitend gebruikt voor die instelling.

De vrijstelling geldt ook voor oorlogsinvaliden onder volgende voorwaarden:

  • de oorlogsinvalide geniet een invaliditeitspensioen van ten minste 60%.
  • de oorlogsinvalide heeft een attest van de Federale Pensioendienst of door de overheid die het invaliditeitspensioen toegekend heeft.

Bedrag

Als u een vrijstelling krijgt, dan moet u geen verkeersbelasting en geen BIV betalen.

Als uw aanvraag tot vrijstelling nog niet werd goedgekeurd en u ontvangt toch een aanslagbiljet, dan raden wij u aan om het aanslagbiljet te betalen. Als u recht hebt op de vrijstelling ontvangt u binnen de twee maanden een terugbetaling.

Procedure

Aanvragen van de vrijstelling

U vraagt de vrijstelling éénmalig aan met het aanvraagformulier:

  • onmiddellijk na de inschrijving van het voertuig bij de DIV. In dat geval zult u geen aanslagbiljet ontvangen.
  • of na ontvangst van uw aanslagbiljet. Dan hebt u nog drie maanden de tijd om de aanvraag in te dienen.

Voeg bij uw aanvraagformulier een recent invaliditeitsattest van de FOD Sociale Zekerheid, met een van volgende vermeldingen:

  • dat de betrokkene recht heeft op vrijstelling van de verkeersbelasting
  • dat de betrokkene getroffen is door volledige blindheid
  • dat de betrokkene getroffen is door volledige verlamming van de bovenste ledematen
  • dat de onderste ledematen van de betrokkene geamputeerd zijn
  • dat de betrokkene is aangetast door een blijvende invaliditeit die rechtstreeks toe te schrijven is aan de onderste ledematen en ten minste 50% bedraagt.

Het attest voor een kind met een handicap geldt tot het kind 21 jaar oud is. Vanaf 21 jaar moet u een attest voor een persoon met een handicap aanvragen.

Het attest voor een grootoorlogsinvalide moet vermelden dat hij/zij een invaliditeitspensioen krijgt van ten minste 60%.

Als u een attest ontvangt met terugwerkende kracht, dan kunt u de vrijstelling ambtshalve schriftelijk aanvragen voor een periode tot maximum vijf jaar. De terugwerkende kracht geldt enkel als u een attest kunt voorleggen dat u nog niet eerder kon voorleggen.

Bezorg de ondertekende aanvraag:

U krijgt binnen de twee weken een ontvangstmelding.

Bij elke wijziging (bijv. als u verandert van nummerplaat of als u verhuist naar een ander gewest) moet u de vrijstelling opnieuw aanvragen.

Toekennen van de vrijstelling

U ontvangt 6 maanden na de ontvangstmelding een beslissingsbrief van de Vlaamse Belastingdienst:

  • Bij een positieve beslissing wordt de periode van vrijstelling aangeduid en ontvangt u geen aanslagbiljet meer.
  • Bij een negatieve beslissing wordt de reden van afwijzing vermeld.

De vrijstelling wordt slechts aan één voertuig toegekend, m.a.w. de vrijstelling is gelinkt aan de persoon met een handicap waarvoor de vrijstelling is aangevraagd.

Schrijft u een nieuw voertuig in, dan moet u opnieuw een vrijstelling aanvragen. Zo niet, dan kan de vrijstelling niet worden toegekend.

Stopzetten van de vrijstelling

Als u de vrijstelling stopzet (bijv. na het overlijden van de persoon met een handicap) moet u dit melden aan de Vlaamse Belastingdienst met het aanvraagformulier tot stopzetting van een vrijstelling.