Gedaan met laden. U bevindt zich op: Justitieassistent Annelies haar hart klopt voor slachtofferonthaal. Verhalen uit het agentschap

Justitieassistent Annelies haar hart klopt voor slachtofferonthaal.

In gesprek met Annelies Engelen voor wie slachtofferonthaal zoveel meer is dan een job.

Wanneer het slachtoffer na een lange begeleiding zegt: bedankt dat je er al die tijd was voor mij. Dat is goud waard.
Annelies Engelen, justitieassistent Dienst Slachtofferonthaal Mechelen

“Ik maakte voor het eerst kennis met de dienst Slachtofferonthaal (DSO) tijdens mijn stage op het parket van Antwerpen, in mijn tweede jaar Sociaal Werk. Ik zag hoe slachtoffers zich kwamen aanmelden aan het onthaal, emotioneel en verward, om het gerechtelijk dossier te mogen inkijken. Ik vroeg mijn stagebegeleider of we hen niet moesten helpen, waarna hij mij vertelde over DSO. Ik wist direct waar ik mijn derde jaarstage zou doen (lacht). En die is uiteindelijk super goed meegevallen. Het was een match made in heaven.”

Na het behalen van haar diploma sociaal werk hoopte Annelies zo snel mogelijk als justitieassistent te kunnen beginnen. Sinds april 2019 versterkt ze het team SO in Mechelen. “Momenteel zijn we met 4 justitieassistenten. Dat is uniek. De Vlaamse minister van justitie heeft van slachtofferzorg een prioriteit gemaakt en dat merken we. Ons team is recent uitgebreid en dat juichen we alleen maar toe.”

Slachtofferzorg staat centraal in ons overleg met rechters en magistraten.
AE

Annelies Engelen

justitieassistent

Slachtoffers ondersteunen is vaak emotioneel zwaar. Toch schrikt dat Annelies niet af om iedere dag het beste van zichzelf te geven voor haar cliënten. “We zien of horen dagdagelijks verschrikkelijke zaken. Zo horen of lezen we gedetailleerde verklaringen van seksueel misbruik of krijgen we regelmatig foto’s van een dood lichaam te zien. Meestal kan ik dat goed van me afzetten, hoewel het zien van een moordslachtoffer toch harder binnenkomt dan een natuurlijk overlijden. Gelukkig kunnen we binnen ons team steeds op mekaar rekenen om te ventileren. Dat is absoluut een must.” Ook de samenwerking met het parket en met de rechtbank loopt in Mechelen goed. “Regelmatig vindt er een overleg plaats met magistraten en rechters. We bespreken wat nog beter kan in de samenwerking. Uitgangspunt is om justitie zo slachtoffervriendelijk mogelijk te maken. Daar moeten we blijven voor gaan. Er passeren binnen justitie duizenden strafrechtelijke dossiers per jaar. Achter bijna elk dossier zitten één of meerdere slachtoffers. Ondanks onze zorgen en goeie intenties kunnen we nog steeds niet alle slachtoffers bereiken en van dienst zijn. De Vlaamse overheid zet hard in op een kwaliteitsvol slachtofferbeleid, maar dit zal pas effectief zijn als ook op federaal niveau justitie kan volgen. Het stuit me tegen de borst als ik tegen een slachtoffer moet zeggen dat zijn of haar dossier is geseponeerd wegens een gebrek aan recherchecapaciteit.

Onze ondersteuning is zoveel meer dan brigade mouchoir spelen.

Wanneer Annelies spreekt over haar rol als justitieassistent DSO glinsteren haar ogen. De energie, goesting en drive knetteren in het rond. Met veel passie legt ze uit hoe ze iedere dag haar cliënten bijstand verleent en hoe waardevol ze deze opdracht vindt. “Wanneer we een vatting krijgen in een dossier vanwege de procureur sturen we een schriftelijke uitnodiging naar het slachtoffer of de nabestaanden. In deze brief stellen we onze dienst voor. Als het slachtoffer wil, kan hij of zij met ons telefonisch contact opnemen. Als ik aan de telefoon merk dat het slachtoffer nood heeft aan een persoonlijk onderhoud, nodig ik hem of haar uit op onze dienst. Is er behoefte aan psychosociale begeleiding, verwijs ik door naar slachtofferhulp bij een CAW of naar een psycholoog. Mijn taak is vooral het slachtoffer informeren over de gerechtelijke procedures, wat zijn hun rechten enzovoort. Ik probeer hen zo goed mogelijk voor te bereiden op wat hen te wachten staat. We staan het slachtoffer ook bij tijdens de dossierinzage en bij de teruggave van overtuigingsstukken, zoals persoonlijke kledij. Dat is vaak erg emotioneel voor de nabestaanden. De kledij is nog besmeurd of er is in geknipt voor het sporenonderzoek. Daar hebben nabestaanden veel vragen over en die tracht ik zo goed mogelijk te beantwoorden. Ook bij wedersamenstellingen kunnen we aanwezig zijn om het slachtoffer te ondersteunen en al zijn of haar vragen te beantwoorden.”

Annelies ondersteunt het slachtoffer of de nabestaanden ook tijdens de zitting op de rechtbank. “Niet om er brigade mouchoire te spelen, maar vooral om te vertalen. Juridische termen en procedures uit te leggen. Ik probeer letterlijk en figuurlijk een houvast te zijn voor hen op zo’n emotionele dag. Wanneer een slachtoffer schrik heeft voor de confrontatie met de dader, zet ik mij bijna letterlijk als een buffer tussen hen in tijdens de zitting.”

Ook na de zitting kunnen de slachtoffers nog beroep doen op Annelies. “Slachtoffers hebben vaak veel vragen bij het vonnis. Als een dader geen celstraf heeft gekregen, maar bijvoorbeeld een probatiemaatregel is dat niet altijd even makkelijk te verwerken voor een slachtoffer. Maar als ik dan uitleg hoe zo’n probatiemaatregel verloopt, hoe strikt dat wordt opgevolgd en wat de veroordeelde allemaal moet doen, kunnen ze de uitspraak beter accepteren. Verduidelijken wil ook zeggen dat ik soms te hoge verwachtingen zal temperen. Als in een oude zedenzaak een slachtoffer pas na 10 jaar klacht durft neer te leggen, houd ik hem of haar voor dat er een reële kans is op seponering. Ik zal het slachtoffer erkennen voor de moedige stap die hij of zij gezet heeft, maar ga geen zaken verbloemen. Daar is niemand bij gebaat.”

Annelies erkent de waarde en het belang van een strikte, ondersteunende daderopvolging, maar zou zelf niet snel daders kunnen opvolgen als justitieassistent. “Daarvoor heb ik te vaak het leed gezien bij de slachtoffers. Ik zou me niet kunnen smijten zoals ik nu doe.”

Werken op de dienst Slachtofferonthaal geeft Annelies veel voldoening. “Van zodra justitie kennis krijgt van strafbare feiten, is de trein vertrokken. Die kan je als slachtoffer zelf niet tot stilstand brengen of vertragen. Voor sommige slachtoffers voelt het bovendien alsof ze met hun jas tussen de deuren van de trein worden meegesleurd. Met onze ondersteuning proberen we hen net weer op de trein te zetten. Als dat lukt, geeft dat een geweldig gevoel.Soms kunnen kleine zaken een heel groot verschil maken. “Ik herinner mij een vrouw die kort voor de zitting op de rechtbank bij ons kwam aankloppen. Ze had veel schrik voor de confrontatie met de dader op de dag van het proces. Ik heb haar opgevangen en ervoor gezorgd dat ze langs een andere deur werd binnengeleid zodat ze de dader niet zou treffen. Achteraf bleek dat de dader haar voor de zitting had liggen opwachten aan het gerechtsgebouw. Dat is gelukkig dus goed afgelopen. Of wanneer na een lange begeleiding het slachtoffer na de zitting oprecht zegt: “Bedankt dat je er al die tijd was voor mij.” Dat is goud waard.”